Ergens in het voorjaar van 2013 hadden we een afspraak met de schrijnwerker, over de ramen en de deuren: vier ramen in de achtergevel, vijf in de voorgevel, een voordeur en een soort glas-veranda-achtige constructie voor de keuken.
Dat het klaar zou zijn in september. Zéker klaar in september. “Jamaar, we zouden het graag tegen Kerstmis helemaal af hebben, zal dat wel kunnen?” Ongetwijfeld, zonder enig probleem, slaap op uw twee oren, geen énkel probleem.
Afijn, fast forward naar september 2013, december 2013, januari 2014, zomer 2014: dat het telkens zeker in orde zou komen. Problemen met nieuwe machines, een doorsnede die maar niet volgens het plan was, excuses, vertraging, tralala.
En toen ging het zéker voor Kerstmis 2014 zijn, tot bleek dat het toch niet zou lukken: de vensters waren al in orde (na veel wachten en doen), en natuurlijk werd de rekening voor de vensters doorgestuurd de seconde nadat ze geplaatst waren, ziet dat van hier, maar voor de keuken zou het helaas nog tot einde januari (2015) duren.
Zucht.
We zijn ondertussen bijna eind januari, en wie schetst onze verbazing: we hebben voor het eerst op al die jaren een echte datum gekregen. “In de week van van 23 februari” zou het schrijnwerk klaar zijn. Als we dat geloven, zou dat willen zeggen dat we nu concreet kunnen beginnen plannen voor de afbraak van de buitenmuur en de ruwbouwwerken en de waterleidingwerken en alles.
En dat we dus misschien dit jaar zouden kunnen klaar zijn met de grote werken aan ons huis.
Dubbel zucht.