Het achterhuis moest leeg. Of toch zo leeg als mogelijk, wegens dat er twee volwassen mensen op het gelijkvloers moeten slapen overmorgenavond.
Het achterhuis stond vol, voor de duidelijkheid.
Met dozen en gerief. Lang geleden, toen we verhuisden, stond al ons gerief in de remise tussen het huis en het achterhuis — oh! ik heb trouwens een foto gevonden van hoe het er toen uitzag vanuit de badkamer:
Daarna werd die remise afgebroken en stond het gerief een beetje overal. En dan werd het achterhuis min of meer volledig verbouwd, en na de verbouwing stonden de boeken en het gerief in dozen aan één kant van het achterhuis, met aan de andere kant een groot bureau waarop computers en tv.
En dan werd de bovenverdieping van het achterhuis aangepakt en kwam er een trap, en moest een groot deel van de dozen verplaatst worden. En daarna kwam er een bibliotheek in het achterhuis en konden de boeken alvast uitgepakt worden en in kasten gezet. Niet alle boeken — ik schat dat 2/3 weg is gegeven — maar toch een groot deel ervan.
Bleven over: de dozen met brol. Brol, zoals: honderden cassettes, van zowel mij als Sandra. Die zijn bij de vorige opkuis al bijna allemaal weggekieperd (ja, erg, ik weet het), maar er bleven er toch van overal een beetje tevoorschijn komen:
Ja, dat was in de tijd dat ik nog een macro had geschreven in WordPerfect om perfecte cassette-inlays te maken.
Of nog: letterlijke zakken vol diskettes. 3.5 inch, 5.25 inch, met teksten, met programma’s, met ikweetnietwat:
Meestal weet ik nog precies wat de dingen zijn, en kan ik mij helemaal voor de geest halen wie ik toen was en wat de omstandigheden waren.
Maar heel soms ook niet. Hier, bijvoorbeeld: met de beste wil ter wereld geen flauw idee wat mij in ’s hemelsnaam bezielde om een stuk of driehonderd kaartjes vol te schrijven met bibliografische gegevens van boeken die mij weliswaar nu nog altijd interesseren, maar waar ik nooit iets mee gedaan heb.
Afijn. Anderhalve dag sleuren en een kapotte rug later, is dit het voorlopige résultat des courses:
Morgen moet ik nog de puinhoop links verder opkuisen — drie boormachines, een paar reeksen schroevendraaiers en nijptangen en zo, ge weet hoe dat gaat soms.