Mijn allervroegste herinneringen waar ik zeker van ben dat het geen herinneringen van films zijn, maar echte herinneringen, zijn van toen we in dit huis woonden (dat nu te koop staat, trouwens):
(tien op tien voor de shittyhdr, gasten, trouwens)
Ik herinner me dat ik bij mijn vader in de living zat, en dat die in zijn haar krabde boven de plank daar rechts naast de zetel, voorbij de cassettehaard, en dat hij het deed “sneeuwen”:
Ja, één van mijn allereerste herinneringen was er niet geweest als Head & Shoulders was geweest. Ik herinner me ook dat waar nu die zetel staat, er een park stond, en dat ik daar soms in zat, te spelen met letters die tussen de spijlen zaten en die rond konden draaien.
Ik herinnern mij ook dat er op het terras(je) hieronder, dat ook zichtbaar is van de voorkant op de eerste foto, twee grote rode opblaasbare zetels stonden.
Een beetje zoals deze dingen:
Ik zou moeten kunnen reconstrueren hoe oud ik was, misschien een jaar of drie vier? Ik heb er zo nog een hele stapel, herinneringen, die niemand boeien en waar niemand nog iets mee is, maar die mij altijd zullen bijblijven.
Zoals het eerste televisieprogramma dat ik mij herinner, en dat ik nooit van mijn leven zal vergeten. Omdat het mijn leven sinds mijn allerprilste jeuds tot nu nog om zeep heeft geholpen.
Het was, op het minuskule zwart-wit-televisietje dat we hadden, en waar toen nog geen teledistributie aan hing en dat het dus jaren naar posten met de draaiknoppen en de antenne was, een denk ik komisch programma.
Premisse was dat er een toestel was, waarmee mensen van brein konden wisselen. Of dat ze in het hoofd van iemand anders konden zitten. Of iets dergelijks. Wat in het echt wellicht tot FC De Kampioenen-niveau Kluchten en Esbattementen leidde — maar die mij als driejarige stijfversteven van panische angst maakte, en jaren- en jarenlange nachtmerries tot gevolg had.
Probleem was namelijk: de mensen die “leeg” waren terwijl die machine hun persoonlijkheid ergens anders in deed terechtkomen, die kregen wijdopengesperde witte ogen. En als er iets is waar kleine kinderen instinctief bang van zijn, is het wel het wit van de ogen. Test het gerust zelf eens uit, op het openbaar vervoer bijvoorbeeld: kijk een kind aan, blijf stokstijf staan en trek uw ogen zo wijd en zo groot mogelijk open. Gegarandeerd bleiting.
…maar dat was dus het begin van mijn fascinatie met horror. Ik heb ze allemaal gezien, denk ik, de horrorfilms. En de boeken. En ik ben van de meeste nog altijd bang.
Nu kan ik het allemaal natuurlijk wel relativeren, maar toch: ik ga nergens naartoe in het donker. Ik steek altijd het licht aan. Zelfs op mijn 48 jaar.
*
* *
Om dus maar te zeggen dat ik net naar Hereditary gekeken heb, en dat het een klassieker is waar ik als kind weken slecht van zou geweest zijn.
Goeie film.