Gênante situaties

Hoe zegt ge aan iemand die er van overtuigd is dat hij een uitstekende fotograaf is, dat hij eigenlijk slechte prutsfoto na slechte prutsfoto maakt? Of aan iemand die denkt dat hij goed bezig is, dat hij eigenlijk niét goed bezig is?

Hoe vervelend is het voor iemand die zeker is dat hij een uitstekende leider is, want altijd al leider geweest bij de scouts, om te constateren dat hij eigenlijk helemaal niét kan leiden als “komaan jongens, stil zijn” niet helpt om volwassen mensen bij de les te houden?

Hoe erg zou een persoon die denkt macht te hebben (een studiemeester, een politieagent, een grote baas ergens) het vinden om te merken dat zijn macht buiten zijn functie in het niets verdwijnt, en dat wat hij dacht respect te zijn eigenlijk niet meer dan angst is?

Hoe groot zouden sommige van die mensen zijn die zich op het internet achter pseudoniemen verschuilen, als ze met naam en toenaam zouden moeten tekenen?

Als mensen die u doodernstig zeggen dat er in hun tijd in hun klas gelukkig niemand gepest werd, en dat het toch erg is dat er tegenwoordig kinderen gepest worden op school, zouden te horen krijgen dat zij de meest gore klootzakken onder de pesters waren, die dertig of meer jaar geleden elke dag een levende hel maakten voor anderen — hoe zouden ze daar op reageren?

*
*     *

Soms denk ik dat de meeste mensen zichzelf een wereld opgebouwd hebben, waar alles min of meer klopt, en niets nog echt in vraag gesteld mag worden. Want als dat dan wel gebeurt, en er komen hier en daar wat barsten in de voegen, zou alles wel eens in elkaar kunnen storten.

Zoals die keer dat ik met mutatis mutandis iemand op café zat die een opgedreven sportauto met radardetector had, en blééf volhouden dat hij nog nooit sneller dan de toegelaten snelheid had gereden, meer nog, dat hij niemand kende die ooit sneller dan de toegelaten snelheid had gereden.

Of die keer met de amateurfotograaf die zichzelf de maat van alle dingen voelde. Of de leraar die écht verkeerd bezig was. Of de ex-scoutsleider die in tranen uitbarstte omdat mensen hem niet genoeg aandacht gaven naar zijn goesting. Of die talloze keren dat bleek dat de cursus “sarcastisch doen tegen gewone mensen” van studiemeesters en politieagenten niet pakte. Of de grote baas die dacht dat roepen tegen zijn personeel een goed idee was. Of de degoutanteriken in de reacties overal.

Of die mens die zei dat hij het ver-schrik-ke-lijk zou vinden als hij zou horen dat zijn zoon of dochter iemand anders zou pesten op school. Dertig of meer jaar nadat we in dezelfde klas hadden gezeten.

4 reacties op “Gênante situaties”

  1. Stel mij constant de vraag of ik de wereld rond mij wel zie hoe ze is. Denk soms dat dit toch niet echt kan zijn en dan blijkt het. Het is zoveel makkelijker om jezelf iets voor te liegen en dat ook echt te geloven. Dan zie je je eigen fouten niet en de wereld is niet zo lelijk en hard als hij werkelijk is ….

Reacties zijn gesloten.