montecristoVraag mij niet waarom ik dit herlezen heb. Ik herinner me vaag dat ik het zeer indrukwekkend vond toen ik het een eeuw geleden las, en ik zal wel iets gedacht hebben als “in de rapte eens lezen, tussen twee andere dingen door”.

Ahem ja. Dit is een lang boek. Serieus: een te lang boek. En het is echt wel wijs om lezen, maar dan toch wel vooral als een tijdsdocument — want echt literatuur zou ik het niet durven noemen.

De personages zijn meer dan karikaturaal, het verhaal is bij momenten zó ongeloofwaardig dat het ongewild humoristisch wordt, en de voorafschaduwingen zijn zo voorafschaduwend, dat er bijzonder weinig verrassingen te rapen zijn.

In het kort: Edmond Dantès heeft alles om gelukkig te zijn: hij heeft een beetje geld gespaard, hij staat op het punt om kapitein van een schip te worden en hij staat op het punt te trouwen met de mooie Mercédès. Danglars, die met Dantès vaarde, is jaloers. Fernand, een visser, is verliefd op Mercédès.

De dag voor Dantès’ trouw schrijven Danglars en Fernand samen met de dronken Caderousse (een buurman die de vader van Dantès woekerrentes vraagt) een brief als zou Dantès een Bonapartist zijn (zéér not done in 1815). Dantès wordt gearresteerd op zijn verlovingsfeest, en ondervraagd door Villefort, de substituut van de procureur.

Villefort is een royalist, maar ziet in eerste instantie niets zwaars aan de hand met de loze beschuldiging , tot blijkt dat Dantès wel degelijk een brief op zich heeft: het was de stervenswens van zijn kapitein dat hij die brief zou bezorgen aan de Noirtier. Noirtier is een hardcore Bonapartist en — hier komt de clou! — de vader van Villefort, die Noirtier de Villefort geboren is.

Daarop smijt Villefort Dantès meteen in de gevangenis, zonder enige vorm van proces, in het Château d’If, de maximum security prison van die tijd, op een rots in de zee een paar kilometer voor de kust van Marseille. De brief zorgt ervoor dat Villefort op de hoogte is van de nakende terugkeer in Frankrijk van Napoleon en geeft Villefort meteen een zware promotie.

Dantès blijft jaren in eenzame opsluiting in het Château d’If, Ondertussen sterft de vader van Dantès, geraakt Fernand aan macht en geld door zowat iedereen voor wie hij ooit gewerkt heeft te verraden aan hun vijand, is Villefort na de tweede terugkeer van de monarchie na Waterloo procureur des konings, wordt Danglars een rijke bankier, en trouwt Fernand met Mercédès die het opgegeven heeft te wachten op Dantès.

Als Dantès op de rand van zelfmoord staat in de gevangenis, hoort hij lawaai dat blijkt een collega-gevangene te zijn, abbé Faria. Faria is belezen, intelligent, weet van geneeskunde en scheikunde af, leert Dantès talen en wetenschap, en samen reconstrueren ze hoe de vork in de steel zit met Danglars en Fernand en Caderousse en Villefort.

Tien (tien!) jaar na hun ontmoeting en veertien jaar na zijn gevangenzetting, slaagt Dantès erin te ontsnappen. Faria heeft hem vanalles geleerd, en ook en vooral verteld waar er een immense schat begraven ligt, op het eiland van Montecristo.

…en dan begint de wraak van Dantès. Eén voor één verschuift hij pionnen, tot hij uiteindelijk iedereen die hem gevangen gezet heeft, kapot heeft gemaakt. De zaken worden een beetje gecompliceerder omdat al die mensen getrouwd zijn en ook kinderen hebben: alleen daardoor is Dantès geen allesvernietigende wraakengel, maar enkel bijna-allesvernietigend.

Kluten en esbattementen, moord, vergiftiging, vermommingen, personages die blijken personages uit lang vervlogen verledens van elkaar te zijn, drama, melodrama, pathetiek, avontuur, duels, subterfuge: dit is geen boek, dit is een telenovela.

Zoals ik zei: wel leutig om lezen, maar dit is écht iets dat beter tot zijn recht komt in een tv-serie, denk ik.

[van op Boeggn]