Ziet, ziet: de tegels hangen aan de muur en plakken tegen de vloer!
Ik weet niet goed meer wat de volgende stap is, nu. Eerst nog de naad in de hoek afwerken, maar daarna? De vloer eerst? De muren? Of nee, het plafond, waarschijnlijk?
Het is een moeilijke kleur om op foto te krijgen, die tegels. Maar in ’t echt ziet het er echt wijs uit. En ik denk dat het schoon zal zijn als de houten vloer naast zal liggen. Dat zal — opnieuw zeer moeilijk te fotograferen zonder vermoed ik meer professionele belichting — iets in deze zin geven:
Ja, wel wijs.
Maar dus laat ons zeggen eerst plafond, en dan moet er tegelijkertijd aan het venster nog iets afgewerkt worden, en dan de vloer vermoed ik, en dan kan dit wellicht eindelijk op zijn plaats, na maanden in de keuken en weken in de living:
En dan kan er een muur aan onze badkamer gebreid worden. En tegen dan is het einde min of meer in zicht, denk ik. Als we een schilder zullen gevonden hebben om badkamer en slaapkamer te schilderen en behangselen.
En dán kunnen we aan het dak beginnen denken en de voorgevel en de deur.
Ik voel mij een beetje Arya Stark, met mijn litanie, soms. Slaapkamer, badkamer, dak, voorgevel, voordeur, Raff the Sweetling, Ser Ilyn, Ser Meryn, Queen Cersei.
Ik ben nog maar begonnen aan de eerste aflevering, en ik vind het nu al fantastisch goed.
En behalve dat heb ik ook de laatste twee seizoenen van Doctor Who in één trok bekeken. Ik was in het begin niet helemaal overtuigd, maar het laatste seizoen was denk ik bij de betere van de laatste jaren. Ik had graag wat meer karakterontwikkeling gezien bij de companions, maar dat kan misschien nog komen.
En behalve dat ben ik ook door de vier seizoenen van Legend of Korra geraakt. Ik had die om de één of ander reden nooit helemaal uitgekeken, maar ik kon mij voor de dooie dood niet herinneren waar ik eigenlijk opgehouden was. Ergens in het midden van het derde seizoen, denk ik, nu ik het helemaal gezien heb.
En behalve dat zit Agents of S.H.I.E.L.D. aan aflevering vier, en ik ben er zeer content van.
Het derde seizoen van Killing Eve was mja. Niet wat het eerste en tweede seizoen waren, en ’t is gelijk toch wel te voelen dat Phoebe Waller-Bridge er niet meer aan het roer staat. Niet dat het slecht was, absoluut niet, maar ik had er gelijk meer van verwacht.
Afijn. The New Pope nu dus. En dan, denk ik, The Plot Against America. Misschien ook Stargirl? Ik heb vage herinneringen aan Dead To Me, dat ik denk ik niet slecht vond. Seizoen twee schijnt ook goed te zijn, dus hey waarom niet? Idem voor What We Do in the Shadows, dat ik al uitstekend vind van het allereerste dat ik er ooit van zag, en dat nu een goed tweede seizoen heeft. En o ja, Better Call Saul: ik was er even mee gestopt omdat ik ze allemaal na elkaar wou zien, en ik bedenk dat het vijfde seizoen klaar is, dus ik weet wat gedaan.
Jan gaat naar het vierde jaar, en vanaf het vierde jaar moeten ze een laptop hebben op school.
’t Is te zeggen: het is eigenlijk sinds minstens het eerste middelbaar dat ze een eigen computer moeten hebben want anders lukt het gewoon niet om het werk te doen, maar vanaf het vierde moeten ze de laptop elke dat mee naar school nemen.
En dus moeten we nu een tweede laptop kopen. Ze hebben op school een degelijke keuze gemaakt: een Lenove Chromebook 300E. De manier om het te bekijken, is dat het eigenlijk een telefoon is met een lagere resolutie en een ingebouwd keyboard.
Voordelen: goede batterij (realistisch 10 uur blijkbaar), stevig (kan van een tafel op de grond vallen zonder problemen), waterdicht toetsenbord (kan een glas drank omver smijten op computer), 2-in-1-design (kan scherm omplooien tot tablet), en uiteraard het enorme voordeel dat iedereen op dezelfde computer zit.
Het heeft een touch screen dat niet enorm degelijk is, maar het geestige is wel dat het ook werkt met een gewoon potlood op een scherm. Het heeft een camera, het heeft Bluetooth en USB dus er kan een muis en een beter toetsenbord aan gehangen worden.
En alles van de Play Store kan er op draaien, wat wil zeggen dat ze er hun Tiktok en Insta en watnogallemaal kunnen mee doen — maar ook dat er degelijke Microsoft-apps op kunnen draaien, naast Google’s dingen.
Enfin bon, ik ben niet ontevreden. De prijs is ook relatief laag gehouden: de meest voor de hand liggend formule is een waarborg van 66 € betalen, en dan 28 maanden lang een maandelijkse huurprijs van 11 €. De duurdere formule is meteen 340 € betalen. In beide gevallen is er een uitgebreide garantie voor kapotgaan (gratis reparatie of vervanging, maar een franchise van 50 € als het uw eigen schuld is).
Update Een review van een échte gebruiker in de context waarin hij gaat gebruikt worden. Blijkbaar niet zo leutig voor de IT-afdeling van de school, en niet zeker dat ze lang gaan meegaan. Tja.
Een collega vroeg of ik volgende week dinsdag naar Brussel kon komen voor een vergadering.
As it so happens kon ik niet, wegens periodieke check-up bij de Specialist Ter Zake in het hospitaal in de late namiddag, maar behalve dat sloeg er mij iets om het hart.
Ik vergader, oprecht eerlijk waar, enorm veel liever niet in persoon dan wel, besef ik. Ik word lichamelijk moe als ik met mensen in één ruimte moet zitten. Serieus: al die mensen die zeggen dat online vergaderen veel vermoeiender is, ik snap wel wat ze zeggen, maar voor mij gaat het niet op.
De luxe om even uit beeld te gaan of de camera uit te zetten en naar adem te happen, het gemak van wie ge wilt uw volle aandacht te geven zonder te moeten lastig lopen dat ge niet aan het kijken zijt naar de juiste persoon — of omgekeerd, de mogelijkheid om tegelijkertijd iets anders te doen als er geen 100% aandacht nodig is.
Het whiteboard op mijn computer is vele keren beter dan een fysiek whiteboard, een scherm delen online is tien keer gemakkelijker dan een scherm delen in een vergaderzaal (de helft van de tijd is het projectie waar de kleuren op geen reet trekken en niets leesbaar is van op afstand, de andere helft van de tijd is het klooien met monitors en schermresoluties en aanpassingsstukken en gedoe).
Alleen het hoofd telt — letterlijk: alle hoofden op hetzelfde scherm naast elkaar. Of, zoals bij de vergaderingen bij Eurocontrol: alleen de stem telt, want de camera staat niet aan. Iedereen op gelijke voet, geen fysieke intimidatie, mij niet ongemakkelijk voelen omdat mijn kleren niet goed zitten of omdat ik rugpijn heb: als ik de rest van mijn leven kan werken van aan mijn bureau thuis, ik teken er meteen voor.
Dus toen het ging over allemaal samen in Brussel vergaderen, kreeg ik het helemaal benauwd. Ik zie het praktische nut niet van met onze lichamen samen in een kamer te moeten gaan zitten. Mensen zullen het misschien gaan hebben over “lichaamstaal” en “het is toch niet hetzelfde op een scherm”, maar ik betrouw meer op de taal van het gezicht en het stemgeluid dan op die van de rest van het lichaam. Van de rest word ik nerveus en ongemakkelijk.
En dat is uiteraard nog helemaal los van de absurditeit van door regen en wind twee nutteloze uren heen met fiets en trein en metro/bus en te voet en twee even nutteloze uren terug te voet en met metro/bus en trein en fiets.
Ik heb er geen zin meer in. Ik had vroeger het probleem dat ik niet graag thuis werkte omdat ik het gevoel had dat ik dan altijd op mijn werk was en dat ik de deur niet kon dichtdoen, maar dat is uiteindelijk ook maar een ingesteldheid: als mijn werk klaar is, is mijn werk klaar. En is het niet klaar maar zijn de uren op en is het niet enorm vreselijk dringend, dan is het voor de volgende werkdag, en dat is dat.
I have been up to the mountain and I’ve looked over. And I’ve seen the Promised Land. Tenzij het echt, écht onmogelijk is, wil ik elke dag thuis werken.
Ah, ’t was een beetje te optimistisch, hopen dat het vandaag klaar zou zijn.
Dit is de stand van zaken in de badkamer vandaag:
Haja, niet enorm veel tegels te bespeuren dus, inderdaad. Dat donkergrijs is nieuw: als ik het goed begrijp is dat de ondergrond waar er tegels op gaan komen. Maar niet direct, want eerst moet het twee dagen opdrogen. En dan worden er tegels op geplaatst. Maar niet direct, want eerst moet er een vlies op gelegd worden of zoiets, en dat moet ook twee dagen drogen.
Dus: vrijdag wordt er een beetje gewerkt, en normaal gezien komen de tegels dan maandag in orde.
’t Was vandaag een beetje een klucht, wel. Om half acht stonden de mensen aan onze slaapkamer (die naast de badkamer ligt – ’t is niet dat ze speciaal naar de slaapkamer kwamen of zo).
Het eerste dat moest gebeuren, was dat er plaats gemaakt werd in de living. De hoogtewerker stond er, dus is die gebruikt om een kast naar beneden te krijgen. En dan moesten alle zetels die er stonden op een hoopje gesmeten worden, om plaats te maken om het bad binnen te krijgen. En dan hebben we nog een andere kast naar de slaapkamer verhuisd (naast nog een hele reeks dozen en gerief), en de radio op de plaats van die andere kast gezet.
Millimeterwerk, dat bad:
En ja, we hebben nu wel geen bad meer in de keuken staan en er zijn twee kasten minder in de living, maar dat maakt niet enorm veel uit, want dit is hoe het er nu uitziet — voor niet al te lang, gelukkig. Hopen we toch.
Er zijn trouwens kappen in de muur, en er zijn kappen in het vensterkozijn, en er staan strepen op de plankenvloer, enfin, niet allemaal rozengeur en maneschijn dus.
Maar bon. Dat was dus redelijk vroeg in de ochtend: alles stond klaar om de tegels naar boven te krijgen. Even ter herinnering, dit zijn de tegels waar we het over hebben:
Dat is dus een porseleinen tegel van een meter twintig op twee meter zestig en 6.5mm dik. Ge moet u niet inbeelden hoe delicaat dat is om te vervoeren en bewerken.
En als ge weet dat onze vensters op het eerste ook ongeveer een meter twintig hoog zijn, begrijpt ge dat het niet evident is om die dingen binnen te krijgen. Zo weinig evident dat de tegelman –niet de meneer van de tegelwinkel die poolshoogte was komen nemen maar de meneer die het allemaal moest komen installeren– het helemaal niet meer zag zitten.
Een aantal van die tegels moeten versneden worden en dan hebben ze structureel nóg minder stevigheid dan ze al hadden. Eén van de tegels bijvoorbeeld moet op volle hoogte en breedte blijven behalve dat er een klein rechthoekje uit moet om een nis mee te maken: een nachtmerrie om met een schokkende hoogtewerker naar boven te krijgen en dan ook nog schuin door een venster te wurmen.
Boven snijden was niet aan de orde: de tafel om te snijden is gelijk drie meter op twee en er moet nog helemaal rond kunnen gelopen worden, en bovendien is het slijpstof blijkbaar zó fijn dat het gegarandeerd computers en televisies kapotmaakt.
Zucht.
Enfin bon, we zullen wel zien zeker? Ik ben alvast zeer content dat we besloten hebben de installateur het hogere tarief per uur te betalen, zodat eventuele breuk bij installatie zijn aansprakelijkheid is en niet de onze. 🙂
Vandaag heeft Sandra al een aantal meubels weggegeven op het internet — twee van de rekken waar we twintig of zo jaar lang onze kleren op gehangen hebben, een kastje dat een hele tijd gediend heeft als kleerkast voor de kinderen en zo.
Het is eigenlijk de bedoeling dat er vanalles opzij gezet wordt op het eerste, dat die tegels en later het bad door geraken, maar er is op dit moment gewoon geen plaats om dingen te verzetten in de living. Hopen dat de tegels langs de kast geraken, en dat we dan de hoogtewerker kunnen gebruiken om een kast naar beneden te krijgen, en dan de radiokast kunnen verzetten zodat het bad wél door kan.
En wayo, dan hebben we misschien morgen wel voor het eerst in zes maand géén bad in keuken staan.
Ik houd alleen mijn hart vast voor die tegels. Ik zie het zó gebeuren dat er één of meer breken, en dan weet ik niet hoe lang het allemaal nog zal duren: nieuwe tegel(s) bestellen, weer wachten tot de installateur tijd heeft, weer wachten op de hoogtewerker, alles weer opnieuw plannen voor het vervolg van de badkamer en de gang — aaargh. Vingers en alle andere mogelijke ledematen gekruisd, voor morgen.
Ge gaat het niet geloven, maar woensdag — dat is binnen! twee! dagen! — komen ze de tegels van de badkamer installeren.
Het zijn maar drie of vier tegels, maar ze zijn wel massaal groot, dus er komt een specialist. Een specialist die we extra betalen per uur, zodat hij de kosten van eventuele gebroken tegels op zich neemt. Want het zal niét evident zijn: als we de dubbele venster open zetten op het eerste verdiep, kan de tegel er met een paar millimeter overschot net diagonaal door. En ik meen mij te herinneren dat de tegel zo’n twee meter lang is. Spannnnnennd!
De volgorde wordt dan:
dinsdag wordt er een hoogtewerker geleverd
dinsdagavond ten laatste moet de living leeg genoeg zijn dat die tegel er door kan
woensdag komen de tegels toe en worden ze geïnstalleerd
zeer eventueel wordt het allemaal nog afgewerkt in de loop van donderdagochtend
wellicht donderdag of misschien al woensdag wordt het bad naar boven gehesen — ook door dat venster, en daarvoor moet er nog meer aan de zijkant op het eerste: alle kasten die er staan, om te beginnen
Ergens daarna wordt de vloer gelegd in de badkamer en in de gang, en wordt het bad op de vloer gezet, en de wasbak, en het wc, en dan wordt de muur geplaatst, en een kastje in de hoek van de muur om de buizen van de verwarming in te verbergen, en dan worden de muren afgewerkt en de verluchting en het plafond en de verlichting en de schakelaars en de prisen en dan moet het alleen nog geverfd en behangen worden en zijn alvast die twee kamers klaar.
En dan de gevel en de voordeur en het dak nog.
En dan nog wat afwerking en we zijn er van af. Voor altijd.
Ik had het eerlijk gezegd niet verwacht, een maand of twee geleden, dat het in orde zou komen met den hof. Maar kijk, de bodembedekker doet alvast wat er van hem verwacht wordt. De rechterkant van den hof vanachter komt ook goed, en de linkerkant vanvoor. Nu nog linksachter, waar ik goede hoop heb voor de witte regen (maar ik zie er nog niet veel van), en rechtsvoor, waar de geitenbaard moet uitkomen en de clematissen hopelijk ergens volgend jaar in orde zullen zijn:
Zozozo. De kasten die toegekomen zijn — op de twee kasten die we gaan verzagen om bovenop de andere kasten te monteren — in elkaar gestoken.
En ahem ja. Uit de aard zelf van de kasten kunnen ze niet zelf scheef gemonteerd zijn, want de achterkant is een groot rechthoekig ding dat nu eenmaal niet kan vervormen. En toch:
Links en rechts staan twee kasten van een meter breed, en daartussen twee van 50cm breed. Idealiter zouden alle kasten proper moeten aansluiten en zou er geen ruimte tussen mogen zijn. Maar, van links naar rechts: de eerste kast staat onderaan tegen de muur en bovenaan centimeters ervandaan. De tweede kast staat onderaan links tegen de eerste kast en bovenaan rechts tegen de derde kast, maar bovenaan rechts en onderaan links zitten er enorme gabben tussen.
Nu, de eerste kast, dat kan nog zijn: de links muur is gewoon geplakt maar niet loodrecht of zelfs maar effen gezet. Voor de rest van de kasten ben ik niet zo overtuigd. Normaliter zou de vloer van onze slaapkamer waterpas moeten zijn — maar dat is hij dus duidelijk helemaal niét.
Lastig. Nu gaan we met blokjes en latten en weetikwatnogallemaal moeten werken om die kasten effen te krijgen.
Maar behalve dat: we hebben kasten! Voor het eerst in meer dan twintig jaar hebben we kasten! Hangen onze kleren niet aan een rek stoffig te worden!
Die kast helemaal in het midden komt later in de gang rechttegenover de deur van de badkamer, met in de schuiven al onze handdoeken en alles, en onderaan twee uittrekbare wasmanden. En dan wordt ze in de slaapkamer nog vervangen door een kast van 75cm breed. En dan dus daarboven nog kasten, voor lakens en dekens alles.
Het blijft wat moeilijk te visualiseren, maar pro memorie: het moet dus iets in deze zin worden:
Een helemaal donkere kamer met een goeden plafond. 🙂
Het was een fijne week op het werk. Een groot project is weer in gang geschoten en we zijn weer op dreef aan het komen na een tijdje aan veel lager tempo werken. ’t Is allemaal niet evident van werk, maar dan doet het des te meer deugd als de mensen zeggen dat we het goed gedaan hebben.
Wat ze deze week wel degelijk gedaan hebben, en dat het inderdaad deugd deed.
Waar ik ook zeer content van ben, is dat ik mijn uren niet meer moet bijhouden in Filemaker, maar dat het in een tool kan die daarvoor gemaakt is. Het was misschien maar een half uur of drie kwartier per week, maar het was echt enorm kak om dat elke zondagnacht nog te moeten doen vóór maandagochtend. Nu is het gewoon bijhouden tijdens de week, en dan op het einde van de week zeggen dat de week afgesloten is. Yay!
Ik heb deze week afgesloten met nog een aantal dingen op mijn to do-lijst, maar die zullen dan voor maandag zijn. Of voor de rest van de week. Wat mij nog het meeste tegensteekt, is dat ik mij de arm heb laten omdraaien om een artikel te schrijven.
Ik heb daar dus écht geen goesting in, al is het moeilijkste al gedaan: ik weet ongeveer waar ik over ga schrijven. Nu nog eens vragen hoe lang het precies moet zijn, en dan ergens in de loop van volgende week een outline maken, en dan vrijdag schrijven, denk ik. Bleh.
Ik heb de productie van Mozart’s Zauberflöte in de Munt in 2018 juist gezien op de Tjoetjoeps. Het was zeker schoon, daar niet van. Indrukwekkend schoon zelfs.
Maar hola, alle bindteksten zijn weg! Iemand die niet weet waar het over gaat, snapt er denk ik niets van. En absoluut indrukwekkend, blinde mensen en brandwondenslachtoffers — maar ik kreeg het wat benauwd, zo van “aargh wat doen ze met Mozart?”.
Maar uiteindelijk kwam het allemaal nog goed. Ik vond het einde echt fantastisch goed.
En in het algemeen: een zeer grappige Papageno (Georg Nigl) en een zeer indrukwekkende Koningin van de Nacht (Sabine Devieilhe) en een feilloos orkest. En hoe schattig is Elena Galitskaya als Papagena niet jong?
Dus alla. Kijken, als ge wat tijd over hebt. Het staat tot denk ik eind deze maand online.