En die mannen van het orkest van de Koning Elisabethwedstrijd, il faut het toch maar faire: al die verschillende muziekstukken, al die verschillende pianisten begeleiden, avond na avond… Tch.
In 1905 vond je hier in het begin van de straat naast elkaar twee café’s: In den Appel en In den Transvaalschen Boer. En ook daarvoor was er drank te vinden in de straat: al vóór 1495 stond op nummer 20 een brauwerije ghenaempt D(en) Wielken. In 1509 had je op nr. 36 ’t Schuutkin (later ’t Schip van Sinte Renuyt, en in de negentiende eeuw Cabaret St. Arnould).
Naast drank ook drugs aan deze kant van de straat: waar nu de nummers 28, 30 en 32 staan lag van de zeventiende tot de negentiende eeuw een kruidentuin lag voor verschillende apothekers uit het stadscentrum.
En van sex weten we het niet, maar rock’n’roll (nu ja) was er ook: in de achttiende eeuw was nummer 26 een choraalhuus van Sint-Jacobs; het werd bewoond door de zangmeester en een aantal koorknapen.