Loonkloof, las ik in de mail die De Standaard mij stuurde, smalst in België.

Wat een uitstekend nieuws, dacht ik. Ik dacht dat het anders was, maar blijkbaar toch niet. Ik dacht dat de kloof tussen de meest verdienende mensen en de minst verdienende mensen er alleen maar groter op werd. Dat dat iets was waar de ene kant van een politiek spectrum over juicht (de markt werkt! hoera! pay peanuts get monkeys! trickle-down economics!) en dat de andere kant betreurt (motor van ongelijkheid! herverdelen die handel! de maatschappij is maakbaar!).

De gemiddelde comentaarder heeft genoeg aan de titel om een opinie te vormen, maar par acquit de conscience heb ik toch maar eens doorgeklikt.

people-146996_1280Blijkt dat het niet over de loonkloof tussen arm en rijk gaat, maar over de kloof tussen man en vrouw.

Ik dacht dat daar al niet te veel meer over moest gezegd worden in België, dat het grotendeels verschillen in beroepen zijn, deeltijds dan wel voltijds werken, lengte van loopbaan, effect van zwangerschappen, en dies meer.

 

Waarom mensen deeltijds werken of minder betaald werk doen of loopbaanonderbreking nemen, da’s een andzere zaak. Vrouwen en zwangerschap, rollenpatronen, allemaal dingen.

Maar in gelijke omstandigheden, grosso modo, vedienen man en vrouw gelijke bedragen, dacht ik.

En ja, dus. ‘t Is zelfs nog anders:

Bij de nieuwe generaties werknemers zijn de verschillen in opleidingsniveau verwaarloosbaar, of ze zijn zelfs omgekeerd. Sommige hoogopgeleide beroepscategorieën, zoals de rechtspraak of de medische sector, zijn al jaren aan het vervrouwelijken. Eurostat-cijfers voor België tonen aan dat de loonkloof in de openbare sector zelfs al omgekeerd is: mannen verdienen er minder dan vrouwen. In de privésector is dat alleen het geval voor werknemers die jonger zijn dan 25 jaar.

Hoera? Juich? Toeters en trompetten?

Nee hoor:

Dat wil niet zeggen dat alle verschillen verdwenen zijn. Doordat vrouwen vaker deeltijds werken dan mannen, liggen hun inkomsten vaak lager, ook al zijn de lonen op zich even hoog.

Ze verdienen even veel, ze zitten gemideld in duurder betalende jobs, maar ze werken minder en dus krijgen ze minder geld.

Schandalig. Ik stel voor dat daar snel iets aan gedaan wordt.

[En ja, ik weet dat niet alle personen (m/v) met even volle goesting ervoor kiezen om voltijds dan wel deeltijds te werken, en dat er moet gekeken worden naar werk + huishouden, en alles. Maar toch.]



Reacties

4 reacties op “Zelfs als het goed is, is het niet goed genoeg”

  1. Het klopt nochtans niet, dat het alleen aan verklaarbare issues ligt.

    Het officiële loonkloofrapport van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen zegt: “Daarnaast blijft er natuurlijk ook het onverklaarde deel van de loonkloof. Zelfs met dezelfde
    eigenschappen als mannen verdienen vrouwen nog steeds minder. Dit wil zeggen dat een vrouw met
    dezelfde anciënniteit, dezelfde leeftijd, werkzaam in dezelfde sector met hetzelfde beroep en
    hetzelfde opleidingsniveau als een man minder verdient dan die man.”

    http://igvm-iefh.belgium.be/sites/default/files/91_-_de_loonkloof_tussen_vrouwen_en_mannen_2016_nl.pdf

    1. Ik heb dat rapport gelezen, en hetgeen mij het meest interesseert — het onverklaarde deel van de loonkloof — is het minst uitgewerkt.

      Ik zou het onverklaarde deel graag uitgesplitst zien naar sector, leeftijd, nationaliteit e.d.

      1. Extra jammer dan dat je suggereert dat de loonkloof het gevolg is van vrouwen die minder werken en daardoor minder verdienen dan mannen, als je het rapport gelezen hebt.

        En ja, iederéén wil graag het onverklaarde deel uitgesplitst zien. Maar dan moet je eerst weten waar te zoeken – en helaas ligt dat onverklaarde juist in de psychologie.

        1. Ik heb het rapport *nu* gelezen.

          En over het verklaard/onverklaard stond niets in het artikel. Daar werd alleen gezegd “Eurostat-cijfers voor België tonen aan dat de loonkloof in de openbare sector zelfs al omgekeerd is: mannen verdienen er minder dan vrouwen. In de privésector is dat alleen het geval voor werknemers die jonger zijn dan 25 jaar” en dan wat later “Doordat vrouwen vaker deeltijds werken dan mannen, liggen hun inkomsten vaak lager”.

          De enige conclusie die je kan trekken uit het artikel, is wat er staat: dat vrouwen ceteris paribus evenveel betaald worden als mannen, dat ze in veel sectoren gemiddeld méér verdienen (wegens beter opgeleid en duurderbetaalde jobs), maar dat ze toch nog minder uren/dagen werken en dus minder verdienen in totaal.

          Nu lees ik dat de helft van de loonkloof onverklaarbaar is. Mijn eerste vraag is meteen: als de loonkloof in de openbare sector omgekeerd is, hoe groot is *daar* het onverklaarde deel van? En wat is de verhouding tussen het onverklaarde deel van de loonkloof mannen/vrouwen (positief of negatief) en pakweg allochtoon/niet-allochtoon?

          En hoe meer ik er over nadenk, hoe complexer het wordt, en hoe minder tevreden ik ben met zowel het artikel als het rapport. Het eerste is ronduit misleidend, het tweede staat vol voor de hand liggende zaken en zegt weinig over échte loonkloven.

          (Nogmaals, de reden waarom mannen geen kleutermeester worden en sommige vrouwen meer geneeskunde en rechten studeren, sommige vrouwen tegen hun goesting deeltijds werken, da’s nog een heel andere zaak.)