Een mens moet om de zoveel tijd eens een oude klassieker herlezen, denk ik.
Maar science fiction uit de jaren 1970 is toch altijd ook een beetje een risico.
Maar ik herinner me vaag dat ik het zéér lang geleden, in franse vertaling dan nog wel, een wijs boek vond.
Maar dat is nergens een garantie voor, mijn geheugen laat me soms écht in de steek (crf. Anne McCaffrey, brrr).
Maar ik kwam het boek plots ook tegen in een lijst met boeken met niet-menselijke aliens, en dat herinnerde ik me zelfs niet meer, dat er aliens in zaten.
En dus heb ik het dan maar in de rapte gelezen.
Aan de oppervlakte gaat het over George Orr, een mens wiens dromen waar worden. Als hij bepaalde dromen heeft, en hij wordt wakker, dan is de wereld veranderd. Dat kan gaan van het eenvoudige (een schilderij van een berg is plots een schilderij van een paard, maar neen: het is altijd al een schilderij van een paard geweest, en de eigenaar weet zelfs precies waarom het er hangt, want de hele wereld is veranderd) tot het ingewikkelde (de hele menselijke soort is anders dan ze vroeger was, en heel de wereldgeschiedenis is veranderd).
Het vervelende is dat het in dromen gebeurt, en dat dromen niet rationeel zijn, en dat George bang is dat hij dingen gaat veranderen, en dat hij naar een psychiater gaat (oei, daar is de tijdsgeest van de 1971!), en dat die psychiater minder scrupules heeft dan George.
De psychiater beseft snel dat het echt waar is wat er gebeurt, en begint George Orr’s talent te gebruiken om de wereld te veranderen.
En neen, dat loopt niet zo goed af.
‘t Is een fabel, ‘t is typisch Ursula K. Le Guin, ‘t is erg jaren 1970 maar ‘t blijft zeer leesbaar. En verrassend kort. En een heel ander boek voor een tiener dan voor iemand die al wat geleefd heeft.