Confronterend. Ik deed de SIMON-testen bij de UGent, om te zien waar ik goed in zou zijn als ik nu zou beginnen studeren. Er zijn twaalf testen:
Dingen waar ik mij redelijk zeker bij voel — begrijpend lezen, woordenschat, taalvaardigheid — die waren allemaal zoals ik het hag gehoopt:
Bij woordenschat had ik maar 19.8/20. Ik vermoed dat ik één woord dat niet bestaat als woord dat eventueel wel zou kunenn bestaan geïdentificeerd heb, want alle bestaande woorden heb ik wel degelijk herkend.
Maar dan komt het. Ik heb wetenschappen gestudeerd op school. Basisvaardigheden wiskunde, dat lukte nog wel. Het zijn dan ook echt basis-basisvaardigheden. Basiswiskunde voor de wetenschappen, daar had ik geen zin om lang na te denken, ik had ook geen zin om te gokken en dus heb ik een stapel vragen gewoon overgeslaan.
En het was helemaal om zeep bij Fysica en (vooral) Chemie. Nu, toegegeven, ik heb het spiekbriefje niet gebruikt (ik zat op mijn telefoon en ik had zoals gezegd nul goesting om veel na te denken). Als ik dat had gebruikt, zou ik voor Fysica nog iéts meer dan 5/20 gehaald hebben. Maar chemie, dat zat zo enorm ver weg. Eén vraag op 20 wist ik nog. Ik heb ook hier niet gegokt als ik het niet wist.
Serieus confronterend. Stuk voor stuk vragen die ik zeker had kunnen oplossen toen ik net van school kwam, maar nu: de leegte. De termen zeggen mij nog wel vaag iets, ik herken de opdrachten, maar dat was het dan.
Akelig.
Oh, en de andere testen vertelden mij niet dat ik zelf ook al niet wist:
- Academisch zelfvertrouwen zit goed, zowel qua begrip als qua inzet.
- Motivatie: autonome motivatie (“omdat het mij interesseert”) is hoog, gecontroleerde motivatie (“omdat andere het verwachten”) niet.
- Studeervaardigheden: goed voor zowel kennis als vaardigheden zelf.
- Testangst: is wat hoger dan gemiddeld, maar… dat is voornamelijk omdat ik mij herinner dat tijdens mijn studies Zelfcontrole van het zeer erg ahem ja-niveau was waardoor ik vanzelf bang was voor examens. Niet omdat ik in se bang ben van examens — gezonde stress is gezond — maar omdat ik op voorhand wist dat het niet goed zou zijn, behalve als ik veel geluk had. (Ik heb dat nooit begrepen, mensen die van een examen thuiskomen en zeggen dat ze niet weten hoe het geweest is.)
En het resultaat van de hele test?
Een lijst van opleidingen en beroepen, met de slaagkans erbij. Ik zou, op basis van die lijst, in volgorde van gecombineerde interesse en slaagkans best deze dingen doen:
- Communicatiewetenschappen
- Lager onderwijs
- Pedagogische Wetenschappen (Pedagogiek en onderwijskunde, sociale agogiek, klinische orthopedagogiek en disability studies)
- Politieke Wetenschappen
- Secundair Onderwijs
- Sociologie
En dan de hele reeks van alles wat letteren en wijsbegeerte is in denk ik alfabetische volgorde, van Afrikaanse talen en culturen over Geschiedenis tot Toegepaste Taalkunde.
Ik kan mij daar wel in vinden. Het is een speling van het lot dat ik nu doe wat ik doe, maar als het te herbeginnen zou zijn? Geschiedenis, en dan wat ik nu doe. Of geschiedenis, en dan iets academisch. Of les geven op een middelbare school.
Maar dus géén fysica en chemie.