À propos dit.

Ik behoor tot een andere generatie internetmensen dan de overgrote meerderheid internetmensen, al een jaar of tien er professioneel mee bezig en zo, al ettelijke jaren ettelijke websites en dingen.

On-line alter egos.

Ik heb jaren aan een stuk een website gehad, The Albania for King Zog Committee, waar vanalles op stond, van coprolieten over wormen en middeleeuwse Chinese monniken tot elanden en paralelle universa. Maar ik heb me daar nooit echt achter weggestoken, dat was meer iets als fictie schrijven.

Als ik on-line spelletjes speel, World of Warcraft of (indertijd!) MUDs bijvoorbeeld, dan doe ik dat meestal als een roodharige vrouw. Esmeralda, als die naam nog te krijgen is. En als niet, dan iets anders: Ygraine en Ygwaine in WoW tegenwoordig. Maar daar spreek ik niet met mensen, ik hak er gewoon monsters dood.

Ik heb dozijnen accounts links en rechts voor dozijnen on-line diensten. Linkedin en Orkut en Last.fm en WordPress.com en Typepad en godweetwatnog. Daar meld ik mezelf aan als “Michel Vuijlsteke”. Of “Michel”. Of “mvuijlst”. En doe ik niet alsof ik iemand anders ben.

Online identiteit, offline identiteit: het spijt me, maar ik snap dat niet.

Een uitspraak als

Dat schrijfsels hier resulteerden in negatieve handelingen in de real world (en dan vooral mijn werkomgeving), daar had ik het soms moeilijk mee. Smetty is uiteindelijk maar een klein deel van mezelf. Vooral het deel dat ik wil vertellen. En dan nog.

—daar kan ik niet bij.

Uiteraard is wat je schrijft op een weblog maar een klein deel van wie je bent.

Wat je zegt op het werk is maar een klein deel van wie je bent.

Wat je schrijft in e-mails is maar een klein deel van wie je bent.

Wat je zegt tegen kennissen is maar een klein deel van wie je bent.

Wat je zegt tegen vrienden en familie, dat is een groter deel van wie je bent, maar ook dat is nog altijd niet al wat je bent.

“O o, gij hebt goed spreken Vuijlsteke, ge smijt toch heel uw leven op het internet,” ik hoor het er een paar al zeggen.

Wel, kijk: wat hier staat is maar een klein deel van wie ik ben. Dat is het deel dat ik aan een wildvreemde op café zou vertellen, na een aangename avond. Daar staat niets in waar ik beschaamd over hoef te zijn. En bij uitbreiding: op dit weblog en elders waar ik onder mijn naam dingen schrijf, staat niets dat niet iedereen mag weten. En waar ik niet achter sta.

En staat ook niets dat ik niet zou herhalen onder andere omstandigheden: il faut avoir le courage de ses convictions.

Als men mijn opinie over dergelijke dingen vraagt, zoals onlangs nog in het kader van Gentblogt voor het toekomstpanel over communities van Media Morgen, dan is mijn verhaal quasi altijd hetzelfde: online is niet fundamenteel anders dan offline.

Als ik ga spreken op een seminarie, dan doe ik dat niet verkleed als Batman. Als ik een radio-interview geef, dan gebruik ik daar geen stemvervormer voor. Als ik een artikel schrijf voor een tijdschrift, dan doe ik dat niet onder een schuilnaam.

En als ik een publiek weblog heb, dan doe ik dan ook niet met een alternatieve identiteit.

Publiek weblog, jawel. Want inderdaad: ik heb een aantal weblogs (minder nu dan vroeger) die geheel privé zijn. En ik heb een LiveJournal-weblog waar niemand van afweet, en niemand ooit van zal afweten. Dat zijn andere zaken.

Want zo zit het, beste collega’s-webloggers-met-of-zonder-alter ego: er is geen half-anoniem op het internet. Either you’re in or you’re out. Ofwel laat je helemaal geen hints na, ofwel doe je de moeite niet om halve waarheden of half-gecensureerde deelpersoonlijkheden te ontwikkelen.  

De illusie dat je ergens les gaat geven, gaat solliciteren, gaat werken, een opdracht gaat uitvoeren, en dat je dan denkt dat mensen je niet gaan vinden als je zo’n half-andere “identiteit” ontplooit, is precies dat: een illusie.



Reacties

14 reacties op “Identiteit”

  1. Ik was vanmorgen diep aan het nadenken over online identiteiten. En verzonken in gedachten, reed ik gvd uit gewoonte de autosnelweg richting Brussel op. Terwijl ik in Antwerpen moest zijn. Hoeveel online identiteiten je ook hebt, af en toe moet je fysieke identiteit toch op de juiste plaats zijn.

  2. Helemaal mee eens.

  3. […] Ik ben het helemaal eens met Michel. Wie denk je te kunnen bedotten door een schuilnaam te gebruiken. Je kan geen alter-ego hebben, alles wat je doet op het internet, blijft jou. If you get my point. Je kan niet zomaar zeggen dat je een anders bent in het echt dan op je weblog, want ge zijt nog steeds dezelfden. […]

  4. Hallo Michel,

    je schrijft:

    “En bij uitbreiding: op dit weblog en elders waar ik onder mijn naam dingen schrijf, staat niets dat niet iedereen mag weten. En waar ik niet achter sta.”

    Prima, en allicht goed voor je dat dat voor jou opgaat. Maar dat geldt niet altijd voor iedereen.

    Niet in het geval van mensen die _enkel_ in hun online identiteit die dingen kunnen zeggen die ze in de fysieke wereld (nog) niet durven zeggen of zelfs maar onder ogen kunnen zien (denk zelfhulp-fora, coming-outblogs, online hulpverlening via chat…).

    Ook niet in het minder extreme geval van mensen die gebruik maken van online en publiek toegankelijke middelen (blog, forum, mailinglijst of whatever) voor hobby, politieke activiteiten, of partnerjacht, maar geen zin hebben om daar in professionele context op gepakt te worden. Hoe economisch meer afhankelijk je bent van anderen, des te meer reden je hebt om die dingen te scheiden.

    En je zal wel gelijk hebben, uiteindelijk ZAL dat wel altijd terug te traceren zijn, tenminste van zodra online en fysiek in elkaar overlopen (bv als je publieke appearances maakt als politiek activist).

    Maar je kan het op zijn minst al wat moeilijker maken dan één Google-query…

    (zie ook comment by smetty: http://www.smetty.be/2006/06/27/online-identiteiten#comment-6301 )

  5. Een identiteit is niet noodzakelijk gerelateerd aan anonimiteit Michel. Mijn volledige naam, emailadres en zelfs mijn werkgevers staan gewoon op al mijn blogs. Moest ik anonimiteit nastreven, dan zou dat inderdaad een illusie zijn.

    Misschien zijn al jouw rollen in je leven gelijk en loopt alles in elkaar over. Bij mij niet. Ik heb niet het idee dat ik in de klas, op café, op het net en in bed dezelfde moet zijn.

  6. @pascal:

    mensen die _enkel_ in hun online identiteit die dingen kunnen zeggen die ze in de fysieke wereld (nog) niet durven zeggen of zelfs maar onder ogen kunnen zien (denk zelfhulp-fora, coming-outblogs, online hulpverlening via chat…).

    Ja uiteraard. Maar dat valt dan voor mij onder “ofwel doe je het consistent anoniem, ofwel niet”. Mengvormen, dat lukt niet. Nooit.

    Schrijf dan onder een andere naam, maar betrek er werk en familie niet in, bijvoorbeeld. Er zijn er in Vlaanderen genoeg, die je al moet kennen om te weten wie ze zijn. Onmogelijk is het niet.

    @Smetty: ga je dan met een masker op café zitten?

    Enfin, de rol die je in bed speelt, daar kan ik me zoiets nog bij voorstellen 🙂 … maar wat gebeurt er als je iemand van op café kent en die wordt plots een collega?

    Of je bent aan het uitgaan en je komt een student tegen?

    Is dat geen poort naar een compleet schizofreen bestaan? En is het niet zeer naief te denken dat elke student die je hebt, of elke collega, niet gewoon http://www.google.com/search?q=cindy+de+smet ingeeft en op smetty.be terechtkomt?

    En uiteraard lopen alle mogelijke rollen in mijn leven niet in elkaar. Maar ik ga bijvoorbeeld niet tegen één persoon zeggen dat ik André Hazes eigenlijk maar melig vind en tegen een andere dat ik André Hazes fantastisch vind.

    Voor mij is het internet een beetje zoals een café, of een kantine op het werk, waar iedereen kan meevolgen, ook mensen die je niet kent. Daar zou ik ook geen écht persoonlijke dingen vertellen als ik vermoed dat ik er ooit nog mee in de problemen geraak.

    Ja, als ik een kostuum zou aantrekken, zou ik ongestoord vanalles kunnen zeggen, ook op de kantine van mijn werk of op café, in het bijzijn van vreemden én van kennissen. En dan zou ik me kunnen wegsteken: “jamaar, het is Kapitein Schmurzwinkle die spreekt hé, niet Michel Vuijlsteke”. Maar het is zoveel eenvoudiger om dingen die je niet wil of kan zeggen in het publiek, gewoon niet te zeggen. Of, uiteraard, zoals ik zei, wél te zeggen, maar dan helemaal anoniem.

  7. Pas op, ik wéét dat er uiteraard schemerzones zijn.

    Autofictie is er één. Zo van “het personage Herman Brusselmans” is niet de mens Herman Brusselmans.

    Publieke personen is er een andere, acteurs en actrices en gelijkaardige mensen, die om den brode een bepaalde rol (moeten) spelen, die niet noodzakelijk overeenkomt met hun echt eleven.

    Maar daar had ik het niet echt over. 🙂

  8. @Michel: als mensen mijn blog zoeken en niet vinden, is het waarschijnlijk omdat ze niet kunnen surfen of zoeken want ik verberg niets. Al mijn blogs staan bewust vermeld op mijn CV. En zoals ik al zei, ook mijn naam staat op mijn blog. Dus ik stop mij toch niet weg?

    Op zich geldt voor de student die mij tijdens het uitgaan tegenkomt hetzelfde als voor de student die mijn blog leest: hij weet iets meer over mij, maar dat verandert niets aan de les of aan onze relatie lesgever-student. Dat ik bijvoorbeeld een glas teveel op had, heeft geen impact op het feit dat er een taak moet afgegeven worden. En het maakt dan ook niet uit of die student dat gezien heeft of het op mijn blog gelezen heeft.

    Samengevat (in dit fictieve voorbeeld): die met het glas is niet die voor de klas. En het is dan ook niet Smetty in de klas, maar wel Cindy.

  9. Hm. Dus het is niet een geval van “Smetty denkt X, maar Cindy denkt daar niet noodzakelijk zo over” of “Smetty kan zich veroorloven om Y te zeggen, maar Cindy zou dat nooit zeggen”? Dan heb ik het in jouw geval althans verkeerd begrepen.

    Het is dan in jouw geval meer iets als wanneer ik op café tegen iemand “Eddy” zou zeggen, maar op school “mijnheer de directeur”?

    En glas/klas: je kan toch niet zeggen dat je een andere persoon bent op café dan in de klas? Andere aspecten, andere verhoudingen, maar toch niet fundamenteel anders?

  10. Andere aspecten, andere verhoudingen, maar niet fundamenteel anders.

    Dat klinkt als een mooi besluit 🙂

  11. Dag Michel, ik ben al even op zoek naar een blogsite waar ik een (semi) prive-blog aan kan maken voor de familie, het liefst waar meerdere auteurs op kunnen schrijven. Heb je een link voor zo’n blogsite? Alvast bedankt!

  12. […] deed ik het weer, trouwens: ik krijg het nog altijd niet over mijn toetsenbord om te zeggen “die ik bij Smetty las”. Ik zal nooit zeggen […]