Vanmorgen ben ik met Zelie meegereden tot aan het stadhuis ongeveer, en dan moest ik terug naar huis: mijn ransel vergeten. Zelie is alleen verder naar school gereden.

Vanavond kwam ik thuis, en ’t eerste dat ik hoorde, was dat Zelie een ongeluk praktisch had zien gebeuren. En niet zomaar: een botsing tussen fietsen, met allerlei hoofdwonden en bloed, en dus écht niet zo leutig.

Stom dat ik er juist vandaag niet bij was, nu heeft Zelie het allemaal alleen moeten zien.

“Er was allemaal bloed, en ik dacht dat het een pop was”, zei ze daarnet, “maar toen bewoog dat hoofd met allemaal bloed, en zag ik dat het iemand echt was en geen oefening”.

Zoiets is al verschietachtig en vies als het een vreemde is maar, beeld het u in: het was de kersverse klastitularis van Zelie. Ick.

Het nieuws dat zij er in de loop van de dag van hoorde, was absoluut niet opbeurend: ze was er toch wel van aangeslagen. Het allerlaatste nieuws is gelukkig dat het nog altijd heel erg is, en dat het nog altijd intensieve zorgen is, maar dat het ongetwijfeld allemaal in orde komt.

Oef. En toch nog: vingers gekruist, en helemaal beterschap gewenst.



Reacties

Eén reactie op “Allez jong, kom dat tegen”

  1. Hoorde het ook van mijn jongste. Moraal van het verhaal: een fietshelm had waarschijnlijk het meeste kunnen voorkomen…