Die keer van die vakantie

Ah ja: die keer dat ik ze dat we op vakantie zouden gaan met de auto, Engeland en Wales en Ierland door? Met de trein naar Wales en dan met de boot naar Ierland en dan met de boot naar Engeland en terug naar huis?

‘t Zal niet gaan.

Ik zag het helemaal zitten, maar een paar maand rug- en aanverwante miserie later: toch liever een plaats waar we kunnen zijn en niet al te veel moeten rondreizen elke dag. Een huisje dus, of iets gelijkaardigs. Ergens waar we op een paar dagen met de auto naartoe kunnen, waar er water in de buurt is — liefst de zee of een rivier — en dat in de buurt is van waar dingen te zien zijn.

Zuiden van Frankrijk, in de buurt van Napels, de westkust van Ierland, Belgische kust: ‘t is ons allemaal gelijk.

We hebben al leads voor Ierland, maar ‘t is nog niet zeker. En drie weken om iets in orde te krijgen voor twee volwassenen en vier kinderen, in het hoogseizoen van het hoogseizoen (1-15 augustus): spannend!

(Dus als iemand tips zou hebben: laat u vooral gaan.)

(En als het niet lukt, dan kopen we een plonsbadje dat we op onze koer zetten, neh.)

Update: ‘t is in de sacoche! Twee weken aan zee it is!

5 reacties op “Die keer van die vakantie”

  1. Probeer eens waar wij op dit eigenste moment zitten: Bretagne, fantastisch tweesterrenhotel, letterlijk aan het strand, goede keuken, vriendelijke mensen, nest bezienswaardigheden in de buurt!

Reacties zijn gesloten.