Het is een paralelle wereld, die van de probloggers. Professionele webloggers. Free-lance journalisten, als het ware, maar dan op hun eigen weblog. Die hun inkomsten uit hun weblog halen.

Misschien wel de twee bekendste voorbeelden: Jason Kottke en Heather Armstrong. Ze volgen allebei een radikaal andere weg om aan hun geld te geraken.

Kottke vroeg, toen zijn besluit vastlag om zijn werk op te zeggen en full-time te gaan, aan zijn lezers of ze wat geld wilden storten op zijn rekening. In de aloude traditie van het mecenaat, als het ware, maar dan in het klein. Micropatrons, noemt hij zijn geldschieters, en als hij niet de eerste is om die term te gebruiken, is hij wel degene die hem bij het grote publiek bekend maakte.

Ik heb die mens ook wat geld gegeven. Waarom? Ik weet het niet. Uit sympathie, denk ik. Op het ogenblik dat hij besloot “pro” te gaan, was het eigenlijk al een hele tijd geleden dat er nog iets interessants op zijn site verschenen was. En ik vond meneer Kottke eigenlijk wel een sympathieke kerel, en ik vond dat hij het vriendelijk vroeg.

Ondertussen zijn we een paar maand verder, en Kottke is geleidelijk aan weer iets interessanter geworden—iets, zeg ik wel, want zó interessant is het nu ook niet, iemand die rondzit en niets doet behalve zijn weblog schrijven en remaindered links herhalen die iedereen die digg en (tech.)memeorandum en waxy en boingboing en fark nog een paar andere volgt, ook al lang gezien had. Het moet zijn dat hij dat zelf ook vond, want hij is onlangs drie weken naar Zuid-Oost-Azieë getrokken en het was al meteen weer wat interessanter.

Enfin ja. Het is hem gegund. Ik wens die mens het allerbeste toe.

Heather Armstrong omschrijft haar weblog als “I talk a lot about poop, boobs, my dog, and my daughter”, en was zowat de eerste bekende blogger die ontslagen werd vanwege haar weblog—to be dooced, weetuwel.

Armstrong doet het zoals gezegd helemaal anders. Zij heeft geen geld gevraagd aan haar bezoekers—al zou ze daarmee vermoed ik een hele hoop meer geld dan Kottke door krijgen, gegeven haar specifieke situatie (man zonder werk, zij zonder werk, depressie, klein kind, schattige hond) en haar op het griezelige af trouwe en grote lezerspubliek. En al laat ze het wel toe, via PayPal en Amazon.

Nee, ze heeft haar weblog gewoon volgeplakt met reclame. Het is nu al beter dan het in het begin was, maar toch… Draai een gemiddelde entry-pagina op zijn zijkant, en dat ziet er zo uit:

Dooce

Paars is inhoud, groen is navigatie, rood is reclame.

Hoeveel brengt dat allemaal op? Geen idee. Maar het zal veel zijn. Héél veel. Want dooce.com heeft echt wel ontieglijk veel bezoekers: volgens Alexa staat de site ergens op plaats 8.800 van alle websites ter wereld. Ter vergelijking: volkomenkut staat op 98.500. Mozilla.com op 28.000.

Vind ik die reclame erg, of heb ik er een probleem mee? Nope. Ik gun het haar helemaal. Ik betwijfel haar status als bijna-machtigste vrouw in de blogosfeer, maar elke dollarcent is haar gegund, al was het om haar fantastische maandelijkse newsletter voor Leta. Of haar machtige constipatie-verhalen, zowel van haarzelf als van Leta. En omdat ze er redelijk down to earth by blijft, en over het geheel sympathiek. En omdat ze genoeg meegemaakt heeft.

Zijn er nog sympathieke professionele bloggers? Ik ken er geen. Jason Calcanis (van Weblogs, Inc.) en Nick Denton (onder meer  Gawker en Wonkette) zijn nog nauwelijks bloggers te noemen—meer proto-wannabe-media-moguls. Scrivs—Paul Scrivens—ook: jong, zwart, machtig ambiteus, arrogant, full-time betweter en CEO van 9rules. Schaamteloos, zeer bewust en zeer de underdog spelend, en desondanks, of misschien net omdàt hij zo op sheer chutzpah drijft, toch sympathiek.

…maar geen van hen verdient zijn geld verdienen met het schrijven op hun weblog: zij managen netwerken en halen zó het geld binnen. Een aantal andere soi-disant A-listers, de Dave Winers van deze wereld, zijn al lang binnen, en halen geen inkomensten uit hun weblog. Nog andere zijn min of meer blogger voor (Scoble) en/of naast (Russ Beattie) hun werk. En mannen zoals Engadget of Gizmodo zijn gewoon ad-supported tijdschriften on-line, geen weblogs.

Nee, de overgrote meerderheid van de professionele webloggers die ik tegenkom op tinternet, zijn mensen die schrijven over hoe meer geld te verdienen met allerlei  Google-nonsens. Of erger, hoe geld te verdienen met AdSense. (Short answer: zet een netwerk van splogs op die naar uw website verwijzen waar mensen uitgelegd wordt hoe ze kunnen betalen om uitgelegd te worden hoe ze splogs moeten opzetten om naar een website te verwijzen die uitlegt hoe… inderdaad).

De meest ironische van de hoop zijn de weblogs die professioneel bloggen over hoe professioneel te bloggen, zoals het very aptly named Problogger—helping bloggers earn money. Die nu al dagen aan een stuk een reeks heeft over hoe blogger’s block tegengaan, en die laatst een ik-weet-niet-hoe-irritant artikel had over Blogging Goals: of hoe “10% meer lezers” een doel op zich kan zijn, en dat in het hele artikel geen woord over de inhoud van het weblog gesproken wordt.

Godgeklaagd.

🙂

weblogsinternet



Reacties

2 reacties op “Problogger”

  1. al mee bezig sinds 2004, had haar eerste voorstel klaar in de lente van 2005, en heeft vlak voor de zomer haar job opgezegd om zich volledig aan het boek te kunnen wijden (haar contract met de uitgever was pas rond in september). Is ze nu ookeen problogger?

  2. Tja, Kottke ken ik alleen als naam van zogenaamde a-lister in andere weblogs en van dat Anderson mens heb ik echt nog noooit gehoord.

    Er zijn een aantal politieke bloggers die hun geld verdienen met/dankzij bloggen (met de blog als eerste stap naar de wondere wereld van politiek consultant), maar eerlijk gezegd zijn dat niet de interessantste mensen.