Heh. Nu ik dat fototoestel

Heh. Nu ik dat fototoestel terug heb, kan ik mijn leven documenteren. Wat ligt er allemaal in mijn bureau op het werk?

Mijn omgebouwd IBM-keyboard. Flessen cola, te veel per dag. Dopjes van colaflessen, ook teveel. Een alcoholstift om op CD’s mee te schrijven. Een zakmes, om computers mee open te vijzen en verpakkingen mee kapot te snijden. Een rekenmachine, om mee te rekenen als er geen spreadsheet in de buurt is.

De afstandsbediening van de airconditioning, mijn hoop in bange dangen. Een plantje [in koor: och here dat plantje] om het bureau wat op te fleuren voor bezoekers. Papieren et stukken offertes en dingen. Zo’n kindersurpriseding om op potloden te zetten in rood rubber, om mee te prutsen als ik mij zit op te winden. The Butlerian Jihad met een miniatuurtoilet erop. CD’s voor backups.

Nog papieren, en een raar ijzeren ding van een computer. Een notaboekje om in te schrijven met een idee voor een ontwerp voor een offerte. Eén chopstick (luxe model). Pulp van Laurell K. Hamilton, om te lezen op weg van en naar huis.

Een das, stille getuige van een nacht doorwerken. Een schilderij van Albrecht, waar Lilian dringend eens om moet komen. Nog een boekje, met mijn dure titanium-en-gouden-voor-mijn-verjaardag-gekregen-pen erop. Nog boeken, met een boekje van Zelie bovenop. Vinland The Dream van Kim Stanley Robinson. Een lieveheersbeestje gemaakt door Zelie en voor vaderdag gekregen.

Kabel Salat achter mijn bureau. Vijf dinosaurussen, vier lavalampen en twee plasmabollen, zomaar. Een zetel om in te slapen als ik de nacht doorsteek. De airconditioning, hoop in bange dagen. Een motiverende poster (apathy. if we don’t take care of the customer, maybe they’ll stop bugging us).

Een videorecorder, die ik ooit nog eens naar huis moet terug nemen. Een ouwe mac. Nog boeken. Een tas van Bob. Een kader voor mijn verjaardag gekregen met mijn vader en Louis en Zelie erin. Een paardje van chinees restaurant Het Gouden Paard, gekregen voor nieuwjaar. Een tas van read the fucking manual, voor als er klanten komen. Een ouwe Kodak DVC 323.

Een muis. Nog een muis. En nog een muis. En nog een muis. En mijn portable. En een Powermac G3, en een scanner, en een telefoon, en een brol, en stapels meer brol. En stoelen. En nog brol.