Toegekomen op mijn werk, telefoon van Sandra: dat de school gebeld heeft, dat Jan de kop in is, en dat er iemand hem naar het hospitala moet voeren. Een gabbe in zijn hoofd, bloed met geen tien handdoeken tegen te houden, tourniquet rond zijn nek helpt niet.

Ik naar beneden, fiets losgemaakt, op de fiets, trap, trap: kak, lege achterband. Er ligt hier boven een fietspomp en mijn achterband is zo’n kan-niet-kapot-band, ik ga er van uit dat mijn ventiel losgeraakt is of zo.

Op zoek naar het ventiel: er is geen ventiel. Alleen nog een vastmaakring waarmee dat ding vastgemaakt was, en een ruwe rand waar de rest van het ventiel afgebroken is. Of afgekraakt. Of losgewrikt. Of godweetwat.

Gebeld naar Sandra dat zij Jan mag gaan halen en naar de spoeddiensten gaan, gelukkig lukte dat min of meer.

En vannamiddag, nu net dus, naar de fietsenwinkel gegaan om een nieuwe binnenband. ’t Is een complexe fiets en ik ken daar niets van, dus ik ben overgeleverd aan die mensen: ’t zal tot 6 juli duren. Zucht.

Oh, en met Jan bleek dat het allemaal maar een schram op zijn voorhoofd was, een paar millimeter lang. Sandra heeft ze op school gezegd dat ze er een plakker op mogen plakken. Haja, want tegenwoordig –danku, ministerie– mogen ze op school geen aspirine, geen pijnstiller, geen ontsmettingsmiddel of wat dan ook meer doen.



Reacties

3 reacties op “Een goed begin is het halve werk”

  1. Michel,

    op de Van Wittenberghestraat, zijstraat van Rabotstraat, is er een goeie fietsenmaker, die snel en efficiënt werkt… Al twee keer geholpen: ’s ochtends fiets binnen steken en tegen de middag klaar…
    het is een tip…

  2. “Tegenwoordig … mogen ze op school geen … of wat dan ook meer doen”.
    Flits! Total Recall: de dag dat Albert; de klusjesman bij de Barbaren, me liefdevol in zijn armen nam en mijn bloedneus heeft willen stelpen met een natte spons waarmee hij ook de wc’s uitkuiste komt me ineens levendig voor de geest!