Charles Martin
Broadway Books, 2011, 336 blz.

Na wat zware kost dacht ik: tijd voor iets licht verteerbaars. En jawel: bijzonder licht verteerbaar, deze veredelde stationsroman.

Snel: als er zou moeten gevliegtuigcrashet worden in de bergen, en ge zijt met twee en één persoon heeft een zware beenbreuk, wat voor soort mens zou die andere moeten zijn om een beetje kans te maken op overleven? Als ge hadt gezegd “een dokter met specialisatie orthopedie en spoedgeneeskunde, die net terugkeert van een expeditie bergbeklimmen en dus al zijn overlevingsmateriaal nog bij zich heeft, en die een volleerde Eagle Scout was en recordhoudende sportman”, dan hadt ge goed geraden.

Ben Payne is namelijk dat alles, en hij weigert beeldschone taekwondo-één en al spieren-machtig getalenteerde schrijfster-met-enorm-gevoel-voor-humor Ashley Knox achter te laten.

Payne spreekt voortdurend met zijn vrouw (hij heeft een dictafoon mee, dat is persoonlijker dan voicemail of e-mail, zegt hij), en Knox moest eigenlijk de dag na de crash trouwen met haar überknappe-bijzonder-slimme-enorm-rijke verloofde, maar WAT GRAADT GIJ? ze beginnen gevoelens te hebben voor malkander.

Niet op een voorspelbare manier (’t is altijd dat), maar de MORANTIEK spat wel van de pagina’s. “Oeioei, dat zou wat geven als ze dat verfilmen”, was mijn gedacht de hele tijd en WAT GRAADT GIJ? het zal binnenkort een film zijn met Idris Elba en Kate Winslett.

Ge moet er u allemaal niet te veel van voorstellen, maar het is wel een zeer snel gelezen fijn tussendoortje. En ook wel een beetje spannend, een beetje, soms.

[van op Boeggn ]