Dat was dat: de grote vakantie.

Morgen eerste schooldag voor Jan en Anna. Jan is veranderd van school en ’t was vandaag nog spannend: de school waar hij graag naartoe wou, had geen plaatsen meer, en de alternatieven hadden ook geen plaatsen meer, maar uiteindelijk ter elfder ure was er toch nog plaats in de school waar hij graag naartoe wou.

Ik kijk er naar uit dat het een fijn jaar wordt, voor alletwee. Geen idee hoe het allemaal zal verlopen natuurlijk, met de Besmettelijke Ziekten en het Voortdurend Mondmaskeren en zo, maar hey, we zien wel.

Louis moet nog zien wat hij zal studeren na school. Misschien dat hij een jaar werkt en dan kiest.

Zelie gaat binnen een week of zo naar Duitsland op taalbadcursus.

Sandra heeft morgen nog een dag vakantie en dan is het ook werk.

Mijn vakantie is al lang gedaan, maar het is toch ook een beetje back to school: een aantal nieuwe collega’s erbij, het einde van een Program Increment, een aantal mensen bij klanten die terug komen uit vakantie, een paar processen op het werk die weer in gang gesleurd worden.

En zo zijn we er weer aan begonnen. Vóór we het goed en wel beseffen, zal het 1 november zijn. En dan, zonder dat we het eigenlijk door zullen hebben, zal het december zijn en heb ik nog vakantiedagen op te gebruiken.

En dan is het 2021. En dan 2022. En dan 2025. En dan 2030. En dan. En dan. En. Dan.