Op café

Ik had geen goesting om veel rond te lopen — de rug wilde echt niet mee — en dus ben ik op café blijven zitten terwijl de rest van het gezelschap (minus één, die een afspraak met de Koning en de nieuwe aartsbisschop had) naar Anna Boch ging kijken.

Ik heb het mij niet beklaagd: gemakkelijke zetel, een goed glas Cantillon gedronken, twee fijne garnaalkroketten gegeten, en gratis slapstick en entertainment erbij.

Eerst viel een stapel schaaltjes in duizend gruzelementen op de vloer voor mijn neus en geen tien minuten later struikelt een mens met een plateau vol bier over zijn eigen voeten ook vlak voor mij (het bier sloshte gelukkig naar de andere kant, waar twee oudere dames aan een tafeltje zaten).

Verder irritatie bij de oudere opdienmensen over de jongere opdienmensen, en denk ik ook wel irritatie bij de het Nederlands meer machtige mensen over de het Nederlands minder machtige mensen. Ze moesten allemaal gelijk nog wat gerodeerd geraken.

Maar het was wel een zeer fijne locatie, en ik heb veel van mijn boek gelezen gekregen.

Ik blijf het zeggen, elke keer ik op café zit, dat ik meer op café zou moeten zitten. Daar gebeuren altijd allerlei dingen, en mensen observeren is gewoon geestig.