Ik schreef over vakantie, en in de related posts zette WordPress iets van 14 jaar geleden:
Ik was benieuwd naar wat ik toen zei, en haja, ik neem daar niet enorm veel van terug behalve dat het niet echt meer zwarte depressie en paniek is als ik denk dat de vakantie binnenkort over zal zijn. Eerder berusting.
Het is nog 4639 kalender- en 2804 werkdagen tot mijn pensioen, zegt mijn persoonlijke afteller mij, en ik zou dat kunnen uitprinten en dan elke dag een kruisje zetten:
Ik heb dat nog een hele tijd gedaan vele jaren geleden — dat was niet zo opbeurend als ik dacht dat het zou zijn.
Martin Terryn reageerde dit op mijn post in 2014:
Rond je 40-ste kan dit de wel eens de kop op steken. Maar het feit dat je dit schrijft en je er van bewust bent, wil je het zelf nog niet geloven en zoals een andere reactie aangeeft, je weet nog niet wat dat is, met pensioen zijn. Even een dip en dan nog wat gas geven.
Ik ben nu naar de 55 aan het gaan, en ik kan mij nog altijd niet inbeelden dat ik mij slecht zou voelen als ik op pensioen zou gaan. Er zijn tienduizend dingen te doen die niét het werk zijn. Hells, er zijn tienduizend dingen te doen die wél het werk zijn en die ik liever zou doen als ik ze niet zou moeten doen en als niemand mij zou kunnen verplichten om ze tegen dán en op dié manier te doen.
Pensioen is ongetwijfeld wel mogelijk miserie omdat noch lichaam noch geest noodzakelijk nog meegaan, daar kan ik helemaal inkomen. Maar mijn lichaam gaat al decennia niet meer mee, en ik heb te veel mensen rond mij meegemaakt die zelfs hun pensioen niet meegemaakt hebben.
Dát is miserie, denk ik: als enige vooruitzicht hebben dat het werken zal worden tot aan het bittere einde. Dat er nooit een dag komt dat ik zal kunnen zeggen: en kust nu allemaal mijn kloten. En helaas, mijn medische geschiedenis zijnde wat ze is, is dat het meest waarschijnlijke scenario.
Ja, redelijk kak, eigenlijk wel.
Maar wat gaat een mens eraan doen? “Dringend lotto beginnen spelen, vrees ik,” was mijn laatste zin in 2010. Ik zie ook geen andere optie in 2024, vrees ik. Want ook in 2024 is de voorlaatste paragraaf integraal waar:
Pas op, versta mij niet verkeerd: wat ik doe van werk benadert het werk dat ik zou doen als ik zou mogen kiezen wat ik zou doen, en ik heb niet anders dan fijne collega’s en zo, maar toch. Mijn carrièreplanning is samen te vatten als “hopen dat ik zo snel mogelijk op pensioen kan”.
Zeg uw gedacht