’t Is gisteren nog meegevallen, het eten. Hors d’oeuvre heeft mijn moeder gemaakt: coquilles st. jacques met Noilly Prat en room en tomaten en dille (wegens gebrek aan dragon). De struisvogel was, al zeg ik het zelf, bijzonder lekker, en de saus was doodsimpel maar helemaal niet slecht: wildfond, frambozenazijn en honing. En dan brownies met warme custard. Enfin, custard, het was meer vanillesaus dan crème anglaise, want er moet iets misgegaan zijn met de eieren: het was een beetje te vloeibaar. En een beetje zwaar maar voor de rest wel lekker.

Mijn ouders en Jean en Sofie en Andy en Emil zijn dan naar huis gegaan, en wij zijn blijven wachten op Ron en Laurence, maar die zijn er niet meer doorgekomen.

En ondertussen was Sandra serieus ziek, die is na De Mol in bed gekropen. Ik had maar een paar uur geslapen, maar ik ben toch maar blijven kijken naar de eerste aflevering van de nieuwe serie van 24, en daarvoor naar SAS Jungle, ’t was wel wat.