Feest uw ogen: een Armadillidium vulgare. Open…
…en toe:
En een huisspin van een onbekend merk:
‘t Is nog een kleintje, maar dat wil niet zeggen dat het er niet vervaarlijk kan uitzien (vooral van dicht, dan):
Ik ben er trouwens helemaal uit, van spinnen herkennen. Geen flauw idee wat deze twee zijn, al zou ik zeker de eerste wel moeten kennen want ik heb er al foto’s van gemaakt ooit (klik vooral voor het detail: ál die oogskes!):
Oh kijk, een jongsken:
Zowat overal dicht aan het oppervlak of onder karton zitten er emelten. Kijk hier, een emelt en twee miljoenpoten:
Emelten zijn vies, trouwens:
De bladluizen, trouwens, waar ik het nog al eens over had? Dit zijn zo ongeveer de enige die ik nog kon vinden:
Bewaakt door mieren:
…maar de grote hoop van de bladluizen is opgevreten door de tientallen lieveheersbeesten en lieveheersbeestenlarven.
Helaas, de ene smeerlapperij is weg (bladluizen), maar de andere komt pas goed op:
Reacties
2 reacties op “Op safari”
Wolf kijkt altijd met ongelofelijk veel graagte naar jouw tuinsafari’s. Als elke vierjarige is ook hij daar mateloos door geïntrigeerd.
Heel goed wat je zegt over de huisspin. Het zijn prachtige dieren. Zelf durf ik ze niet met de blote hand de pakken maar gebruik een glas en een stukje papier om ze van de wand of de vloer te pakken. De mensen zouden wat meer respect voor deze prachtige dieren moeten hebben. Je moet er niet aan denken dat er geen spinnen zijn.