Zelie heeft een week kamp achter de rug, en ze is wel degelijk veranderd.
Om te beginnen: ze was immens onbeleefd toen ze terugkwam. Waar het vroeger was van “mag ik nog een beetje yoghurt alsjeblieft”, was het nu van “ik wil nog yoghurt”. Dat is er gelukkig al weer aan het uitgaan, maar het heeft toch een tijdje geduurd.
Daarnaast: ze had een decidedly antwerps/brabantsachtig accent. Brrr! Gelukkis is dat er ook al aan het geraken, maar ik vrees dat ze we nog regelmatig wat woorden gaan opvangen die ze daar heeft bijgeleerd en waarvan ze niet beter weet.
Daarnet nog: Zelie in Actie.
Assepoester en Sneeuwwitje zijn verliefd op mekaar. Ze zijn altijd bij elkaar en ze gaan bloemen gaan plukken: “oooo wat een mooie bloem! ik ga die voor mij bewaren!” Maar ze kunnen niet naar een fauf gaan want die staat er niet op, op het plaatje [’t is zo’n diorama waar ze afplakkers op kan plakken]. “Oooo zo mooi! Dankuwel! Ik ga er nog gaan plukken en dan terugzetten!”.
Een fauf. Een wat? Een faaaa-auf. Een wàt? Wel, zo met dansen en muziek.
Fuif. Juist.
Reacties
4 reacties op “Kamp, gevolgen”
Wat mij eraan doet denken dat de VRT-televisie West-Vlamingen ondertitelt zodra ze “fuuve” zeggen in plaats van “fuif”, maar Brabanders of Antwerpenaars nooit ondertitelt als ze “faaf” of “fauf” zeggen in plaats van “fuif”.
’t Is waar. Een grove schande, en Wim Opbrouck had daar ooit nog een paar magistrale stukjes over gedaan op In de Gloria 🙂
Nie pleuje.
Een lierke mee drei terten.
Een gruut spel.
Beuzak.
Nen trok op uw wezen.
En al.
Oi! Ik vind het Gents ook een schoon dialect (’t is ’t enige van alle West- en Oost-Vleuterse dialecten dat ik redelijk versta), maar je moet nu ook niet gaan overdrijven, hè! En alhoewel Gerrit uit Bavikhove uit “In De Gloria” magistraal was, wat hij allemaal uit zijn botten sloeg was onverstaanbaar voor mensen van mijn (de andere) kant van ’t land. Dat gezegd zijnde, als mensen uit pakweg Maasmechelen of Tongeren dialect spreken, snap ik er ook geen jota van.