Maandag was het voorbereiden van een les die dinsdag zou gegeven worden: we gingen nog schaven aan de timing. Dinsdag de les gegeven, en uiteindelijk bleek tijdens het geven van de les dat we er echt geen volle dag van kunnen maken. Dat het met een dikke halve dag ruim voldoende is.

Of beter, ‘t is te zeggen: we hebben een stuk les dat op een paar uur kan gedaan worden (“hoe gebruik ik het tool”), en dan hebben we een stuk waar we gemakkelijk een paar dagen mee kunnen vullen (“hoe maak ik prototypes/wireframes/mockups”). Het (overigens bijzonder fijne) publiek dat we dinsdag hadden wist ruim veel van het tweede, en was al een eind op weg voor het eerste, dus we hadden echt wel tijd over.

We passen er een mouw aan, volgende keer.

En hoe meer ik er mee bezig ben, hoe meer ik zin heb om zo’n boek te schrijven, over dat prototypes, wireframes, mockups etc. maken. Zoiets korts, een pagina of honderd misschien. Met veel tekeningen en veel praktische tips.

Het zal voor, jawel, dan eens zijn.

Maandagavond was het taalles: cursus Gents. Een inleiding, 25 cursisten die zichzelf zo goed en zo kwaad mogelijk in het Gents, of althans in hun eigen dialect, taaltje, verkavelingsvlaams, of “poging tot” moesten voorstellen, en dan een kort stukje over de vervoeging van “ja” en over de persoonlijke voornaamwoordne in het Gent, een lijst met te kennen uitdrukkingen tegen volgende keer, en een opgave van huiswerk – van het genre “vorm een zin met de volgende woorden”, met schone woorden als “griolen”, “slekkestekker” en “’uurndroagsterigge”.

Dinsdagavond was hetvergadering, ‘t is te zeggen bijeenkomst, ‘t is te zeggen gedachtenwisseling met de mannen van opgewekTienen.be, en dat het wel fijn was om een paar lessen van bijna vijf jaar Gentblogt over te dragen.

Morgen vier uur trein en vervoer. Dat zal al heel wat minder zijn.

Oh, en: mijn bril is uitgekomen. Hij lag tussen de lakens in bed.