Schrijnwerkers deel VI (en verbouwingen)

Wat voorafging.

Wat helemaal voorafging: we hebben in 1998 een huis gekocht in het centrum van Gent. Een oud huis. Het staat er al in de één of andere vorm sinds de jaren 1300 — de eerste eigenaar die er van terug te vinden is, is Heinric den Wulslagere, een lakenhandelaar die het huis van 1325 tot 1360 had.

Het huis is verbouwd en herverbouwd, over de eeuwen heen. Er zijn sporen terug te vinden tot in de nevelen van de tijd — dikke muren tussen de keuken en de achterkeuken waar in de misschien 15e of 16de eeuw een buitenmuur was bijvoorbeeld — maar het huis is erg ingrijpend verbouwd in 1705.

Johannes Bellemans vroeg aan meester-metselaar Steven De Muynck om het huis wat moderner te maken, vermoed ik, en het resultaat was dit:

prent00268.jpg

Een klassieke gevel, zoals er in Gent en ook de straat nog staan. In 1817 werd de voorgevel aangepast in opdracht van baron Ange Joseph de Zinzerling. De familie kwam uit Saksen en Silezië, werd in de 16de eeuw protestants; Ange Joseph’s vader, zijn oudere broer en een paar leden van hun familie werden poorters in Gent op 25 april 1747.

Zinzerling sterf in 1819, het huis wordt in 1828 eigendom van ene juffrouw Gillis, en die geeft het zijn huidige uitzicht:

prent00269.jpg

Ja, ‘t heeft zo op het eerste gezicht niet erg veel charme. Leg de twee tekeningen boven elkaar en de gevel is nog hetzelfde: die twee extra “ramen” boven zijn gewoon valse vensters. ‘t Is een Hollywoodgevel, met andere woorden: eentje die doet alsof hij meer huis achter zich heeft dan eigenlijk echt.

Toen we het kochten, was het ongeveer op einde houdbaarheid: plafonds en vloeren schots en scheef, overal enkel glas, zeer lang zeer vochtig geweest, achterhuis (een 16de-17de-eeuws huisje, laatst onderhouden in de 19de eeuw) bijna een instortende ruïne.

We hebben er, min of meer in volgorde, het volgende al in gedaan:

  • tegels uitgebroken van de ene helft van de koer, om overstromingen tegen te gaan
  • remise op de koer afgebroken
  • muur tussen keuken en gang uitgebroken om een grotere keuken te hebben
  • nieuwe vloer gelegd op de hele benedenverdieping
  • nieuwe elektriciteit
  • nieuw water en afvoer en watnog
  • nieuwe verwarming
  • trap van eerste naar zolder van richting veranderd, nieuwe trap gezet
  • zolder heringericht tot twee kinderkamers, een douche, een toilet en een chauffagekot
  • achterhuis: nieuwe zijmuren en nieuw dak
  • achterhuis: gevel opgekuist
  • achterhuis: nieuwe vloer met vloerverwarming op het gelijkvloers
  • living: nieuwe vloer
  • trap van keuken naar boven van richting veranderd, nieuwe trap gezet
  • keuken en bijkeuken volledig verbouwd (nieuwe deuren, venster, muren, kasten, toestellen, yada yada)
  • nieuwe binnendeuren tussen gang, bureau en keuken

Dat lijkt al redelijk wat, maar we zijn er absoluut nog niet. Het eerste dat we nu nog gepland hebben, is een bibliotheek in de living en in het achterhuis, maar dan moet er ook nog gebeuren:

achterhuis: trap naar boven te maken, afwerking boven in orde krijgen (vloer, plinten, een kastje rond de waterinstallatie, klein grut dus).

koer: in te richten. Een tuin of een koer of een combinatie, we zijn er niet uit.

voorgevel: in orde te maken. De gevel nu bladdert gevaarlijk af, en is (vooral boven) in zeer slechte staat. De gevel was al niet goed in de jaren 1970, en de oplossing toen was blijkbaar redelijk eenvoudig: smeer er een royale dosis beton op. Wat het een en ander cosmetisch wel min of meer in orde kreeg, maar wat wil zeggen dat de stukjes Hollywoodgevel die niets achter zich hebben, compleet ondoorlaatbaar werden aan één kant en spons aan de andere kant.

badkamer: dat is nu gewoon een krakende planken vloer onder een laag linoleum, met een oud bad en een (lelijk) jaren 1982-meubel met twee viesblauwe wasbakken erin. En een venster met enkel glas.

slaapkamer: onze slaapkamer is een vierkante ruimte met net een bed en twee kastjes erin. Ons ondergoed ligt nog net in een lade, de rest van onze kleren hangt al meer dan tien jaar aan kapstokken op gammele ijzeren rekken.

zolderverdieping: de doucheruimte is er al jaren, maar de douche moet nog geïnstalleerd worden. IDem voor de aansluitingen van lavabo’s op de kinderkamers.

achtergevel: in orde te maken. ‘t Is op de keuken na allemaal enkel glas, en 500 jaar verbouwingen hebben er hun sporen in achtergelaten: ‘t is echt geen zicht.

dak: zou eigenlijk beter geïsoleerd moeten zijn. En we weten al sinds de eerste verbouwingen twaalf jaar geleden dat het eigenlijk eens grondig zou moeten aangepakt worden: een dak waarvan het gebinte driehonderd jaar geleden ooit eens in brand gevlogen is en dat sindsdien opgelapt is met stokken, minderwaardig hout, en hier en daar een winkelhaak om gebroken balken met elkaar te verbinden, dat is wel rustiek en, euh, interessant, maar toch ook wel vatbaar voor verbetering.

afwerking, afwerking, afwerking: we hebben, op het minuscuul bijkeukentje na, nog nergens definitieve verlichting. De muren en de plafonds zijn, op keuken en gang na, nog nergens geschilderd of anders afgewerkt. Het wordt vervelend, op den duur, om nergens in huis goed verlicht te zijn.

Allemaal werk, dus. En niet alleen die bibliotheken, dus. Maar wel eerst die bibliotheken, dus.

We hebben op dit moment een aantal aanbiedingen — een uitgetekend voorstel met prijs voor de bibliotheken, een voorstel om alles aan te pakken en eerst een plan te maken, een tekening van de bibltioheekkasten maar waar de prijs nog moet besproken worden, een idee van hoe het zou kunnen, een staande uitnodiging om de zaak te gaan bespreken bij de mensen in hun kantoor — en nu moeten we eigenlijk min of meer beslissen, één dezer weken of maanden.

Liever één dezer weken, eigenlijk. En nog liever één dezer dagen.

Morgen komt er rond de middag, los van de schrijnwerkersqueeste, iemand langs om naar de koer/tuin e kijken: dat was nog een cadeau van lang lang geleden, dat er nu uiteindelijk doorgekomen is.

Maar dan vragen wij ons hier thuis af of het niet beter zou zijn om het nu iets grondiger aan te pakken, en ruimer te kijken dan enkel in eerste instantie die bibliotheekkasten. Of we niet beter zouden meteen een heel plan van aanpak doen, met vensters en isolatie, en grondig kijken. Met een architect die ons zou kunnen zeggen of we pakweg het dak zouden kunnen verhogen om wat rechtere muren te hebben in de kinderkamers. Met eindelijk een beslissing over onze voorgevel: of we er een trapgevel van maken zoals in 1705, of de (relatief meer zeldzame) toestand van 1828 houden.

We zitten, met andere woorden, met werken die gaan van “maak eens een kast” tot “zet eens een gevel en een ander dak”.

En dus vragen we ons af of het niet goed zou zijn om een globaal plan te hebben om alles aan te pakken, dat we ons geen zorgen moeten maken over coördinatie van verschillende stielmannen voor meubilair en trappen en ruwbouw en verlichting en schilderwerk en pleisterwerk en watnog. Dat er een architect is met aansprakelijkheid en alles.

Van al de mensen die we gesproken hebben naar aanleiding van de bibliotheek-saga, houdt dat er maar één over, als we alles in één zouden willen doen: Artenova uit Oostakker, Stijn Van Maele en companen.

Ja, ‘t is niet gemakkelijk, want we zijn echt wel sympathieke mensen tegengekomen waar we graag mee verder zouden gaan.

22 reacties op “Schrijnwerkers deel VI (en verbouwingen)”

  1. Ik denk dat je wel de juiste keuze hebt gemaakt. Al is het maar om te vermijden dat je nu dingen doet waarna dan binnen twee jaar bv blijkt dat er eigenlijk nog een sanitaire leiding zo moeten lopen daar waar nu de nieuwe kast staat, enz.

  2. Ow ow, ‘t is nog niet gekozen hé. Het grootste probleem is dat het allemaal appelen en ajuinen vergelijken is nu: zo ongeveer al wie we gesproken hebben, heeft een ander voorstel gedaan. En dat gaat van “wij doen kasten en dat is alles, schrijnwerk en schilderwerk is uw probleem” tot “wij kunnen alles van begin tot einde”.

  3. Wij hebben recent een huis gekocht van begin jaren 70 (dus lang niet zo oud, maar al die houten huizen in amerika, is de leeftijd van een huis nu eenmaal korter). We hebben uiteindelijk gekozen voor de optie architect ( hier in amerika not-done voor gewoon renovaties) en alle grote werken in eens, terwijl wij er niet in wonen. Hopelijk zal het geheel daardoor minder kosten, omdat alles in 1 keer gedaan wordt, dan als we alles in stukken en beetjes doen.

  4. ‘k Heb zopas gebouwd met allemaal verschillende aannemers. En dat vreet energie! En dan moet de schilder toch nog een deel van het plamuurwerk opnieuw doen omdat het niet goed is gedaan door de plamuurder, is de elektrieker niet content omdat de schrijnwerker de wanden heeft dichtgezet zonder te markeren waar de kabels zitten, enz. Alles door 1 firma…daar is iets voor te zeggen.

  5. Dubbel glas zou bij mij prioriteit hebben op bibliotheekkasten. Maar da’s mijn rationele/spaarzame/ecologische zijde.

    En ik ben stiekem blij dit allemaal te lezen, want ik was al een beetje wanhopig omdat wij na vijf jaar (traag) verbouwen nog altijd niet overal plinten en behang hebben, maar het kan blijkbaar nog trager. 🙂 Overal rondom mij schieten de volledige-verbouwingen-in-één-jaar als paddenstoelen uit de grond, en zelfs een nieuwbouw staat er op die tijd.

    We hebben vandaag nog eens een kamertje plinten gezet en een spatwand achter de spoelbak in de keuken gezet, dus ‘t gaat – zeeeeeer langzaam maar zeker – vooruit. Alles zelf doen kost veel tijd.

  6. Wij stonden voor dezelfde keuze, en het is jammer dat ik tegen de winkel moet spreken van de schrijnwerker die ik graag heb aangeraden, maar ik zou ook alles in 1 keer doen, mét een deftige architect.

    Op lange termijn kost het minder, plus: uw architect is een goede kwaliteitscontrole en stok achter de deur bij slecht werk. En hij/zij bespaart u een pak tijd in werfopvolging en dergelijke.

  7. Helemaal mee eens: alles ineens scheelt een pak, en als het één firma is, dan helemaal!
    Wij hebben vorige zomer een nieuw dak laten steken, met isolatie, een hoop veluxramen en watnietal, en vervolgens zelf de inhoud van onze tweede verdieping uitgebroken. Momenteel is één firma er alles terug in aan het zetten (muren, elektriciteit, verwarming, kastenwanden), wat toch wel zeer makkelijk en efficiënt is. Op drie weken is het bij ons klaar, met allerlei onderaannemers zou dat eerder drie maanden zijn!

  8. Ik weet dan wel niets van verbouwen, maar ik denk ook dat één persoon / firma het gemakkelijkst zal zijn. Anders moet je telkens opnieuw allerlei opties bekijken, de ganse situatie uitleggen, … Maar phoe, wat een lijst! Ik zou er moedeloos van worden denk ik.

  9. Neem een goeie (vriend) architect, warm en kundig! Voor het kunstige zorg jij wel! Die weet dan ook wel wat (ngl je portemonnee) je best doet. Een firma die alles bedisselt is niet aan mij besteed, ook al gaat dat al wat rapper, soms. Het resultaat is er dikwijls naar. Begin met uw dak! Kap uw gevel af, ik bedoel geen klodden mortel tegen wat afgebladerde muren.
    Enfin, kijk goed uit en neem uw tijd!

  10. …dat er een architect is met aansprakelijkheid en alles… misschien even op wijzen dat een architect een decenale aansprakelijkheid heeft voor ontwerpfouten, de aannemer een decenale aansprakelijkheid voor uitvoeringsfouten…
    Los daarvan: neem een architect onder de arm, al was het maar voor een adviesopdracht, om alles op een rijtje te zetten. Best eentje uit de buurt, want tijdens verbouwingswerken is het handig als snel overleg tussen bouwheer, aannemer en architect kan bij onverwachte situaties.

  11. Mijn reactie heeft eigenlijk niks te maken met het verbouwen op zich, maar ik vroeg me af waar je de info over de geschiedenis van je huis hebt teruggevonden. Ik ben zelf naar het Stadsarchief geweest, maar verder dan pakweg 1875 ging dat niet…

  12. Wel, we hebben geluk in de wijk: onze hele wijk werd in 1213 door de Graaf van Vlaanderen aan Gent geschonken, en dan in cijnspercelen verdeeld, die tegen de tweede helft van de veertiende eeuw zo ongeveer helemaal bebouwd waren.

    En van die cijnshistories is heel veel bewaard gebleven. ‘t Is redelijk uitzonderlijk, op Europees en wereldniveau zelfs. 🙂

  13. Nu vraag ik me eigenlijk ook wel af hoe die valse vensters er in werkelijkheid uitzien. Zit daar glas in? Wat zit daar dan achter? Niks? Dan wordt dat glas toch aan beide kanten vuil en je gaat toch niet het dak op om die ramen te kuisen dan?

    Enlighten me…

Reacties zijn gesloten.