Halfnegen en alles was stil in huis. Ik schoot wakker en ik voelde meteen aan mijn water dat er iets aan de hand was. Maar wàt?
Juist: geen kinderen die lawaai maken. Voor één keer niet gewekt tijdens het weekend omdat Zelie en/of Louis aan het bed staan om te vragen of ze naar TV mogen kijken.
Het deed toch maar raar.
Vanmorgen dan een kleine twee uur interview gedaan over Google Talk—’t is ook eens wat anders dan telefoon of e-mail—en daarna naar mijn ouders afgezakt om de kinderen te gaan ophalen.
En nu weer thuis. Eten. En dan naar de Colruyt, waar we vanmorgen niet meer geraakt zijn. En dan misschien terug naar mijn ouders. En dan naar huis. En dan morgen verjaardagsfeestje. En dan zit het weekend erop.
Had ik al gezegd dat ik dringend meer uren op een dag zou willen? En meer dagen in de week, vooral dan in het weekend?
In ieder geval: op het moment is het redelijk moeilijk te vergeten dat de kinderen weer in huis zijn. Ze zijn vanmorgen blijkbaar om kwart voor zes opgestaan, en dat is er duidelijk aan te merken: ze zijn o-ver-ver-moeid. Voor het minste wenen, voor het minste drama, niets lukt, kwaad op de werled en lastig.
Jan heeft daarnet denk ik een half uur staan wenen, Louis weigert op te ruimen, enfin: ze zullen hun rust kunnen gebruiken over de middag.