Op 12 augustus 1819 met twintig man in een boot aanzetten met proviand voor twee en een half jaar en dan een jaar en drie maand later, op 20 november, tegen een walvis botsen en zinken, en dan met twintig man in drie reddingsboten zitten, met honderd kilo brood per boot en 250 liter water.
En dan een week later van dat brood eten maar dat het in het zeewater had gelegen en dan vergaan van de dorst en rauwe schildpadden moeten eten tegen de dorst en daar ziek van worden. En na een maand op zee landen op een klein eiland waar er eigenlijk ook geen eten of drinken is, en dan drie man op dat eiland achterlanten en met zeventien man in die drie boten verder aanzetten.
En dan loopt er één van de boten verloren.
De twee andere blijven samen, en een maand daarna sterft er iemand en dan wordt die mens opgegeten, ah ja, ze hadden geen ander eten. En twee dagen later sterft er nog iemand en eten ze hem ook op. En nog twee dagen later nog iemand en ze eten hem ook op. En twee dagen daarna verdwijnt er nog een boot, een waar er nog drie man in zaten.
De kapitein en vier man zaten in de overgebleven boot, en ze trekken strootjes om te zien wie er dood zou gaan om opgegeten te worden en wie hem zou moeten dood doen. Tegen dan is het 1 februari: de jongste van de vier word opgegeten door de kapitein en de twee andere overlevenden. En dan op 11 februari sterft er nog iemand en wordt hij ook opgegeten. En op 23 februari worden de twee overlevenden opgepikt.
De mensen in de boot die verloren gelopen was, daar stierf de eerste op 20 januari. Ze smijten hem in het water. Op 8 februari sterft er nog iemand en tegen dan hebben ze zo honger dat ze toch beslissen om het lijk op te ten. Ze eten met drie een beetje van het hart en ze snijden rest in stukken om te drogen.
En dan willen ze de dag erna ervan eten maar blijkt het vlees rot te zijn en groen, maar ze roosteren het op een vuur en ze eten er toch maar van. Op 15 februari hebben ze geen eten meer. Op 19 februari worden ze met drie opgepikt door een boot.
Ik zou dat allemaal niet kunnen denk ik.
[De drie man op het eiland hebben het overleefd, maar het is niet bekend wat ermee gebeurd is. De vier andere overlevenden naast de kapitein, zijn allemaal ook kapitein geworden. Als hun schip verging waren ze 17, 19, 24, 30, en de kapitein was 31. Ze zijn gestorven aan respectievelijk 77, 75, 73, 80 en 81.]
Reacties
5 reacties op “Ik zou dat allemaal niet kunnen denk ik”
een boot loopt niet.
I beg to differ.
Ik zou vrij snel opgegeten worden, denk ik… Al was het om van mijn gezaag vanaf te zijn…
BBQ op een boot… respect!
Help mij eens aub, ik denk dat ik daar ooit over gelezen heb maar ik kan mij geen namen of niks meer herinneren. 🙁