In het Engels zou ik zeggen: “An object lesson in ‘live by the sword, die by the sword’”.

In 1914 zijn er blijkbaar een paar Antwerpenaren over de Schelde geraakt met een tijdelijke pontonbrug, of iets in die zin — ik heb het allemaal niet zo hard gevolgd, Antwerpen interesseert mij door de band niet zo enorm hard.

Dit weekend wordt dat pontongedoe in het kader van honderd jaar 14-18 opnieuw in scène gezet. Ook dat heb ik niet gevolgd, maar het was wel enorm moeilijk: maanden aan een stuk worden we er al multimediaal mee om de oren geslagen.

En vandaag was het van dat: een hele resem Antwerpenaars die van de ene kant van het water naar de andere kant zouden gaan, en die daar blijkbaar ook nog eens geld voor betaald hadden, en dat het niet gelukt is.

Ze hadden gerekend dat er X mensen per uur zouden kunnen oversteken; bleek dat er minder dan X per uur over geraakten, onder meer omdat de mensen te traag flaneerden, of ook nog eens foto’s namen. Het moet zijn dat er minder sense of urgency is als er geen kleine zeventigduizend Duitsers op u schieten.

Ik geef toe dat ik gegniffeld heb bij de straatinterviews over het gedoe: de ene na de andere die de schuld steekt op Bart De Wever. Die ene mevrouw op VTM (nochtans de zender van De Wever) sprak van “onkunde van een burgemeester die zijn stad niet kan blij maken” en draaide het mes nog eens rond: “misschien moet hij eens bij zijn voorganger te rade gaan”. Idemdito op VRT. Variaties, de ene na de andere op “Bart kan het niet aan”.

Natuurlijk is het zijn schuld niet. Uiteraard kon en kan hij daar niets aan doen. Maar qua koek van eigen deeg, kan het helemaal tellen: schuld door associatie, de baas is altijd de eindverantwoordelijke, alles wat goed gaat is “normaal”, van zodra er ook maar iets fout gaat: “Bourgeois en BDW waren gisteren wel de eersten om de pluimen op te strijken bij de opening van dit prestige project, nu het een flop geworden weten zij van niets.”

Of gewoon allerlei zaken door elkaar slaan: “Waar ze de mensen toch mee koest houden…brood en spelen want voor de rest zijn er dus geen problemen in Belgistan, laat staan in de wereld”

Vergis u niet: die “ze” slaat gewoon op “de politiekers”, wie dat ook is. Vandaar, uiteraard, dat De Wever geen premier wil worden: dan zou alles dat fout gaat zijn schuld zijn. Niet meteen, want met “we zitten met de lijken in de kast van Di Rupo” kan hij het wellicht nog wel een halve of driekwart legislatuur uithouden — maar het zou ongetwijfeld alsmaar harder beginnen nijpen.

En met De Wever als premier zou het niet meer lukken om oppositie te spelen in de regering, zoals vorige keer in Vlaanderen. En dan zal het bij de volgende verkiezing dus ook niet meer lukken om te rekenen op het slechte geheugen van de ongeïnteresseerde gemiddelde mens (doe de test: hoeveel mensen in uw buurt weten dat N-VA ook in de vorige Vlaamse Regering zat?).

En dus mag er onder geen enkel beding een Belgische N-VA-premier zijn.



Reacties

3 reacties op “Het ponton in Antwerpen: dáárom wil Bart De Wever geen premier worden”

  1. Vooral zonde dat zo’n ‘tijdloze” herdenking nu plots weer over de huidige politieke momentopname gaat … alsof die er iets toe doet.

  2. N-VA doet er alles aan om aan de buitenkant de rol van de “andere partij” te spelen. Het volstaat om maar even binnen te kijken om te zien dat dat niet zo is, natuurlijk.

  3. Inderdaad, zich schoon op de achtergrond houden zodat zodra het misgaat ze dat op de andere kunnen steken.