Als er weinig in huis is en/of geen inspiratie, dan durft Sandra wel eens armemensenrisotto op tafel zetten: ajuintje en look stoven, gewone rijst bijkappen, een blik tomatensaus, water, en frankfurterworsten in stukken.
Slecht is dat niet, maar goed is natuurlijk wel iets anders.
De instructies waren om dat vanavond te maken terwijl zij met Jan naar de voetbaltraining ging, maar ik heb er mijn voeten aan geveegd: het is échte risotto geworden. Ajuin, sjalot, look, arboriorijst, witte wijn, kippenbouillon, en dán pas tomaten. En basilicum, en kruiden. En parmesaan. En, tja, zwanworsten van het huismerk van Colruyt.
Veel meer werk, maar hey.
Er was maar één kleine misrekening: ik heb klaargemaakt voor vijf met wat marge, en te laat doorgehad dat Zelie naar een concert is vanavond (Troye Sivan, ze is fan van het allerallereerste uur), en dat ik al gegeten had en dat Sandra en Jan er niet zijn, en dat het dus voor Louis en Anna alleen was.
Ze hebben toch ongeveer de helft van de pot opgegeten. 🙂