We waren helemaal content, want we gingen een agile project doen, met twee man aan het grafisch ontwerp, en copywriters uit Londen, en dan wij met twee aan de informatie-architectuur, het interactiedesign en de documentatie.

Uiteindelijk is het niet helemaal agile: we hebben wel een aparte ruimte, we zijn multidisciplinair, we werken in korte tijdsframes van telkens een week, we hebben een vertegenwoordiging van de klant, en al die dingen — maar we doen er toch redelijk wat documentatie bij, en een deel van het team zit niet in dezelfde ruimte: we zien elkaar één keer per week een dag, en voor de rest gebeurt de communicatie per mail, per conference call en per wiki.

…maar wat een genot om op die manier te kunnen werken!

Wij doen wireframes, en de copywriters houden zich bezig met tone of voice en tekst, en de grafische mensen werken aan een grafisch gezicht, en uiteindelijk is er niemand de baas, komen er ideeën van overal, en kan iedereen doen waar hij of zij het best in is.

En interessante inhoudelijke problemen, interessante interactieproblemen, interessante classificatieproblemen, interessante designproblemen. Niet dat het onmogelijk is, we hebben voldoende ideeën en ervaring en inspiratie om oplossingen te verzinnen — en te toetsen, en te herwerken, en dan uiteindelijk tot een gefundeerd besluit te komen.

Geen enkel project is ooit volledig ideaal. Het is altijd, op de één of andere manier, roeien met de riemen die men heeft, binnen de gegeven beperkingen — hier is een beperking bijvoorbeeld dat de klant voor mij moeilijk bereikbaar is per openbaar vervoer en dat ik gemakkelijk van 7u30 tot 19u30 van huis ben.

Maar de positieve kanten halen het zó hard van de negatieve kanten: gisteren bijvoorbeeld, dan hebben we van pair wireframing gedaan. ‘t is te zeggen: met twee achter een computer tekenen. Pair programming (zie alhier) was altijd al mijn favoriete manier om te programmeren, zelfs nog vóór ik van de term zelf gehoord had, en de voordelen bij het maken van prototypes en wireframes zijn minstens even groot als bij het programmeren zelf.

Er is continu feedback over en weer, er wordt veel meer aan reflectie en correctie gedaan, er zijn twee paar ogen om te kijken naar consistentie en kleine details, het is gezellig, er gaat uiteindelijk heel veel kennis over en weer, al die dingen. Het is een heel efficiënte manier van werken ook: doodlopende denkpisten worden veel sneller geïdentificeerd en afgesloten, en met twee achter een computer is er geen enkele verleiding om “snel even mail te checken” of “rap even dit of dat tussendoor te doen”.

Het werk is sneller gedaan, en ook: het is veel definitiever als het gedaan is. Het is niet meer nodig om alles uit te leggen achteraf en dan de discussie aan te gaan en dan eventueel alles nog eens aan te passen: die stap is al gezet, namelijk.

Oh, ik kijk zo uit naar maandag, dat we verder kunnen doen. En dan dinsdag, de hele dag workshop met de copywriters. En dan de rest van de week, weer ontwerp. En de week daarna opnieuw. En de week daarna.