Dit jaar doen we met CirQ tijdens de Gentse Feesten niets met computers, integendeel: het wordt iets helemaal analoogs!
We gaan stunts doen! En records verbreken! Een groot feest tien dagen lang met allemaal onverwachte dingen en artiesten en recordpogingen en alles. Alles kan! Wie weet zelfs verbreken we zelfs het wereldrecord Wereldrecords Verbreken!
We hebben al stapels mensen die fantastische dingen kunnen — het wereldrecord bitterballen eten, om maar iets te zeggen, dat kunnen we elke dag verbreken gewoon. Of het wereldrecord draaiende grasmachine balanceren op uw kin! Het Europees record zo ver mogelijk water tussen uw voortanden spuiten! Het wereldrecord grootste croque monsieur (het wordt er één van minstens 20 vierkante meter)!
Maar! We zoeken nog véél mensen met een speciaal talent! Hebt ge de langste nagels van Vlaanderen? Kent ge iemand die in zijn familie de grootste dwerg van Europa heeft? Kan uw nonkel zó goed met een grijpkraan om dat hij er tien soutiens mee open kan doen op een kwartier? Of loopt ge met zotte ideeën rond voor een stunt rond, die niet eens een wereldrecord is maar wel enorm wijs?
Eén adres: [email protected]. Ons team office managers en gerechtsdeurwaarders staat klaar om u op te vangen!
De eerste aflevering van Black Summer stond onlangs op. Die begint met het geluid van een sirene van de civiele bescherming.
Op de internets vind ik terug dat er tegenwoordig één keer per kwartaal een test is, maar ik heb de indruk dat het toen ik klein was, om de zoveel tijd eens was, sirenes. De eerste of tweede donderdag van de maand of zo? Elke maand?
Of misschien was het omdat we naast de luchthaven van Sint-Denijs-Westrem woonden?
Doe uzelf een plezier, koop een stuk of drie kippen bij de beehouwer en oefen het ook eens. Het is in het echt inderdaad maar zo moeilijk als hij het zegt. Life skills, kippen kunnen ontbenen. En als het lukt voor kippen, lukt het voor alle vogels, want die eigenlijk zeer hard op mekaar.
Ze stonden met drie frisgewassen aan mijn voordeur, en of ik even tijd had?
Ik liep in mijn tabbaard rond en ik had op dat moment geen zin in religieuze discussies, maar neen, ‘t waren geen Jehova’s! Het was een afvaardiging van de ecofascisten begot!
Sophie Vanonckelen kwam vanop de zevende opvolgersplaats voor de Kamer reclame maken voor Fourat Ben Chikha, die voor het Vlaams Parlement opkwam. Ze zei dat ze kansloos was tenzij er nog heel veel ongelukken zouden gebeuren, maar dat Fourat op een strijdplaats staat en dat ze het fijn zou vinden als hij in het parlement zou zitten.
Ik zou daar geen bezwaar tegen hebben eigenlijk. Ik denk zelfs dat ik voor die mens gestemd had bij de gemeenteraadsverkiezingen. ‘t Is iemand met het hart op de juiste plaats, en dat is al iéts, tegenwoordig.
Want het wordt serieus moeilijk deze keer, de verkiezingen.
Sophie zei dat Bart De Wever onlangs iets zei dat zij al jaren zegt: dat ze een watermeloen is — groen aan de buitenkant, maar rood vanbinnen.
Dat rood vanbinnen is bij mij zeker waar. Mijn probleem is dat ik de indruk heb dat de sossen tegenwoordig rood aan de buitenkant maar grijs vanbinnen zijn. Of soms flinksig blauw. Of soms geel gelijk in Antwerpen. Of soms ook gewoon leeg vanbinnen. Of dat de rode die vanbuiten en vanbinnen rood zijn, het niet voor het zeggen hebben.
Ik heb ze alvast gemeend succes gewenst, de mannen van Groen.
Ik weet nog niet wat ik ga doen. Maar het wordt moeilijk.
(Dat van die “ecofascisten” was maar om te lachen. Ik zeg het expliciet want een mens moet tegenwoordig oppassen op het internet.)
Er was tijd in het schema op het werk en dus heb ik iets nieuw geleerd.
Als er wireframes en snelle tekeningen van iets interface-achtig gemaakt moeten worden, doe ik dat sinds vorig jaar in Axure. Ik had daarvoor al ongetwijfeld ooit eens Axure open gedaan, maar er echt dingen mee maken? Niet echt.
En nu ben ik daar, al zeg ik het zelf, redelijk goed mee weg, met Axure. Het werkt enorm vlot, eens ge weet waar ge mee bezig zijt, en zelfs al kunt ge er zeer high fidelity mee bezig zijn (op fucking typografie en lijndiktes na, grr, hoe is het mogelijk dat dat zo ongranulair is?) (en op de breindode export na — ik ben uit armoe alles op x2 of x3-resolutie beginnen tekenen).
Ik ken maar één manier om goed te worden in iets van software: er iets in maken dat écht is. Gelijk, niet zomaar wat doodlen, maar een echt project pakken en het daarin proberen maken. En als iets niet lukt, zoeken tot het wél lukt.
Er zijn mensen op het internet die zot zijn van Figma. Ik zag de big fuss niet echt, zo op het eerste gezicht. Het leek norm hard op Sketch, en ik moet van Sketch niet weten — al was het maar omdat het alleen op Mac werkt en ik tegenwoordig niet graag meer op Mac werk.
Een dag later: ghoja. Het heeft zijn nut. Het is geen enorm uitgebreid ding, maar wat het doet, doet het degelijk. Het dwingt u wel bijna in high fidelity en in grafisch ontwerp, wat niet altijd goed is. Ik apprecieer de spartaanse zwartwitheid van wireframes.
Figma is ook niet echt iets waard om interactie mee te prototyperen, en al zeker niet gedetailleerd of complexe interactie. Ruwweg van scherm naar scherm lukt, maar dingen met een aantal verschillende states, dat wordt al tricky. En er zit niets van scripting in. Maar bon, daar werkt een mens dan rond. Uitgeprinte wireframes zijn ook niet interactief.
Wat mij wél zwaar tegensteekt daarentegen, is dat het onmogelijk is om met echte data te werken. Ik heb Adobe XD al een tijd niet meer bekeken, ik heb de indruk dat het wat teleurstellend is blijven steken — telkens ik release notes zag, had ik gelijk het gevoel van “tiens, ik zou gedacht hebben dat dat er al lang zou in gezeten hebben” — maar dit is het soort feature dat mij in 2016 deed opkijken van XD, in de zin van “hey! daar is een fijne tool aan het gemaakt worden!”:
In Axure is natuurlijk vanalles mogelijk met repeaters, waar ge in rijen en kolommen data in steekt, die dan gebruikt kan worden om arrays van items te maken, zoals tabellen of allerlei cards. Geen beelden, dat wel.
Maar in Figma is er helemaal niets. En dus een layout met veel data er een beetje goed uit doen zien, dat is allemaal pijnlijk manueel werk. En als de data verandert, dan is het allemaal manueel gepruts.
Afijn. Ik denk niet dat ik nog veel over Figma moet bijleren. Wat best practices bekijken met collega’s voor organisatie van componentbibliotheken en naamgeving en dergelijke misschien.
En nu hopen dat Framer snel voor PC uitkomt, ze beloven dat nu al meer dan een jaar gedomme. Dan kan ik nog eens een dag (of misschien een paar dagen) aangenaam spenderen met het leren van iets nieuws.
We zaten in Trefpunt en er kwam een Hollandse cameraploeg binnen.
Even later leggen ze alle stil, en deed Guido Lauwaert (de grote Guido Lauwaert, vermoed ik dat ik moet zeggen) een verhaaltje over Drs. P en zijn band met Gent.
Dat zijn dus geen dingen die ge moet doen in Trefpunt om halféén ‘s nachts, een gedicht proberen voordragen in het half-Hollands. En al helemaal niet dit gedicht, wegens echt wel te lang voor de spanningsboog:
J’adore les Fêtes de Gand
Reeds jarenlang pleeg ik u hier te ontmoeten Wij treffen elkander op plein of in zaal En zullen elkander in het Nederlands groeten Dat is hier volkomen normaal Ik pleeg in die taal ook uw stad te bezingen Als openingsnummer van mijn tour de chant Maar dit is een tijdperk van omwentelingen Dus zing ik vandaag over Gand.
Het is niet mijn plan, het u moeilijk te maken Jazeker, linguïstisch bent u heel wat mans U zou nochtans gauw in verwarring geraken Als ik alles deed in het Frans Want wat u niet meebracht is uw dictionaire Men had u niet ingelicht auparavant Maar stel u gerust, dit wordt heus geen mystère Ook niet voor de echte Flamand.
Met graagte mag ik in uw stad arriveren Ik stap uit de trein en je tire mon plan Indien het mooi weer is, ga ik wat flaneren Genietend van uw monuments En een attraction stijgt me steeds à la tête Die zuivert mijn bloed en verhoogt mijn élan Bien sûr et sans blague, ik spreek van de Fêtes De jaarlijkse Fêtes de Gand Let op, attention, ik herhaal, je répète J’adore des Fêtes de Gand.
Er waren ook nog een aantal mensen aanwezig van denk ik een optreden ervoor, van het type Oudere Jongere Met AC/DC-t-shirt, en één daarvan was zowaar helemaal nijdig op de Hollanders, mé al dienen deij. Deurengesla en gevloek!
Leve de huwelijksakten van de jaren 1840 in Lembeke! Daar staat meer in dan een mens ooit zou verwachten, hoera!
Maar soms maken ze het wel ingewikkeld, als het allemaal in één lange tekst is in plaats van in een diagram. Neem het huwelijk van Pieter Bernard Van de Rostijne en Marie Therese De Buck:
Voor wie het niet zo goed kan lezen:
Het Jaer achtienhonderveertig den Veertienden February […] voor ons Joannes Desmet […] zijn gekomen Pieter Bernard Van de Rostijne, kleermaker, wonende en geboren alhier den tweeentwintigsten dag der maend Nivose Jaer negen der fransche republiek, voldaen hebbende aan de wet op de nationale militie, meerderjarigen zoon van Pieter Francies en van Joanne Marie Brauwers, vaderlijken kleinzoon van Jan Van de rostijne en van Marie anne Monnaers, alle vier respektievelijk alhier overleden, den tweeden Mey achtienhonderd en acht, twintigsten January achtienhonderd een en twintig, zevenden september zeventien honderd zeven en zeventig & negentienden maert achtienhonderd vijftien en moederlijken kleinzoon van Joannes Baptiste en van Catherine Depoortere beide ook overleden zoo blijkt uit den doodakt zijns moeders & weduwenaar van Marie Caroline Poppe ook alhier overleden den acht en twintigsten november achtienhonderd negen en dertig & Marie Therese De Buck dienstmeid wonende en geboren alhier den Vierden september achtienhonderd dertien, meerderjarige jongedochter van Jan Francies overleden te Wondelgem den zeven en twintigsten Mey achtienhonderd acht en dertig, blijkens extrakt daervan afgeleverd door den ambtenaar van den burgerstand van aldaer de dato negen en twintigsten january laetsleden en van Joanne Marie De Wever alhier overleden den een en twintigsten Mey achtienhonderd dertig, welke comparante de akten van overlijdens zijns grootouders niet kunnende overleggen onder ede in onze handen ontloken heeft bevestigs dat de plaets huns overlijden en die huns laetste woon haer onbekend zijn, tenandere […]
Zeer zeer fijn, al die gegevens in één dink. Maar met een beetje diagram toch wel duidelijker begrijpbaar:
En geheel naast de data: zijn vrouw sterft op 28 november, en minder dan drie maand later hetrouwt hij. Met een 26 jaar jongere vrouw. Ahem ja.
Ik heb toch wel even gezweet. Gisteren had ik een fout gevonden, maar ik dacht dat het allemaal zo erg niet was.
En toen ik wat verder nakeek, was de fout eigenlijk al veel en veel ouder dan gisteren. En dan nog in de rechtstreekse lijn van voorouders, niet in een zijtak van een zijtak of zoiets, en relatief zeer dichtbij: ik had voor de grootmoeder van mijn grootvader een verkeerde vader staan.
Ack.
Niet goed.
Ik was gelukkig nog niet zo lang met die Van De Rostijnes en hun voorouders bezig, dus da’s nog iets. Maar ik had er wel al een hele stapel staan. Dit is wat er veranderd is sinds wat ik vorige week had:
Ik was vorige keer zo blij dat ik een Hippolyte Van De Rostijne gevonden had, die een broer kon zijn van Philomena Van De Rostijne, en toen bleek dat ik hun ouders door elkaar geslaan had, maar vandaag —suprise!— bleek dat ik het wel degelijk broer en zus was. En nu begrijp ik niet hoe ik ooit de ouders van Philomena Van De Rostijne fout heb kunnen hebben gehad. Want het stond echt wel redelijk duidelijk in de akte:
Ah well.
Ik heb nu ook maar weer één keer kwartierherhaling in plaats van drie keer.
En ik kan op zoek naar voorouders met de namen De Buck en Brauwer. Dat wordt ongetwijfeld leutig. 🙂
Oh! En waar Judocus Van De Rostijne (niet meer mijn voorouder!) een saaie wever was, is zijn broer Petrus zowaar garde champêtre. Ik heb een champetter als voorouder!
Gracht, kassei, sofa: kinderen weten niet meer wat het is – De Standaard ‘Veel toekomstige leerkrachten hebben vandaag moeite met eenvoudige rekensommen en taal’, zegt Anita Wuestenberg, een gepensioneerde onderwijzeres die lange tijd betrokken was bij de lerarenopleiding voor het basisonderwijs. ‘Toen ik vroeg welke jeugdboeken ze kenden, antwoordden ze alleen met boekjes van Studio 100. De namen Bart Moeyaert of zelfs Jan Terlouw vielen zelden of nooit.’
Warum Personas oft nicht funktionieren | W&V Das Problem mit Personas? Ihr Erfinder Alan Cooper führte Interviews mit echten Menschen, um deren Bedürfnisse und Ausgangsbasis kennenzulernen und daraus Personas für seine Softwareentwicklung zu generieren. Unser eingangs vorgestellter Robert hingegen, basiert nicht auf Interviews. Stattdessen ist er die visualisierte und ausgeschmückte Personifizierung einer Personengruppe, die im stillen Kämmerlein erdacht wurde. Irgendwo auf dem Weg von Alan Coopers Ansatz zu der heutigen Persona-Nutzung ist etwas verloren gegangen: Die Grundlage einer Persona, Gespräche mit mehreren, echten Menschen. Cooper empfahl zehn bis zwölf Interviews.
How the UK lost the Brexit battle – POLITICO The European Union set the train in motion before the result of the Brexit referendum had even been announced. It was at 6:22 a.m. on June 24, 2016 — 59 minutes before the official tally was unveiled — that the European Council sent its first “lines to take” to the national governments that make up the EU. The United Kingdom was leaving the European Union and Brussels was determined to seize control of the process.
Het is vrijdag, ik zit alleen thuis (de vrouw is op de lappen met vriendinnen), wat doet een mens dan?
Juist, de archiefdozen op het interwebs nog eens opentrekken om te zien of ik nog verre familie kan vinden.
Ik was mijn backlog aan Van De Rostijnes aan het documenteren. Dat wil dan zeggen dat ik voor alle mensen waarvan ik min of meer weet wanneer ze zouden kunnen geboren of overleden of getrouwd zijn, ergens een primaire bron ga opzoeken (parochieregister of akte van de burgerlijke stand), dat ik daar een screenshot van neem of dat ik ze download en ze een naam geef.
Een klein stukje van de oogst van vandaag:
En dan per akte ga ik alles na dat er in staat — bijvoorbeeld naam van een persoon, geboortedatum, naam en leeftijd en woonplaats en soms beroep van de ouders, naam en soms leeftijd en beroep van peter en meter — en voeg ik die aan mijn database toe.
Zo ziet bijvoorbeeld de overgrootvader van mijn grootvader er uit:
Ik heb een afbeelding (voor de mensen waar ik geen foto of schilderij of standbeeld van heb, zet ik de handtekening als ik ze kan vinden), een naam, en dan een aantal gebeurtenissen: een geboorte op 16 Nivôse VII en een andere “ergens in 1801” (die andere is afgeleid van een overlijdensakte in 1869 waar hij 68 jaar oud was), een beroep van kleermaker in 1841 (bij de geboorte van zijn dochter), een beroep van lijnwaarwever in 1846 (bij zijn overlijden), en dan opnieuw een beroep van kleermaker in 1869 (bij de geboorte van zijn zoon).
En voor alle beweringen die ik toevoeg aan mijn database, voeg ik een citaat toe dat verwijst naar een bron toe die verwijst naar het document dat ik gedownload heb, zodat ik preciés kan terugvinden waarom ik bijvoorbeeld zeker weet dat Bernardus Francies Van De Rostijne in 1846 lijnwaadwever was, zelfs als is dat een beetje raar dat iemand van kleermaker naar wever en terug naar kleermaker gaat.
Euh ja. Inderdaad: op de één of andere manier heb ik iemand die overleden is op 47 jaar en nog een zoon heeft gehad op zijn 69ste.
Kak. Iet es verkeers.
Als ik de bronnen er op nakijk, heb ik Bernard Francies Van De Rostijne (geboren 1800) en gehuwd met Marie Therese De Backer, verward met Pieter Bernard Van De Rostijne (geboren 1801) en gehuwd met Marie Therese De Buck.
Dat wordt dus ontwarren, morgen.
(Maar beeld u in dat ik dit ergens op een database op het internet had gezet: hoe veel mensen zouden die foute gegevens zonder nakijken overgenomen hebben? Ik moet er niet aan denken.)
Op het werk was er vandaag een bezoek bij een Oude Ontwikkelaar. In leeftijd en in ervaring en in wijsheid en alles.
Maar zo leutig. Op een bepaald moment ging het over fat clients en thin clients, en kregen we iets te zien dat er wel serieus indrukwekkend uitzag. “Gewoon een Dijkstra-algoritme met wat heuristiek erbovenop”, zei de mens, maar het was écht zeer indrukwekkend. Het was er aan te zien dat hij er trots op was, en met recht en rede. Wat we zagen, was iets waar sommige mensen die we de afgelopen paar weken gezien hebben een arm en een been voor zouden geven.
Maar dat zou niet zó eenvoudig zijn, blijkbaar. Ik had een vermoeden: “fat client?”
Yup, zo bleek. “Very fat client”, zelfs. Want ook dat was indrukwekkend: het was gewoon de hele server en de hele database in de client getrokken, op een werkstation met obsceen veel geheugen en afgriebelijk veel cores. Niet iets dat rap eventjes met wat calls over en weer te doen is, dus. 🙂
Maar voor de rest wel een enorm fijn bezoek aan die mens. Dingen waarvan ik dacht “dat gaat in geen tien jaar doenbaar zijn” blijken eigenlijk gedeployed te zijn maar niemand weet ervan, dat soort dingen. Hoezee!
Maandag 4 februari: de dag dat ik thuiskwam van het werk en dat mijn stokoude elektrische fiets niet meer in gang schoot.
Vandaag is het 4 april, en kijk nu: de derde maand dat mijn fiets bij de reparateur is, gaat in.
De vervangfiets die ik gekregen had, is een maand geleden al kapot gegaan: ik rijd ondertussen al een maand met een antieke ding waarvan het spatbord los staat wegens doorgeroest, en met in het groot VERVANGFIETS erop.
Hoera! Ik ben voor het eerst in gelijk 35 jaar genealogie en zoeken en dingen een geval van kwartierherhaling tegengekomen!
Mijn, erm even natellen, oudbetovergrootvader, ‘t is te zeggen de vader van de vader van de vader van de vader van de moeder van de vader van mijn moeder, die is getrouwd met zijn achternicht:
Het is niets speciaals of zo, maar ik vond het wel wijs, dat ik dat nu ook eens in mijn stamboom heb. ‘t Is eigenlijk ongelooflijk hoe dit pas de eerste keer is, met de lage mobiliteit van sommige van mijn voorouders.
Van deze tak, de Van De Rostijnes, had ik tot deze ochtend trouwens bijna niets staan; het eindigde bij Judocus Van De Rostijne (1766-1800), de zoon van Joannes Baptista Van De Rostijne hierboven. In de vroege namiddag had ik zés generaties bij, na wat uitvlooien van de parochieregisteres van Lembeke.
En daar eindigde het niet. Verre van. Mensen van Lembeke, zo bleek, die worden geboren in Lembeke, die trouwen met mensen uit Lembeke, die krijgen kinders in Lembeke en die sterven in Lembeke. En dat betekende dat ik na een paar uur zoeken onder meer dit had van stamboom voor de kleinzoon van Joannes Baptista Van De Rostijne hierboven:
Ik zeg “onder meer”, want ik heb wel degelijk voorouders die verder terug gaan en ik heb ook broers en zusters (zo. veel. broers. en. zusters.) — maar kijk eens aandachtig naar de grafiek hierboven, en ziet!
Judocus Van De Rostijne (1765-1836) is niet alleen de echtgenoot van Petronelle Verweire (1766), hij is ook een neef in de derde graad van haar (gemeenschappelijke voorouders Arnold Teirlinck en Livina Van Bambossche) en een neef in de vierde graad (gemeenschappelijke voorouders Christoffel Van Bambossche en Livina Betsens). Dat komt dus boven het feit dat zijn grootvader al getrouwd was met zijn achternicht.
En in de praktijk betekent dat dat waar ik en gij (enfin, veronderstel ik toch) op zeven generaties een stamboom hebben die er zó uitziet, met vierenzestig oudovergrootouders:
…dat mijn voorouder Bernardus Francies Van De Rostijne een boom heeft die er zó uitziet, met maar 56 oudovergrootouders:
Écht inteelt is het niet, maar toch: van nog nooit meegemaakt in mijn familie naar drie keer op één dag, ha!
En een productieve dag als het op naar boven klimmen aankwam — ik ben in vergelijking met deze morgen zowaar negen generaties verder: Eloy Standaert is de vader van Georgius Standaert, vader van Joannes Standaert, vader van Symoen Standaert, vader van Joannes Standaert, vader van Maria Standaert, moeder van Livinus De Causmaecker, vader van Maria De Causmaecker, moeder van Martinus Van Slehaeghe, vader van Andresina Van Slehaeghe, moeder van Petronella Verweire.
Die de vrouw is van Judocus Van De Rostijne die ik vóór vandaag al had, die de vader is van Bernardus Francies Van de Rostijne, vader van Philomena Van De Rostijne, moeder van Lodewijk Jozef Waegenaer, die de vader van mijn grootvader was.
Als ik het op een waaierdiagram zet van elf generaties vanaf mij, voor alleen die kant van de familie, is het redelijk indrukwekkend wat er bijgekomen is (klik voor detail):
Om dus nog niet te spreken van al die stapels en stapels broers en zusters. 🙂