Feminazi’s

En ik die dacht dat van dat blind NANANANANANANA IK HOOR U NIET NANANANANANA misandrisch feminisme even uitgestorven was als wat ook het jaren-1950 Neanderthal-omgekeerde ervan was: ‘t is geen waar! Er zit er nog eentje bij De Wereld Morgen!

Onder de kop “Het is allemaal natuurlijk, genetisch, evolutionair” wordt al meteen de toon gezet:

De voortdurende herhaling van allerlei clichés is meer dan gewoon een beschrijving van de werkelijkheid. Verwijzingen naar het natuurlijke hebben als doel de status quo te behouden en bepaalde onderwerpen van politieke analyse uit te sluiten. Nepwetenschappers vertellen fabels zonder bewijs en stellen zichzelf voor als dappere ridders tegen de politieke correctheid.

Het begint met een inleiding waar vermoed ik geen al te flagrante leugens in staan: we zijn het ondertussen allemaal, dacht ik, over eens dat niet alle eigenschappen van alle mensen aangeboren zijn. Vrouwen zijn niet noodzakelijk beter in taalvaardigheid, mannen zijn niet noodzakelijk beter in ruimtelijk inzicht.

(Maar doe alvast deze leutige test met alle vrouwen in uw buurt: vraag ze om een fiets te tekenen. Op een blaadje papier. Iedereen weet toch hoe een fiets eruit ziet, juist?)

(En doe de vergelijkende woordenschattest: vraag aan alle mannen en vrouwen uit uw buurt om op een papiertje, op pakweg een halve minuut tijd, zoveel mogelijk synoniemen van “verdrietig” of “blauw” op te schrijven.)

Na de inleiding gaat het redelijk snel bergaf voor mij: de ene na de andere stroman wordt opgevoerd en neergesabeld, het lijkt wel een adept van homeopathie of oorkaarsen die even de reguliere geneeskunde wil afkraken.

Mythes en clichés, die zijn er natuurlijk wel, daar in het geheel niet van. Maar in ‘s hemelsnaam, zo een ellenlange opsomming van nonsens… jongens toch.

Het begint bijvoorbeeld met de stelling als zouden “de mensen” zeggen dat vrouwen kletsen en roddelen, en mannen praten en discussiëren. Haja, “de mensen” zeggen dat. Stoute mensen!

Iedereen die ooit in een werkomgeving heeft gewerkt waar veel vrouwen én veel mannen zitten, kan zich een oordeel vellen over die stelling: soms klopt het, en soms klopt het niet. Maar is het omdat sommige mensen (veel mensen, alle mensen, whatever) overdrijven en er een karikatuur van maken, dat het daarom niet waar zou zijn? Of dat er geen grond van waarheid zou inzitten?

De auteur van het stuk smijt er meteen de grote kanonnen tegen, stromansgewijs. Zo zouden sommige mensen zeggen dat mannen meer woorden per dag zouden zeggen dan vrouwen, maar dat zou dan toch niet waar zijn. Okay, mij niet gelaten. Noch in de ene noch in de andere zin, want meer of minder maakt niet uit: het aantal woorden telt niet, het is welke communicatie er plaatsvindt. Chinezen spreken 5.18 lettergrepen per seconde, Spanjaarden ratelen aan 7.82 lettergrepen per seconde, maar Spaans als taals is veel minder informatiedicht dan Mandarijns Chinees. Hetzelfde zou, vermoed ik, het geval kunnen zijn met mannen en vrouwen. Niet dat ik ervan wakker lig, maar bon.

Mensen zeggen dat vrouwen kletsen en roddelen, zegt de auteur, en ze gaat meteen in het defensief: “Dat is een heel negatieve omschrijving en de impliciete boodschap is: vrouwen praten niet zomaar veel, ze praten te veel en zouden beter wat meer hun mond houden.”

Euh, nee? Als ik daar echt op zou moéten antwoorden, dan zou ik zeggen dat wat de ene “kletsen en roddelen” noemt, de andere “sociaal zijn” noemt. Door de band heb ik de indruk dat vrouwen meer over gevoelens praten dan mannen. Oei, ben ik nu seksistisch bezig?

De onderwerpen zouden ook verschillen: dat lijkt mij logisch. Vaders-aan-de-haard onder mekaar spreken ook over andere onderwerpen dan toppolitica’s onder mekaar.

Om het puntje “praten” af te sluiten, is er dan deze vreemde paragraaf:

Het is ook zo dat mannen meer praten dan vrouwen in openbare en formele ruimtes. Wanneer er in een ruimte ongeveer evenveel mannen als vrouwen zijn, wordt twee derde van de vragen door de mannen gesteld. Ook neigen mannen ernaar om vrouwen te domineren en hun gesprek over te nemen. Ook in het klaslokaal is dit zo: jongens komen vaker aan het woord dan meisjes. Leerkrachten doen hier onbewust aan mee: ze neigen ernaar om jongens vaker om hun mening te vragen dan meisjes.

Foei, stoute leraars (die meer en meer vrouwen zijn, maar passons), tot daar, maar: euh, wat is de relevantie hiervan voor het betoog? Is dat verkeerd, dat mannen meer vragen stellen in het openbaar? En wat wil dat dan zeggen? Dat ze geldingsdrang hebben? Dat ze het belangrijker vinden om macht te etaleren? Dat vrouwen beter zijn in minder openbare en formele ruimtes?

Of gewoonweg dat mannen en vrouwen, ruwweg, in grote lijnen, veralgemenend, op een andere manier communiceren?

…en zo gaat het het hele artikel door, eindeloos lang.

Ik heb écht de indruk, als ik dergelijke dingen lees, dat die mensen nooit meer dan één kind hebben gehad van meer dan één verschillend geslacht.

Mannen en vrouwen zijn verschillend, punt uit. Lach al ge wilt met “sociaal darwinisme, sociobiologie, evolutionaire psychologie, darwinistisch feminisme”: niéts gaat veranderen dat bij zowat alle dieren, Homo sapiens sapiens incluis, het wijfje en het mannetje zich anders gedragen. Wat een pretentie, te denken dat een paar duizend jaar beschaving eventjes miljoenen jaren zou opzij zetten.

(En, meteen erbij, dat er niet zoiets als “de man” en “de vrouw” is, alsof het een binaire keuze was, maar dat er een glijdende schaal is.)

Dat is niet iets om onder de mat te vegen als ware het zever, dat is iets om te koesteren, en om mee te leven.

18 reacties op “Feminazi’s”

  1. Mannen zijn soms net zo’n grote viswijven als vrouwen. Al meer dan 10 jaar zit ik in een mannen gedomineerde wereld voor het werk/studies, net als ik studentenjobs in vrouw gedomineerde werkomgevingen heb mogen doen.
    Gemiddeld verkies ik de mannen omgeving, vooral omwille van het achterbakse vrouwelijke gedrag (omwille da ze allemaal even machtsgeil zijn als venten, maar dat allemaal achter uw rug doen). In de mannen gedomineerde omgeving zal je je publiekelijk mogen verdedigen als iemand het niet met je eens is (wat niet wilt zeggen dat ze niet achter je rug je ook zullen proberen neer te halen, maar ze zijn niet zo handig als vrouwen, ik vermoed dat ze jarenlange training van tijdens de puberteit missen :)).

  2. Ja die Evie, het lijkt me wel een kittig wijfje, een kek konijntje.
    In vuur en vlam achter de tekstverwerker. Kinky. 🙂

  3. Misschien een beetje meer opzoeken ipv uw persoonlijke oubollige mening te geven. Voed meisjes en jongens anders op en je krijgt wss een ander resultaat. Er is meer dan man & vrouw ja, andere genders. Sekse en gender zijn verschillend, domoor.

  4. @S: misschien een beetje beter lezen in plaats van uw persoonlijke vooringenomen gal te komen spuien.

    Zoals bijvoorbeeld de voorlaatste zin van wat ik schreef:

    En, meteen erbij, dat er niet zoiets als “de man” en “de vrouw” is, alsof het een binaire keuze was, maar dat er een glijdende schaal is.

    En waar gij zegt:

    Voed meisjes en jongens anders op en je krijgt wss een ander resultaat.

    …zei ik hierboven

    Ik heb écht de indruk, als ik dergelijke dingen lees, dat die mensen nooit meer dan één kind hebben gehad van meer dan één verschillend geslacht.

    We hebben één zoon die we het ergste zouden kunnen straffen door hem te verbieden naar een voetbaltraining te gaan. En een andere die het liefst van al zo rustig mogelijk speelt.

    Ja, we zouden de kunnen dwingen om met poppen te spelen en halskettingen te maken. En we zouden de andere kunnen dwingen om rugby te spelen. Dan zouden ze binnen tien jaar anders uitdraaien dan ze nu wellicht gaan uitdraaien, maar ze zouden waarschjijnlijk niet veel gelukkiger zijn.

    Kinderen opvoeden rekening houdend met hun eigenheid, dat is wat er moet gebeuren.

  5. Bwa, als er dan toch geschreven moet worden door die emanciperende vrouwtjes, dan zouden het toch beter smachtende brieven naar het object of affection mogen zijn
    Of een lustvolle lezersbrief naar P-magazine of Che desnoods.

    Anders is het toch maar zoals het zaad op de rotsen. Pointless. 🙂

  6. ben k nu de enige vrouw die hier mee kan lachen. Ach het zal wel de verkeerde opvoeding zijn geweest :).

    Hoog tijd da k eens een foto in lingerie van die presentabele vriendin te pakken krijg, anders mag ik binnenkort geen comments meer schrijven 🙂

  7. Liefste Michel,

    Ik had meer van je verwacht.
    Argumenten, bijvoorbeeld. Voorbeelden van studies. Misschien zelfs enige interne coherentie, als het even kon!
    Helaas, pindakaas. Laten we beginnen bij het begin, shall we?

    Het al dan niet beter een fiets kunnen doedelen, is niet noodzakelijk een bewijs of zelfs maar een gevolg van een beter ontwikkeld ruimtelijk inzicht. Misschien deed jij de test toevallig bij een groepje kerels die zich stiekem verenigd hebben in een geheim wielerbroederschap dat zich ‘De Lustige Trappers’ noemt en nog maar pas t-shirts heeft laten drukken met daarop de ludieke slogan “‘Spring eens uit binnenband!” Of misschien ken jij alleen maar het soort vrouwen dat zich richting de -nochtans belachelijk plaatselijke- zonnebank verplaatst in zo’n Toyota Hippopotamus, zo’n minotaurus op wielen. (Die ze nochtans niet eens deftig kunnen parkeren! Oh, de ironie.) Gezien de geringe spanningsboog van uw betoog, lijkt het type ‘leeghoofdig meelachend met al even zinsledige machograpjes uit angst dat er een stilte valt en ze zelf een grammaticaal correcte zin moet formuleren’ ook meteen het enige type vrouw/mens dat ooit vrijwillig in uw omgeving zou en zal vertoeven. Waarschijnlijk hebben zij dan ook niet eens geprobeerd om een fiets te tekenen, aangezien ze waarschijnlijk net hun nagels hadden laten doen voor de feestdagen. Om eindelijk een punt te maken: ik ken behoorlijk wat vrouwen èn mannen die voor ingenieur studeren, net zoals ik vrouwen èn mannen ken die een diploma hebben behaald in het grafisch domein. De ingenieurs van dienst kunnen allemààl een deftige fiets tekenen, waarschijnlijk door hun technische achtergrond. De illustratoren, schilders, grafisch vormgevers etcetera vinden het dan weer allemààl een pak moeilijker, op enkele uitzonderingen na. En -wat een ongelofelijke verrassing zeg!- dat laatste ligt vooral aan het feit dat deze enkelingen elke dag de fiets nemen of enige interesse vertonen in zaken die (vaagweg) gerelateerd zijn aan het stalen ros.

    Wat betreft de woordenschattest, kan je de uitleg van hierboven waarschijnlijk min of meer transponeren. Mochten we hier consequent zijn betreffende het attribueren van eloquentie aan gender, zouden we voorbij gaan aan het feit dat er bijvoorbeeld veel meer bekende schrijvers zijn dan schrijfsters.
    Vasthouden aan het gegeven dat vrouwen beter zouden zijn met woorden, zou dan betekenen dat er andere redenen moet zijn voor hun ondervertegenwoordiging in de literaire wereld…

    Dat brengt ons naadloos bij de passage waar Evie beweert dat overwegend mannen zichzelf o.a. tijdens publieke debatten vrij dominant in de spotlights weten te wurmen. Misschien zou je daarmee die ondervertegenwoordiging kunnen verklaren, dan? Dus toch?
    Jij kiest er in jouw stukje voor om het verschil in spreektijd en publieke aandacht toe te schrijven aan een biologisch verschil. Ik voel het al aankomen: “Vrouwen zijn biologisch bevoordeeld wat betreft het taalspel, maar zijn minder competitief.“ Meer bescheiden en rustig van inborst. Of nee: ze blijven liever op de achtergrond, zodat ze meer tijd kunnen spenderen aan hun partner en hun gezin!! Ja, dat zal het vast zijn!

    Even serieus nu (lol!): waarom heb jij dit stukje geschreven, Michel? Omdat jij je mening wou verkondigen, ondanks het feit dat je eigenlijk niet echt iets zinnigs te zeggen had. Waarom heb je er in de comments nog een paar compleet gratuite mopjes tegenaan gegooid? Opdat de auteur van het oorspronkelijk artikel zich ontmoedigd zou voelen om nog verder te schrijven. En dat is nu net exact hoe veel te veel mannen nog steeds actief een klimaat scheppen waarin vrouwen terughoudend zijn om hun opinie kenbaar te maken. Helaas gaan velen het op den duur dan ook gewoon vermijden om nog tegen de haren in te strijken, om nog iets te zeggen wat sowieso op hoongelach zal worden onthaald… Terwijl, als we nu intellectueel eventjes eerlijk zijn, Evie’s tekst simpelweg gestoffeerd is. Bronnenvermelding, vlotte schrijfstijl, relevantie,… Wat je maar wil. Watch and learn, zou ik zeggen!

    …en zo kan ik nog een tijdje doorgaan, om jouw formulering even over te nemen.

    P.S.: Mocht jij een wielerclub oprichten, heb ik nog een suggestie wat betreft de naam: “De slappe supappekes.” Kwestie van meteen eerlijk te zijn over het gebrek aan spanning in uw boogje.

  8. Hey, sorry dat je je op je pik getrapt voelt.

    Het al dan niet beter een fiets kunnen doedelen, is niet noodzakelijk een bewijs of zelfs maar een gevolg van een beter ontwikkeld ruimtelijk inzicht.

    Neen, dat zeg ik ook niet. Ik geef je op een presenteerblad, en ik sponsor daar graag een wetenschappelijke studie voor, dat de doorsneevrouw minder goed een fiets kan tekenen dan de doorsneeman.

    En dan heb ik het niet over “slecht getekend” of zo, maar over basis-denkfouten. Trappers aan het voorwiel, ketting tussen voor- en achterwiel, dat soort dingen.

    Mijn ogen werden een beetje glazig bij het vervolg van die lange lange paragraaf (vanaf het niets ter zaken doend wielegenootschap tot het vaagweg gerelateerd stalen ros), maar naast het vermoeden dat we een ander gevoel voor humor hebben, onthoud ik vooral dat ik terloops voorstelde om vrouwen en mannen een fiets te laten tekenen, en dat het leek alsof je daar dan meteen uit concludeerde dat ik zei dat er geen vrouwen zijn met ruimtelijk inzicht.

    Wat ik niet deed, voor de duidelijkheid.

    Mutatis mutandis voor taal: er is een verschil, dat staat redelijk onomstootbaar vast. Ik zou kunnen schermen met literatuur, van Lakoff over Elaine Rich tot deze recente over tagging op Flickr, maar waarom zou ik in ‘s hemelsnaam?

    Ik verbind geen waardeoordeel aan die verschillen, ik vind ze waardevol en ik kies ervoor ze te koesteren. In plaats van te roepen NA NA NA NA ZE BESTAAN NIET EN ALS ZE AL BESTAAN IS HET ONRECHTVAARDIG (en de schuld van die klootzakken van macho’s) NA NA NA NA.

    En, bovendien, zoals ik hier net boven het met “S” eens was: er is niet iets als mensen-met-vagina versus mensen-met-penis, ik zie een soort glijdende schaal. Gender en geslacht zijn niet hetzelfde, en alles.

    Even serieus nu (lol!): waarom heb jij dit stukje geschreven, Michel?

    Even serieus nu, Kim: waarom heb jij gereageerd op de manier waarop je reageerde?

    Ik vind het een totaal geldige vraag, als je echt wil weten waarom ik dat schreef. Als je het echt wil weten: ik voelde mij redelijk depressief, ik had niet veel aanleiding nodig om nog lastiger te lopen, en ik was begonnen aan een uitgebreide fisking van het artikel. En dan was ik een half uur of zo bezig, en had ik er geen zin meer in. Vroeg ik me af “tegen wie ben ik hier eigenlijk wat aan het zeggen, en waarom zou ik mij er eigenlijk in opwinden?” En dan heb ik er zonder nadenken een einde aan gebreid (gebreeën?), en op de publish-knop geduwd.

    Omdat jij je mening wou verkondigen, ondanks het feit dat je eigenlijk niet echt iets zinnigs te zeggen had.

    …maar dit vind ik dan weer teleurstellend. Met een vraagteken erachter zou het me niet gestoord hebben, maar ik weet niet hoe je zomaar zeker kan weten dat ik niets zinnigs te zeggen heb.

    Ik heb niet de ambitie om een wetenschappelijk werk te schrijven over het moderne feminisme, neen.

    Waarom heb je er in de comments nog een paar compleet gratuite mopjes tegenaan gegooid? Opdat de auteur van het oorspronkelijk artikel zich ontmoedigd zou voelen om nog verder te schrijven.

    Sorry, maar: wat een nonsens. Niemand kan mij verplichten om ergens in het begin van een pagina te kiezen tussen akelig serieus blijven, ironie, sarcasme, kolder, kleinerend badineren, of wat dan ook van toon.

    Noem het voor mijn part gerust discussietoon-code switching (zie bv. Li Wei, “The ‘Why’ and ‘How’ Questions in the Analysis of Conversational Codeswitching”, in P. Auer. Code-Switching in Conversation: Language, Interaction, and Identity, Londen, Routledge, 1998. p. 156-76 — iederéén kan tegenwoordig knippenplakken en doen alsof hij/zij studies aanhaalt, dat wil nog niet zeggen dat hij/zij de juiste studies aanhaalt en/of de studies begrijpt).

    En dat is nu net exact hoe veel te veel mannen nog steeds actief een klimaat scheppen waarin vrouwen terughoudend zijn om hun opinie kenbaar te maken. Helaas gaan velen het op den duur dan ook gewoon vermijden om nog tegen de haren in te strijken, om nog iets te zeggen wat sowieso op hoongelach zal worden onthaald…

    Verander “mannen” en “vrouwen” door “mensen”, en het gaat nog steeds op. Ik ben bijvoorbeeld één van die mensen die het heel zijn leven lang al enorm moeilijk vindt om luidop te spreken in een ruimte met meer dan drie personen. Op een schaal van 0 tot 10 ben ik -2 van assertiviteit: ik durf door de band geen vreemde aan te spreken, of vragen te stellen aan mensen die ik niet ken. Ik ben als de dood dat ik me belachelijk ga maken bij alles wat ik zeg, en ik word misselijk van agressieve discussies — ook en vooral omdat ik het enorm moeilijk heb om mijn emoties in dergelijke situaties de baas te kunnen en het niet in blinde ruzie te doen ontaarden.

    Maar wil dat zeggen dat ik hard ga roepen dat ik gediscrimineerd word? En dat ik nijdig ben op andere mensen (man of vrouw) die daar wel beter mee om kunnen? Ja, in een ideale wereld zouden we allemaal lief zijn voor mekaar, en begrip opbrengen voor mekaar, en kan iedereen om met iedereen, van contactgestoord tot hypersociaal, van pseudo-autistisch tot hyper-assertief.

    Maar zo zit het nu eenmaal niet in elkaar. Ik steek de schuld niet op iemand anders, en ik steek de schuld niet op mezelf. Het is wat het is. We roeien met de riemen die we hebben, en we proberen zo goed en zo kwaad mogelijk iedereen in zijn eigen waarde te laten. En zo.

    Terwijl, als we nu intellectueel eventjes eerlijk zijn, Evie’s tekst simpelweg gestoffeerd is. Bronnenvermelding, vlotte schrijfstijl, relevantie,… Wat je maar wil. Watch and learn, zou ik zeggen!

    Gho, “intellectueel eventjes eerlijk zijn”… Die tekst van de mevrouw op De Wereld Morgen was inderdaad gestoffeerd. Mijn matras is dat ook, dat wil niet zeggen dat ik ernaar moet kijken en leren.

    De ene persoon zijn “bronnenvermelding” is de andere persoon zijn “smijt er nog wat eenzijdig gekozen teksten van preachers to the converted tegenaan”. De ene persoon zijn “vlotte schrijfstijl” is de andere persoon zijn “lees, lees, lees, tiens nóg eens dezelfde drogredenering, lees, lees, *geeuw*, lees, lees, *is het nu nóg niet gedaan?*”. En de ene persoon zijn “relevantie” is de andere persoon zijn “godhemel, zijn de jaren 1970 terug of wat?”.

    …en zo kan ik nog een tijdje doorgaan, om jouw formulering even over te nemen.

    Hoe, *mij* verwijten wat je net *zelf* gedaan hebt? Tsss. 🙂

    P.S.: Mocht jij een wielerclub oprichten, heb ik nog een suggestie wat betreft de naam: “De slappe supappekes.” Kwestie van meteen eerlijk te zijn over het gebrek aan spanning in uw boogje.

    Oei, die poging tot neerbuigend doen, da’s ook mislukt, precies? 🙂

    (En trouwens: ik ben er redelijk van overtuigd dat wij het in het echt, in een normaal gesprek, wél redelijk eens zouden zijn over de grond van de zaak.)

    (Dat van “een ander gevoel voor humor hebben” was maar om te lachen. Denk ik.)

  9. Qed.

    Iemand goesting om volgende week mee te trainen met WC “de slappe supapkes”?

    Duvel en gluhwein na afloop. 🙂
    No women allowed, obvious.

  10. Mja, ik ga niet ontkennen dat er nood kan zijn aan maseuses achteraf. Schone jongere vriendinnen in lingerie met gepaste dranken kunnnen die vacature mogelijk naar genoegen invullen.

    Test-drives zullen ongetwijfeld uitsluitsel brengen.

  11. Het hele punt is dat het feminisme streeft naar gelijkheid, terwijl het eigenlijk draait om gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen. Ik erger me er steeds weer over dat (ook in de media) steeds weer over de gelijkheid tussen man en vrouw gesproken wordt.

    Je kunt honderden situaties verzinnen waarbij er geen gelijkheid is en waarbij mannen gediscrimineerd worden.
    Zo zou ik ook graag eens in bikini op een Ferrari zitten tijdens een autosalon, en ik wil zwanger zijn, en tijdens de olympische spelen mag ik me ook al niet meten met andere vrouwen.
    En als ik in de politiek wil gaan, kan ik het als jonge man ook wel schudden, er zijn immers quota afgesproken, waardoor je als vrouw je ouders moet vermoord hebben om niet op een lijst te mogen staan, terwijl je als man ook competenties moet hebben.
    En als ik op een terrasje zit, wordt die mooie vrouw aan het tafeltje naast mij veel sneller bediend, en als ik met een lekke band naast de weg sta, moet ik hem zelf vervangen…
    En als ik thuis klus, laat mijn vriendin dit aan mij over om ‘me een goed gevoel te geven’, ik zou eens hetzelfde moeten zeggen over de strijk (selectieve emancipatie noem ik dat ;-))

    Ik wijt al die dingen aan een groot vrouwencomplot. Ze nemen stiekem de wereld over, zeg ik u! Allemaal om de mannen straks af te schaffen!

    Dit soort praat slaagt toch nergens op? Daar gaat het toch niet over? Iedereen wordt in bepaalde situaties wel ergens om gediscrimineerd (uiterlijk, intellectuele of fysieke capaciteiten, whatever). Leer daar dan mee omgaan of doe er bij jezelf iets aan, ipv de verantwoordelijkheid af te schuiven op anderen om jezelf in een slachtofferrol te kunnen blijven wentelen.

Reacties zijn gesloten.