• Niet reddeloos verloren

    Ik ga door mijn foto’s voor mijn tuinsafariwebsite, en ik kom er regelmatig tegen die ik zelfs zonder kijken indertijd links heb laten liggen.

    Dit is een stukje van een foto zoals hij van het fototoestel kwam eind juli 2006:

    Zeer donker. Flits niet afgegaan, wellicht wegens batterij bijna op en te snel na elkaar foto’s nemen. Het is dan ook een klein zandloopkevertje dat zeer zelden stil zit.

    Als ik de exposure naar boven trek, krijg ik dit:

    Stapels chromatische aberratie, maar vooral: verschrikkelijk veel ruis, en lelijke ruis bovendien, met strepen waar de sensor niet mee wou doen.

    Het is raar, maar zelfs met al wat er verkeerd is aan de foto, vind ik er nu wel wat aan. Het heeft iets romantisch, of zo. En tegenwoordig zit er in Lightroom van die AI-achtige ruisonderdrukking, en een beetje duwen op knoppen later krijg ik er dit beeld uit:

    Ik heb niet eens overdreven met scherper maken, maar het heeft wel iets, vind ik. 🙂

  • Die goed doet, goed ontmoet

    Sandra werkt laat wegens commissievergaderingen op haar werk, en dus ben ik van corvee voor avondeten. Ik had gisteren nul goesting om buiten te komen dus is het afhaaleten geworden (geen slechte pizza, van bij Sim Pizza).

    Vandaag had ik nog altijd geen goesting om buiten te komen, maar heb ik het wel gedaan. Eén van de dingen die ik gekocht heb voor het eten, was platte peterselie bij Bayram, en toen ik die na de voorbereidselen van de rest van het eten opzij legde, zag ik ineens iets bewegen op het werkblad.

    Zó klein dat ik niet meteen zag wat het was. Een millimeter groot, zwart, bolachtig. Geen springstaart. Wat dichter gaan kijken en ’t was begod een klein spinnetje!

    Ik ben direct mijn fotomathilde gaan halen en ziet hoe schattig (maar dus écht minuscuul klein):

    Ik heb het dan maar onderaan de lijst onbekende hangmatspinnen gezet.

  • De verleiding is groot

    Ik kreeg in de mailbox een vraag van een verre collega om toegang te krijgen tot een stukje SharePoint dat nog in opbouw is. Ik kijk even in het telefoonboek wie die collega is en waar hij precies werkt.

    Oh, iemand van de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Oh, iemand van de Geschiedenis. Even kijken naar zijn profiel in onze Research Explorer. Oh, hij specialiseert in brieven. Oh kijk, zijn doctoraat gaat over een leutig onderwerp. Even kijken op de website van de bibliotheek. Oh, het doctoraat is online leesbaar voor mensen aan de UGent.

    Oh.

    Ik zou met veel plezier de 539 bladzijden van het doctoraat kunnen doorworstelen. Helaas is er ook nog werk te doen. 🙂

  • Onvermoede beesten

    Het was indertijd eerlijk gezegd zeer demotiverend, dat ik foto’s nam van beesten maar van zeer veel dingen niet kon achterhalen wat het was. Of wat het precies was.

    Op den duur ging ik eindigen met een resem pagina’s vol “onbekende kevers”, “wantsen van een onbekend merk”, “spinnen waar ik niet van weet wat ze zijn” — en dat is écht niet leutig voor iemand die graag dingen klasseert.

    Ik ben sinds vorige maand door mijn backlog van foto’s aan het gaan, en al heb ik nog altijd pagina’s zoals onbekende strekspinnen en een enorme vuilbak vol bladluizen allerhande: de meeste beesten zijn toch tenminste tot op een zeker niveau te identificeren.

    Wat een goed gevoel om “onbekende wants” en “nimf van onbekende wants” hierboven, allebei in de loop van ergens 19 jaar geleden gefotografeerd, te kunnen herkennen als loofboomhalswantsen.

    Of hoe fijn om een naam te kunnen plakken op dit fantastische dier:

    Neen, het is geen larve van een lieveheersbeestje. Van zeer (zéér) ver heeft het dezelfde kleuren, maar het ziet er helemaal anders uit. Het is, ge raadt het nooit, een grote glimworm!

  • Tijd is relatief

    In Hogfather dat op mijn Audible staat voor als ik op de velo zit, kwam het nog eens aan bod: hoe relatief tijd wel is. (In het geval van dat boek is het zeer echt relatief, in de zin dat pakweg de Tandenfee de tijd tijdelijk stil kan zetten, maar toch.)

    Hoe zot is het om tijdens de week schijnbaar twee weken lang toe te leven naar het weekend en in het weekend de indruk te hebben dat het op één namiddag voorbij is?

    Het helpt natuurlijk ook niet dat ik zonder problemen durf in mijn bed te blijven liggen praktisch de hele zaterdag.

    En het is stom, want die zeldzame keren dat ik wél vroeg wakker ben, ben ik altijd verbaasd hoeveel dingen ik gedaan krijg. Dan ga ik boodschappen doen en koken en alles. Maar in mijn bed liggen is ook wel iets natuurlijk.

    Afijn. Maandag. Nog vier dagen en het is weer weekend. 🙂

  • We gaan nog eens een poging doen

    Nu dat verrekte Stormlight Archiveboek achter de rug is, ga ik toch nog eens proberen wat meer boeken te lezen.

    Eerste in de rij: De wereld van Clovis: De val van Rome en de geboorte van het Westen, een boek dat ik zowaar via de nieuwsitems op het werk leerde kennen. Een prof op het werk heeft een boek geschreven over een onderwerp dat mij al altijd mateloos fascineert:

    Wat gebeurt er als de wereld die mensen eeuwenlang gekend hebben voorgoed verandert? Vierhonderd jaar lang was het Romeinse Rijk de enige entiteit die heerste over West-Europa. Maar doorheen de vijfde eeuw van onze tijdsrekening verdween dat Imperium in Gallië en de Lage Landen. In de plaats daarvan kwamen tal van nieuwe vorstendommen. Onder hen bevonden zich diverse Frankische krijgsheren die voor het Romeinse Rijk al enkele eeuwen fungeerden als boemannen, barbaren, maar ook bondgenoten.

    Ik las dat Jeroen Wijnendaele, de auteur, niet doet wat mij zo enorm mateloos stoorde bij Bart van Loo’s Bourgondiërs: een boek schrijven alsof hij zeker is wat er allemaal is gebeurd, waarbij er mensen woorden in de mond gelegd worden zonder dat we daar zeker over zijn. Ik las dat het vlot geschreven was maar ook écht wetenschappelijk verantwoord, en ik had niet meer nodig.

    Daarna ga ik mijn schade inhalen van science fiction en fantasy denk ik. Er zijn ongetwijfeld de afgelopen twee jaar boeken verschenen of reeksen afgewerkt die wél de moeite waard zijn.

    Ik moet ook nog een kort lijstje afwerken van boeken die ik om de één of andere reden als “te lezen” had genoteerd:

    • James Islington, The Will of the Many (alhoewel, ’t is deel één van een kweetniethoeveelologie)
    • Andrew Shanahan, Before and After (en als dat meevalt, Flesh & Blood)
    • Kim Stanley Robinson, The Years of Rice and Salt
    • en eens kijken of de Drakas!-boeken van S.M. Stirling grappig genoeg zijn om te lezen

  • Gelezen: Stormlight Archive #5: Wind and Truth

    Brandon Sanderson
    Tor Books, 2024
    1330 blz.

    Het is eindelijk uit, het laatste boek van het eerste deel van The Stormlight Archive.

    Wat een véél te lang boek.

    Wat een, uiteindelijk, véél te veel personages en veel te veel nutteloze sideplots en nergens op uitdraaiende personages.

    Dit begon als een uitstekende reeks. De eerste twee boeken waren écht goed. En daarna begon het alsmaar minder te worden. Het is bijna precies vier jaar geleden dat ik boek vier las, en ik was er ook niet echt opgetogen over.

    Wat in dit boek gruwelijk hard opvalt, is hoe hard dit een jaren-2020-boek is. Elk van de lijkt het wel tientallen ‘hoofdpersonages’ heeft iets neuro-atypisch of gelijkaardig, en dat definieert ze helemaal. Sanderson doet storend hard zijn best om er één homoseksuele relatie in te steken, één transgender persoon te vermelden, maakt van zijn hoofd-hoofdpersonage zowaar een letterlijke therapeut (in een fantasywereld, met die specifieke term, “therapist”) en klinkt meer dan veel storend “how do you do fellow kids”-achtig als een commentaarder op sociale media.

    Ik wou dat ik dit uitgevonden had, mijn ene oog is nog altijd niet helemaal teruggerold:

    How?” Ishar repeated. “What are you?” He gestured toward Szeth. “Are you … are you his spren? His god?”
    “No,” Kaladin said. “I’m his therapist.”

    Dat citaat hierboven was bovendien niét grappig bedoeld. Het was een ernstige conversatie op een ernstig en belangrijk moment. Cringe.

    Want het viel mij deze keer ook storend hard op hoe enorm on-grappig hij is. Het ligt er natuurlijk ook wellicht aan dat ik bijna alles van Terry Pratchett herlezen heb de afgelopen maanden, maar miljaaarrrr hoe pijnlijk is Sanderson als hij denkt grappig te zijn.

    Het heeft niet veel zin om veel over plot te vertellen op het einde van ettelijke duizenden bladzijden, maar toch dit: wat een anticlimax allemaal. Dit boek beschrijft letterlijk de gebeurtenissen van tien dagen in de aanloop naar een duel — weliswaar met een resem grotendeels nutteloze excursussen en flashbacks — maar er is desondanks zeer weinig sense of urgency, en het duel zelf is over voor het begonnen is.

    Ik had ook op geen enkel moment het gevoel dat Sanderson in veel van zijn vorige boeken wel kreeg: dat het tegen het einde alsmaar beter en beter en beter werd en alle plotlijnen bij elkaar kwamen en het alsmaar moeilijk neer te leggen was. Er is zelfs een term voor: Sanderlanche, de Sanderson Avalanche.

    Dit was van begin tot einde saai, vrees ik. Het was vechten tot de laatste snik om het boek uit te krijgen, en mij dan nog door een aantal gelukkig zeer korte bleurgh postscriptums te worstelen die mij op geen enkele manier goesting deden krijgen om verder te lezen in deze reeks.

  • Een boom vol beesten

    Ik heb een lijst van beesten op mijn tuinsafari-site, die beesten zitten allemaal in een categorie die in een andere categorie kunnen zitten en dat is een strikte boomstructuur, dus daar kan gemakkelijk een visualisatie van gemaakt worden:

    Da’s helemaal interactief op mijn computer met inzoomen en verslepen en al:

    Ik zou dat ook ergens online kunnen zetten trouwens, ’t is toch allemaal statisch gegenereerd. ’t Zal zijn voor als ik nog eens goesting heb.

    Voorlopige statistieken:

    Ik ben nog lang niet door mijn backlog van foto’s. Met een beetje geluk is dat gelukt tegen dat ik weer nieuwe foto’s begin te maken.

  • RIP David Lynch

    Djutoch.

  • Onverwachte bezoeker

    Ik ben één voor één mijn foto’s af aan het lopen om te zien wat ik op mijn tuinsafariwebsite kan zetten, en daar zitten soms kleine verrassingen tussen. Zoals deze:

    Rechts zit een venstersectorspin (Zygiella X-notata) verstoken in de geitenbaard, maar linksboven zit de larve van een gaasvlieg, volgens de AI van een goudoogje (Chrysoperla carnea). Die had ik geeneens gezien toen ik die foto voor het eerst bekeek.

    Dat was bijna twintig jaar geleden, trouwens. Ik word echt zeer oud.

    En ik kijk er naar uit dat het weer insectenweer wordt. Nieuwe foto’s maken!

  • AI is onzekerheid en percentages

    Ik ben een immens grote fan geworden van observation.org (en de Nederlandstalige poot ervan, waarnemingen.be). AI enerzijds, anderzijds menselijke input door mensen zoals ik, en aan de grijpende hand nog eens menselijke controle door experten.

    De AI is meestal fantastisch goed, maar soms ook onverklaarbaar raar. Neem deze drie foto’s van duidelijk een schorpioenvlieg:

    Dit is wat de AI ervan maakt na upload:

    Hij is maar 54% zeker dat het een Duitse schorpioenvlieg is (dat is het, wees zeer gerust), en hij is 9% zeker dat het een blauwtipje zou kunnen zijn, en ook 9% dat het een tweevlekken-zuignapvis is.

    Op basis van wat? Ik weet het niet. Zo zien de drie er naast elkaar uit:

    Euh ja, inderdaad.

  • Luke & Isabella

    Isabella Moody is een krankzinnig rechts vrouwmens op het internet. Racistisch, extremistisch, op het karikaturale af. Luke Beasley is een linkse mens op het internet. Zijn online carrière is serieus van start gegaan toen hij Trumpsupporters zichzelf liet belachelijk maken.

    Voor de rest heeft hij een groeiend kanaal waar hij linkse dingen doet.

    Eén van de zaken die hij sinds kort heeft, is The Grudge, een ongoing conversatie met Isabelle Moody:

    I want to articulate the reason we’ve decided to create this show. While some feel that “platforming” a figure like Isabella Moody is necessarily harmful, I see it as a valuable opportunity to confront a destructive ideology(if handled correctly). As I’ve said before, how do we defeat harmful ideas if we don’t confront them? Unfortunately, my one-off debates with other MAGA figures don’t seem to move the needle given their brevity. So now we’re giving something else a try: a weekly chance to clash with a right-winger.  The last two years in this business have taught me that the views and indecency Isabella exhibits are unfortunately all too common. Additionally, we keep learning that staying in our echo-chambers isn’t effective at moving people. So that’s what this show is all about. Diving into the deep end. It’s also what my appearances on other shows outside of my comfort zone are about. 

    De eerste afleveringen zijn wat een mens ervan zou verwachten, maar in aflevering 7 geeft hij de controle helemaal aan Moody, en dit is van het spannendste dat ik recent gezien heb.

    Ontroerend schoon, van begin tot einde.

  • Harde schijf vol!

    Da’s dus iets dat mij niet meer overkomt tegenwoordig: te weinig plaats op een harddisk. Als ik te weinig plaats heb om dingen op te slaan, koop ik gewoon een nieuwe schijf en hopla. En op mijn hoofdhardeschijf staat nooit verschrikkelijk veel, dus dat komt wel in orde.

    Tot zonet, dat ik afbeeldingen wou importeren in Lightroom en dat die klaagde dat het niet zou lukken wegens geen plaats.

    Euyngk?

    Misschien eens mijn vuilbak leegmaken? Ahem ja dus:

  • Elon Musk is zielig

    Er is weinig zo belachelijk als valsspelen in games en doen alsof ge dat niet aan het doen zijt.

    Ik had het filmpje van Musk in Path of Exile 2 al zien passeren, maar deze korte analyse van echte kenners is hilarisch in al zijn belachelijkheid.

  • Plantaardig

    We zijn met het werk gaan eten voor teambuilding, en het was 100% plantaardig en meert dan uitstekend, ik denk dat ik daar nog eens naartoe ga met ons getweeën.

    Epiphany’s Kitchen, zeer lekker van eten, een beetje euh ja zeker? van decor. Ik bedoel:

    Het ziet er romantisch en rustiek en alles uit, en dat is het ook, maar: de verf is letterlijk een fractie van een millimeter kleur bovenop afbladderende muren en stoffige kalk en instortende plafonds.

    Dat gaat mij niet tegenhouden, daar niet van. En de fontein die wel bijzonder luid klatert ook niet.