Vanavond door de stad gereden op de fiets, zo net rond de sluitingstijd van de winkels. Absoluut niet gehaast, op weg naar een vergadering waar ik eigenlijk véél te vroeg voor was.
Van de Dampoort door de Dampoortstraat, over de Joremaaie, door Steendam, Ottogracht, Baudelostraat, over Vrijdagsmarkt, Lange Munt, Pensmarkt, langs de Graslei tot aan de Predikherenlei.
Met de ogen halftoe en de neus wijd opengesperd: zo ongelooflijk wijs! Het was net warm genoeg om geur goed te laten verspreiden, en alle winkels die ik voorbijkwam, kon ik ruiken: de restaurants, het leer van de klerenwinkels, de frietkoten, het escargotkraam, de café’s… het deed mij om de één of andere reden denken aan met de fiets rondrijden in het halfleegseizoen aan zee.
Niet meer het vol seizoen, maar zo eind van de derde week van augustus of begin van de vierde, als het al wat kouder wordt, en als de toeristen al een extra pull moeten aantrekken.
Er waren zelfs meeuwen aan de Graslei, alleen de geur van de zee of van een viswinkel ontbrakt.
En van Le Bordelais, natuurlijk. Maar dié komt nooit meer weer — al is Bayram een redelijk goeie vervanging.
Reacties
4 reacties op “Snif”
Man ik ben jaloers! ik wil terug in Gent wonen!
De geur van een viswinkel én Le Bordelais? Simpel. Fiets door de Belgradostraat.
Langs het water kun je soms de zee ruiken, soms ’s morgens vroeg aan de Watersportbaan of zo langs de Coupure onderweg naar Mariakerke. Het zou ook kunnen dat ik het me verbeeldt dat de lucht wat zout ruikt, maar het geluid van de meeuwen maakt alles goed.
Voor die zeegeur moet ge bv. in Antwerpen zijn, fietsen langs Hoogstraat, de Kathedraal en de Suikerrui, en daarna langs de kaaien, om langs de Voetgangerstunnel terug te komen. I know the feeling.