Terug op mijn echte computer, en dus ook weer terug naar mijn normale RSS feeds… en wat leest mijn oog?
Koen Fillet moet er misschien mee ophouden!
Ah getver. Akkoord, het is het einde van de wereld niet, en op den duur zou je je er schuldig over gaan voelen om het erg te vinden, maar ik vind het wel degelijk erg.
Ik loop niet graag. Nee, laat me dat nuanceren: ik hààt lopen. Passioneel. Ik heb er altijd al, mijn hele leven, een hekel aan gehad. Van de eerste miltaanvallen toen we in de kleuterschool moesten snelwandelen naar de speeltuin, over de astma-aanvallen op de lagere school toen we langs de Watersportbaan liepen, tot de publieke vernedering waar de coopertestachtige akeligheden op de middelbare school altijd op uitdraaide.
Walging, misselijkmakende, lijfelijke braakneigingen opwekkende dégoût, dàt is wat ik voel voor lopen. Zinloze bezigheid, gevaarlijk voor lijf, ledematen en ligamenten, verstand noodgedwongen op nul en blik op oneindig, de ultieme nutteloosheid, het zenith van zinloosheid.
En toch.
En toch: ik had me ook kandidaat gesteld voor hetzelfde programma waar Koen en Lotgenoten voor ingetekend hebben. Omdat ik mijn grenzen wou verleggen. Omdat ik een doel wou in mijn leven. Omdat ik toen nog ettelijke tientallen kilo’s teveel woog.
Ondertussen ben ik die kilo’s, alle 75, kwijt. Zijn die grenzen meermaals verlegd—hallo, dag man met de hamer, hoe gaat het ermee? Tot de volgende keer dan maar?
Ondertussen heb ik een doel in mijn leven, of beter: ondertussen heb ik denk ik soms te véél doelen in mijn leven. En bovenal: ondertussen weet ik dat zo ongeveer de enige voorwaarde om te mogen meedoen, “geen rugklachten hebben” was.
Enfin, ik was er dus niet bij. Maar toen ik hoorde dat Koen Fillet mee zou doen, heb ik hem wel religieus gevolgd op zijn weblog. De trainingen, het aquajoggen, de grafieken, de glimpsen van anonieme medelotgenoten, alle ups en downs met de knie—en misschien vooral: de heldhaftige strijd om een loopblog te blijven en géén gewoon interessant weblog (mislukt!).
Dus ja, ik zou het enorm spijtig vinden als het niet zou lukken, de marathon. Ik houd alle kruisbare lichaamsdelen gekruist.
En ondertussen en behalve dat: in ieder geval kan niemand hem die 20 km nog afpakken.
Ha!
Reacties
Eén reactie op “Schluss?”
en dan nu in deze turnles: coopertest
*zakt alvast in elkaar*