Adrian Tchaikovsky
Orbit, 2022, 596 blz.
Deel twee van de drie, en een vreemde bedoening. Er is natuurlijk vanalles gebeurd, en The Stakes Have Gone Up en zo, maar toch: we zijn praktisch 1200 bladzijden verder en ik heb de indruk dat de gebeurtenissen van de twee eerste boeken gerust in één boek hadden gekund.
Ik was geen moment verveeld, de pagina’s vlogen erdoor zonder stukken te kunnen/moeten overslaan of minstens zeer diagonaal te lezen (ik kijk naar u, Crown of Stars), maar toch. De personages zijn niet voldoende gegroeid of uitgediept, naar mijn goesting. Er is niet genoeg gebeurd of veranderd.
Eén voorbeeld: lang vóór het begin van het verhaal hebben mensen een soort biologische computer uitgevonden. Ruwweg een doos vol insecten en daar dan een hive mind in, voor opslag van data en correlaties en berekeningen allerhande. Na verloop van tijd bleken die dozen echte intelligentie en bewustzijn te hebben. Waardoor ze geen eigendom of gereedschap meer waren maar personen.
Insecten die in zo’n doos zitten, zijn personen, die op blijkbaar korte tijd een eigen persoonlijkheid ontwikkelen. Eén zo’n doos is al vele decennia zijn eigen persoon — maar de grote meerderheid van de zwermen insecten in die dozen keert na verloop van tijd terug en deelt hun verworven kennis met een “moederzwerm”. Wellicht andere insecten kunnen dan weer in de doos kruipen, alle kennis die ze hadden nog altijd hebben, maar hun persoonlijkheid is wel gereset.
Dat is iets dat mij interesseert. In hoeverre is “persoonlijkheid” eigenlijk “persoon”? Heeft de zwerm in zijn geheel een persoonlijkheid? Is de hele zwerm een persoon? Zijn de afgesplitste dozen vol insecten personen? Kijken ze ernaar uit om terug in de zwerm opgenomen te worden (zoals Odo en The Great Link), of kijken ze er niét naar uit omdat ze een stuk van zichzelf verliezen? Die ene zwerm die al decennia “zichzelf” is, heeft enorm veel kennis opgebouwd — wordt die kennis dan niét teruggegeven? Of kan een doos zich in twee of meer splitsen?
Niets van dat alles in het eerste of het tweede boek. Nu, de moederzwerm (for lack of a better word) komt wel meer op de voorgrond tegen het einde van Eyes of the World, dus misschien betert dat in het laatste deel.
(Ik heb gelijkaardige klachten over andere (groepen van) protagonisten: zo zijn de slechteriken bijvoorbeeld grotendeels eendimensionaal en is de parthenogenetische vrouwenmaatschappij een diffuus geheel met welgeteld één persoon die meer dan een naam is. Tchaikovsky zal een tandje moeten bijzetten in het derde boek om mij te overtuigen.)