Adrian Tchaikovsky
Orbit, 2021, 565 blz.

Hoezee, ’t is nog eens Adrian Tchaikovsky!

De mens schrijft aan de lopende band, en in allerlei verschillende stijlen, en ik lees hem wel graag. Dit is helemaal anders dan Cage of Souls, dat ik onlangs las. Dit is rechttoe-rechtaan-Space Opera. Hoezee! Stapels personages, allemaal verschillende aliens, Het Lot Van Het Universum In De Balans, what’s not to like? En ’t zijn maar drie boeken in totaal, dus geen eindeloos uitgesponnen reeks!

Ik ben na boek 1 helemaal mee. Het verhaal begint met een zoalsdatheet Bont Allergaartje van mensen (en aliens) die samen een ruimtebergingsbedrijf hebben. Idris is een veteraan van een oorlog die 50 jaar geleden plaatsvond. Hij kan, zoals de navigators in Dune, in zijn hoofd allerlei berekeningen doen en daardoor kan hij een ruimteschip weg van de normale eum hyperspace lane-achtige dingen navigeren. Wat handig is om dingen te bergen die verloren zijn geraakt omdat ze van die snelwegen af zijn geraakt.

Zoals in andere boeken en universa, zijn er Rare Dingen als een schip uit het normale universum naar dat soort hyperspace gaat: een soort Aanwezigheid, waarvan iedereen zegt dat het verbeelding is, maar die voor Idris en collega’s toch maar vies écht lijkt.

Die oorlog van 50 jaar geleden was niet écht een oorlog, maar gewoon de ene na de andere vernietigde planeet: er komt een alien zo groot als een maan toe bij een bewoonde planeet, die plooit de planeet in een soort origamibloem waarbij iedereen doodgaat, en dan gaat de alien naar een andere planeet.

Op een bepaald moment slaagt Idris erin om contact te maken met zo’n maan, en het te laten weten dat hey, wij zijn er ook en wij zijn levende wezens dankuzeer om onze planeet niet kapot te maken. Niemand weet waarom, maar dat was het dan: de maan ging weg en kwam niet meer weer. Het was te laat voor de Aarde, die al vernietigd was, maar er waren gelukkig nog een resem andere planeten.

Er is nog een stapel meer context, met een ras van biomechanische insekten-hive minds die gemaakt zijn door mensen als een soort werkrobots maar die hun onafhankelijkheid hebben verworven, met verschillende facties bij de overgebleven mensen waaronder een parthenogenetische vrouwenmaatschappij, met geheime diensten en proselytiserende aanbidders van aliens en al en al.

Afijn, we zijn nu 50 jaar later en onze helden heeft een opdracht om een schip te bergen en het blijkt helemaal in een origamibloem geplooid te zijn DUM DUM DUMMMM!!

Een leutig boek. Weinig of niets origineels, voorlopig. Weinig of niets dat ik niet al elders ook gelezen had. Peter F. Hamilton, Neal Asher, Alastair Reynolds, Frank Herbert, en stapels meer. Ik ben niet omvergevallen van wat er gebeurde of hoe het geschreven was, maar ik vond het wel fijn. Onderhoudend. Een warm dekentje.

Ik wacht met een oordeel over aanraden of niet tot ik minstens het tweede deel gelezen heb: het zou zowel zeer slecht als zeer goed kunnen verdergaan, namelijk. (Maar ik heb er wel een goed oog in: Tchaikovsky heeft mij tot nog toe nog niet teleurgesteld.)