Mbwahah-krak-gnnn

We gingen dan gisteren iets gaan eten, maar dat is helemaal mislukt.

Het is eerst één van de turist-arnak-plaatsen op de Vrijdagsmarkt geworden: de enige plaats die tegelijk open was en –voor mijn compagnon en zijn rookverslaving– terrasverwarming had. Maar dúúr!

Tegen dat we daar klaar waren, was het al een uur of tien, en om dan nog in een restaurant binnen te stuiken… we hebben het gehouden op het frietkot aan Sint-Jacobs: een pak frieten zonder zout of saus wegens vergeten vragen, een brochette, en een Bickyburger omdat ik gehoord had dat ze daar tegenwoordig ook chips van draaien, en dat ik mij niet kon voorstellen waar dat naar zou smaken. (Wakke broodjes met ertussen een schijf vleesachtige substantie, ajuin, gefrituurde ajuin?, en niet twee maar drie verschillende sauzen van onbestemde smaak: niet voor herhaling vatbaar).

We hebben dat daar op het plankier voor het frietkot opgegeten, en dan was het de bedoeling om naar de Minor Swing te trekken.

Terras daar: vol met rokers. Ons door een walm naar binnen begeven, oh kijk, een tafeltje helemaal vrij, wij ons al beginnen installeren — de mensen aan de tafel ernaast: ah nee, de mensen van dat tafelken zijn buiten gaan roken.

Ik vermoed dat dat mijn kans was om iets spritueels te zeggen, waar ik dan zou laten doorschijnen dat het mij niet het achterwerk van een rat kan schelen waar die mensen nu zitten, op het terras of op de kermis, dat rokers voor zover ik weet géén recht hebben op een tafel op het terras én een tafel binnen, wie denken ze wel dat ze zijn godverdomme, en dingen en alles: we hebben het gehouden op “ah sorry” en we zijn weer naar buiten geschuifeld (nog eens door de walm, bleh).

Een huis verder, in de Perros Calientes, was er wel nog plaats, en daar zijn we dan maar blijven zitten. Over en weer van binnen naar buiten en weer terug. Tot een uur of pakweg één, een decent uur, en op een uur of zes tijd vijf pinten gedronken of zo: absoluut niet zat of zo, mensen die naar de vijftig gaan zoals wij, dat kan daar allemaal zo goed niet meer tegen.

Terug thuis, in bed gekropen, vanmorgen de wekker, uit bed geklomm-ack!

Het was géén goed idee, in slechte stoelkens zitten, daar bij de Perros. Miljaaaaarrrrrrr het ging dus écht niet, vanmorgen.

Het is een dag thuiswerken geworden: met geen stokken uit de zetel te geraken, tot ver na de middag.

Bleh. Bleh, bleh, bleh. We hadden half afgesproken met iemand die we daar gezien hadden dat we vanavond gingen komen luisteren naar Baia Koba (Melodische pop-rock met een extotisch tintje waar ge vrolijk, dromerig of stil van wordt, zegt gratisingent.be), maar ik begin er een beetje voor te vrezen.

Rug kaka.

2 reacties op “Mbwahah-krak-gnnn”

Reacties zijn gesloten.