Alsof het niet genoeg was om in één huis verbouwingen te hebben, doen we er nog een tweede bij. De kinderen hebben samen een huis(je) en daar moet ook in gewerkt worden.
Toiletten en douches uitbreken en herplaatsen, een keuken zetten, afwatering en terrastegels, isolering en pleisterwerk: pff.
Maar mogelijk gebeurt dat al binnen zeer kort. Dus da’s dan wel goed.
Een verademing in vergelijking met het vorige boek. Ook geschreven in de jaren-1970, ook terug in de tijd reizen door middel van zelfhypnose, maar een wereld van verschil.
Hier is het een schimmige overheidsinstelling die tijdreizen wil in gang sleuren om er dan mogelijk iets mee te doen. De methode: personen zoeken met de juiste eigenschappen, die in een omgeving brengen die zoveel mogelijk lijkt op een omgeving van vroeger, en dan door middel van autosuggestie en (zelf)hypnose op de één of andere manier in de andere tijd terechtkomen.
Si Morley is zo’n persoon die precies de juiste eigenschappen heeft. Zijn bestemming: New York in 1882. De manier om er te geraken: het Dakota, dat er nu precies uitziet zoals het er in de 19de eeuw uitzag, en nog belangrijker: dat ook nog eens hetzelfde uitzicht heeft, te weten Central Park.
Morley gaat naar het verleden, shenanigans ensue. Degelijk boek, degelijk einde. Goed geschreven. Spannend, ook.
Ik ga het vervolg niét lezen, het schijnt niet goed te zijn.
Somewhere in Time is the powerful story of a love that transcends time and space, written by one of the Grand Masters of modern fantasy.
Matheson’s classic novel tells the moving, romantic story of a modern man whose love for a woman he has never met draws him back in time to a luxury hotel in San Diego in 1896, where he finds his soul mate in the form of a celebrated actress of the previous century. Somewhere in Time won the World Fantasy Award for Best Novel, and the 1980 movie version, starring Christopher Reeve and Jane Seymour, remains a cult classic whose fans continue to hold yearly conventions to this day.
Ik had mij voorgenomen om een paar boeken over tijdreizen te lezen, en van de boeken over het thema die ik nog niet gelezen had (ik moest al een eind naar beneden scrollen), stond dit relatief hoog, en meer dan de blurb hierboven had ik niet nodig.
Het begint relatief OK, met een raamvertelselken van de broer van het hoofdpersonage, dat te horen krijgt dat hij ongeneeslijk ziek is en besluit de wereld in te trekken in plaats van in een hospitaalbed te gaan liggen. Hij komt toevalligerwijs terecht in een hotel, waar hij verliefd wordt op een vrouw in een foto.
De manier om naar het verleden te reizen blijkt zelfhypnose te zijn. Tja.
En dan komt hij toe in het verleden, ziet de vrouw in kwestie op het strand, en blijkt dat een zigeuneres haar voorspeld had dat ze op het strand haar ware geliefde zou tegenkomen. Tja.
Ze spenderen een namiddag en een nacht samen, en ik geloof geen halve regel dat dit echte mensen zijn: zij is de meest perfecte vrouw ooit, hij is een creep met het uitzicht van een mannelijk model. Ik vond het allemaal zeer vies.
Haar leven verandert helemaal na deze ontmoeting, weet hij. Van gewoon actrice wordt ze superster, maar ze trekt zich wel terug van menselijk contact.
Na die ene nacht wordt hij ontvoerd, wat niet zo erg blijkt te zijn, maar dan ziet hij plots een muntstuk van zijn eigen tijd, en hopla katapult terug.
Einde verhaal.
Wat een kul. Matheson zelf vond het blijkbaar wél goed. I am Legend it ain’t.
De derde wet van Clarke zegt dat any sufficiently advanced technology is indistinguishable from magic. Dit boek is een charmante vertelling rond dat concept.
Situatie: ergens in de toekomst, nadat er een diaspora is geweest van mensen op allerlei verschillende planeten, waar ze geëvolueerd zijn (vaak na genetische manipulatie), waar de biosfeer geterraformed is maar ook gehybridiseerd met eventueel lokale fauna en flora.
Vele eeuwen na geen contact gehad te hebben met de rest van de mensheid, komen onderzoekers kijken wat er eigenlijk allemaal gebeurt. Misschien wel overal, maar zeker op de planeet waar het verhaal zich afspeelt. Waar de mensen bijna helemaal ontechnologisch geworden zijn — echo’s van Dragonriders of Pern, hohoho spoilers — terwijl de main line mensen technologisch zó ver geëvolueerd zijn dat ze als magiërs lijken.
Het verhaal speelt zich af een paar generatie na het laatste contact van de laatst overgebleven onderzoeker met een voorouder van Lynesse, de Vierde Dochter van de koningin. Die onderzoeker — een tovenaar volgens de overleveringen — had de toenmalige koningin geholpen als een Schlechterik de wachtwoorden van een paar drones had gevonden of zo, gezegd dat haar nazaten altijd bij hem terecht konden, en was dan in cryogenische slaap gegaan.
Nu is er een soort pest of plaag die van mensen en dieren zombie-achtige wezens maakt, en Lynesse besluit de oude overeenkomst in te roepen. Zonder dat ze dat aan haar moeder zegt, of eigenlijk wie dan ook, want niemand schijnt de ernst van de situatie in te zien.
Charmant verhaaltje. Schoon. Leek vreemd genoeg langer dan het vorige Tchaikovskyboek dat ik las.
Het raakt mij meer dan ik had verwacht, dat Jan Terlouw overleden is. Koning van Katoren en Oosterschelde, windkracht 10, en Oorlogswinter en Pjotr. Samen met (in het Nederlands) Thea Beckman en (in het Frans) de Bob Morane-boeken en Edgar Rice Burroughs’ Tarzan– en Barsoomboeken en de kleine blauwe hardcovers van Jules Verne in mijn geheugen gegrift.
Ik vraag mij af of Terlouws boeken die ik al meer dan veertig jaar geleden gelezen heb, overeind blijven. Ik dénk dat ik ze liever laat zoals ze in mijn hoofd zitten.
Ik vraag mij ook af of kinderen tegenwoordig nog boeken van Terlouw of Beckman lezen. Of ze niet hopeloos verouderd zijn.
Het is een nieuw boek van Tchaikovsky, en dus lees ik dat dan maar. Veel ingewikkelder moet een beslissingsproces soms niet zijn. In tegenstelling tot sommigen lijkt de man sneller dan zijn schaduw te schrijven, en in tegenstelling tot sommige anderen die ook snel schrijven duikt de kwaliteit niet stijl naar beneden bij elk nieuw boek.
Zeer eenvoudig verhaal: in een toekomst waar de Aarde al lang om zeep is en bedrijven de baas zijn en de nabije omgeving van de Aarde al leeggemijnd en ook kapotgemaakt hebben, worden ruimteschepen de melkweg ingestuurd. Niet voor Star Trekachtige ontdekkingen of zelfs maar voor Lebensraum, maar gewoon voor Winst. Waarbij mensen ook maar radertjes zijn in de machine.
Komt een schip aan in de buurt van een gasplaneet in een zonnestelsel ergens, en blijkt dat er rond die planeet een maan draait die een kakofonie van radiosignalen uitstuurt. Maar gelijk voortdurend en oorverdovend luid.
Er is een klein teampje dat zijn best doet om kop of staart te vinden aan de signalen, maar dat lukt niet echt. Drones sturen naar de planeet/maan lukt, half. Er worden signalen opgenomen en wat beelden (er komt geen licht op de boden van de atmosfeer, zo evident was dat niet). Corporate besluit dat het misschien wie weet wellicht wel leven is, maar zo belangrijk is dat ook niet — hopsakee beginnen met de exploitatie van de grondstoffen!
En dan gebeurt er een accident, en storten twee teams neer op de maan. Ze kunnen aan niemand laten weten dat ze er zijn wegens teveel radiosignalen om naar buiten de atmosfeer te communiceren, en één team komt redelijk snel schielijk aan zijn einde als ze opgevreten worden.
Blijft het andere team over. Dat als enig plan heeft: zowat de hele planeet rondstappen tot aan de andere kant, waar ze een ruimtelift hadden gebouwd. Daarbij worden ze op mysterieuze wijze geholpen, lijkt het, zou het kunnen, is het wel zeker, denken ze toch, door de wezens die de hele planeet vullen. En die tegelijk totaal ondoordringbaar en onbereikbaar blijven, maar ook vreemd genoeg enorm vindingrijk lijken te zijn.
Degelijk verhaal, dat vele keren sneller las dan de bijna 500 pagina’s die het zijn. Met een erg typisch Tchaikovsky-einde. Zeer goed, vond ik.
Op het einde van boek twee is het geen happy end: Locke en zijn maat Jean dachten dat ze de grootste slag van hun leven gingen slaan, maar om allerlei redenen valt dat redelijk hard in het water. En ligt Locke zowaar op sterven — tot ze een aanbod krijgen dat ze wel moeten aanvaarden. Al was het maar omdat het de enige kans is om zijn leven te redden.
De opdracht: een verkiezing winnen. Spin doctors worden voor één van de twee facties in de stad, die als een soort bezigheidstherapie om de zoveel jaar een verkiezing houden om nominaal baas te worden van een stad waar eigenlijk Bondsmages het allemaal voor het zeggen hebben.
En dan blijkt dat de tegenpartij Locke’s oude liefde, Sabetha, onder de arm heeft genomen.
Opnieuw meer dan één verhaal tegelijk: de verkiezingsstrijd, maar ook van die keer dat ze lang geleden met de hele troep die grotendeels nog bestond in boek één op een soort theaterstage gestuurd werden, en er ook allerlei shenanigans gebeurden.
Onthullingen allerhande ook in dit boek, onder meer over wie Locke Lamora echt is.
Ik was helemaal mee met het boek. Ik had op de één of andere manier in mijn hoofd gestoken dat er nog een boek gepubliceerd was in de reeks, maar neen. Het volgende boek moet nog gepubliceerd worden. En dan nóg minstens één. Dammit.
Scott Lynch zat jarenlang met een depressie tijdens het schrijven van dit boek. Dat maakt het begin ervan — waar Locke Lamora ook in die situatie zit — en zijn gedrag in eigenlijk een zeer groot deel van het boek op de één of andere manier aangrijpender. Maar het verontschuldigt het eindigen op een cliffhanger en al meer dan tien jaar lang geen vervolg geschreven hebben nog altijd niet.
Professor Clara Sousa-Silva presents “Alien Life, and How to Find It”. Over the last few decades, scientists have found thousands of planets beyond our own. Some of those planets might be habitable, and perhaps even inhabited already; but how can we tell? Clara Sousa-Silva looks for signs of life on other planets using astronomical tools to detect faint signals emitted by potential alien biospheres. In this presentation, Clara draws on her experience investigating strange molecules on strange planets, and her efforts to answer the question: “Would we know life if we saw it?”
Professor Sousa-Silva is a quantum astrochemist and molecular astrophysicist. She investigates how molecules interact with light so that they can be detected on faraway worlds. She is currently an assistant professor at Bard College (US) and a Researcher at the Institute of Astrophysics and Space Sciences (Portugal).
The major categories of visible life on Earth have been pretty much settled for centuries. But it wasn’t until the 1980s that scientists found “intraterrestrials” — microscopic organisms living in what the biogeochemist David Valentine calls a “microbial purgatory deep below the Earth’s surface.” Soon followed by other revelations of life inside Earth’s crust, these discoveries revealed that we had been missing major branches on the tree of life. Indeed, these microbes proved that our assumptions about the boundaries of life were wrong — and wildly so.
Wat een fantastisch verhaal — William Robert Stanek probeert de hele wereld al decenia lang te doen geloven dat hij een beroemde schrijver is. Wat hij dus niet ius. Maar hij blijft het wel zeggen, en boeken produceren.
In 2019, Quanta reported on a then-groundbreaking NLP system called BERT without once using the phrase “large language model.” A mere five and a half years later, LLMs are everywhere, igniting discovery, disruption and debate in whatever scientific community they touch. But the one they touched first — for better, worse and everything in between — was natural language processing. What did that impact feel like to the people experiencing it firsthand?
Drying droplets have fascinated scientists for decades. From water to coffee to paint, these everyday fluids leave behind intricate patterns as they evaporate. But blood is far more complex—a colloidal suspension packed with red blood cells, plasma proteins, salts, and countless biomolecules.
As blood dries, it leaves behind a complex microstructural pattern—cracks, rings, and folds—each shaped by the interplay of its cellular components, proteins, and evaporation dynamics. These features form a kind of physical fingerprint, quietly recording the complex interplay of physics that unfolded during the desiccation of the droplet.
De afgelopen twee dagen was het gene vetten, wat slaap betrof:
Ik had een voucher gekregen voor een hotel in de buurt van de vlieghaven. Ik ben naar mijn kamer gegaan, ik heb mij in mijn bed gelegd, en ineens beseft dat ik een Medisch Implement ontbrak om echt te kunnen slapen. Waardoor ik een uur of twee min of meer gedommeld heb, en dan maar aangezet ben naar de terminal.
Waar het een heel gedoe was:
geen inchecken mogelijk via de website van Finnair omdat ik een nieuwe vlucht kreeg en ik daar niet naartoe kon gaan
dus naar een balie gegaan om in te checken
wat niet lukte, ik moest naar een speciale balie voor speciale gevallen
waar ik dan een uitgeprinte boarding pass kreeg, met veel geluk, want de vlieger zat bijna vol
ik dan half uitgekleed door de controle, waar ze mij tegengehouden hebben omdat er een paar kleine kleine potjes confituur in mijn handbagage zaten — die ze in Tatu nota bene zonder enig probleem aanvaard hadden
ik dus terug naar de check-in om mijn rugzak als gewone bagage in te checken, maar dat ging niet want geen valies
dus ik moest naar de specialeformatenbalie, waar mensen met enorme kisten normaal naartoe worden verwezen, en waar ze mijn rugzak in een plastieken kuip gesmeten hebben
nadat ik verplicht werd alle zes potjes confituur individueel in een kledingstuk te draaien
Zucht.
Enfin, uiteindelijk nog een uur of drie zitten wachten om te boarden, en dan een uur of twee in het vliegtuig — nog wel goed, want ik zat aan een uitgang met gelijk drie meter beenruimte.
En dan meer dan een uur om mijn rugzak van de bagagerups terug te krijgen. En dan nog een half uur wachten op de trein, en dan rechtstreeks naar een korte statusmeeting aan het station in Gent, en dan naar huis om verse kleren aan te trekken en dan naar het werk om vergaderingen te doen en nu is het 17u30 en zou ik naar de cinema kunnen gaan met Sandra en twee van de kinders, maar ik zit met Medische Gevolgen van niet genoeg gedronken te hebben de laatste 24 uur, en dus zal het maar in bed liggen worden.
Ik was een beetje ongerust over het mysterie met Finnair, dus ben ik méér dan op tijd naar de luchthaven vertrokken. Lang verhaal kort: geen enkele mail gekregen over inchecken, maar als ik daar zat toch nog eens geklikt op de incheckmail van twee weken geleden en hey presto, wat gisteren niets deed, werkte vandaag wel: ik was gewoon proper ingecheckt. Behalve dat de vlieger kapot bleek te zijn, waardoor ik daar heel letterlijk vijfuur heb zitten wachten tot er een wel werkend exemplaar op de tarmac stond.
En dan stond ik een uur later in Helsinki, maar was dmer geen aansluiting meer naar Brussel en dus slaap ik vanavond in een hotel op kosten van Finnair.
Terugreis morgen wordt spannend: ik heb extra moeten betalen voor de zitplaatsen, bevestiging gekregen dat de betaling in orde is, maar krijg nu ineens een mail om geld te betalen wegens mislukte betaling.
Nee, geen phishing. Link gaat naar Klarna/Adyen. Daar zie ik in mijn account dat ik betaald heb op 30/4, maar dat ze mijn betaling nu binnen 2 Ã 3 dagen gaan terugstorten.
Maar de mail zegt dat ik moet betalen om in te kunnen checken.
Als ik probeer te betalen met Klarna, zegt die dat het niet lukt omdat ik zogezegd onbetaalde rekeningen open heb staan (quod non).
Ik dubbelcheck op mijn Klarna-accountpagina — yep, “sit back and relax, nothing to pay”:
Dan maar manueel, rechtstreeks betalen met mijn kredietkaart? Ah nee, dan zegt de bankapp van Belfius dat er een orchestrator signature verificationfout is.
Enfin, ik zal morgen maar een uurtje vroeger naar de vlieghaven gaan zeker?
Eerst dacht ik naar Tallinn te gaan, maar omdat dat toch allemaal gedoe is en lang onderweg zijn met openbaar vervoer dat ik niet ken, om daar dan maar eventjes te zijn, had ik de executive decision gemaakt om de dag in bed door te brengen.
Dat was al mislukt van ’s morgens vroeg wegens dat ik me herinnerde dat ik beloofd had om een korte rondleiding van het ontbijtbuffet te filmen, en dat ik dus wel moest naar beneden gaan.
(Echt wel heel lekker ontbijt, Hotel Soho is absoluut een aanrader voor al wie ooit naar Tartu gaat.)
Na het ontbijt dacht ik alsnog in mijn bed te liggen vegeteren, maar ik moest nog iets van souvenir meenemen, dus ik dacht, ik ga naar de souvenirwinkel aan de overkant van de straat.
En dan was ik toch buiten, en dacht ik ergens in een park mijn boek verder te lezen. Maar wat bleek? Op weg naar het park waar ik ging zitten — niet het park op Toomemägi, maar het park aan de andere kant van het plein van het stadhuis — bleek dat begot heel het plein vol met standjes stond. En de straten richting Kaubamaja ook.
Eten en kleren en houtsnijwerk en drank en allerlei, zo wijs! Ik denk ook dat er hier geen stuk vlees is dat ze tegenkomen dat ze niet proberen roken.
Ook stapels te doen voor kinders, wat wel wijs leek.
Ik heb wat gerief gekocht, wat rondgelopen, wat drank gekocht in de winkel, hard gezocht naar een geldautomaat voor ik besefte dat ik er geen zou vinden behalve die in de buurt, en dan twee keer naar die ene geldautomaat moeten terugkeren om geld bij te tanken.
En dan was het even genoeg mensen gezien. Plan B engaged: ik heb nog drie flessen drank + 3 blikjes te drinken. En een boek te lezen. En een zetel die moeten bezeten worden en een bed dat moet beslaapt worden.
Laatste dag van het uitwisselingsprogramma, in het wel zeer fijne gebouw van de computerwetenschappen en wiskunde en economie en bedrijfskunde, dat ze delen met een reeks bedrijven waar ze dan ook mee samenwerken.
Ook bijzonder fijne accomodaties voor studenten en voor personeel — al ben ik niet zeker dat een sauna voor 20 man bij ons een goed idee zou zijn. En een klein maar fijn computermuseum ook!
In de namiddag was er een picknick in de plantentuin voorzien, maar toen begon het te regenen en hebben we dus maar binnen gegeten.
Ik had samen met Sandra al een groot deel gezien, maar blijkbaar lang niet alles, en al helemaal niet de drie verdiepingen hoge serres binnen.
Buiten was er ook nog een keer hetzelfde extra van wat ik al gezien had.
En dan was het tijd voor diploma’s en getuigschriften en waren we nog maar met vijf en zijn we gaan eten en was het meer dan zeer aangenaam.
Ach ach. Het zat er een beetje aan te komen: een stad waar het allemaal op en neer is en redelijk wat kasseien, dat is niet goed als ge quasi geen meniscus meer hebt. Ik heb het de helenm dag uitgehouden, maar de trip de berg op in de namiddag heeft de knie genekt.
Spijtig, want het was Carmina Burana vanavond en orkest en al.
Het is dus gebleven bij een uiteenzetting over Continued Education — indrukwekkend zowel in Tartu als aan de Universiteit van Bern (all zijn de prijzen daar echt wel om van omver te vallen).
Ook een heel specifiek aanbod voor derde leeftijd, en veelnmoeite in lerarenopleiding en bijscholing, en dan misschien wel het meest indrukwekkend: de manier waarop met jeugd opgegaan wordt in Estland. Olympiades van vanalles van wiskunde tot geschiedenis, massaal online quizzen, een populair tv-programma om technologie te promoten, allerlei.
Dat is alles samen dus serieus investeren in echt gemeend Levenslang leren.
Oh en ook lekker gegeten. De organisatie hier is bijzonder zeer goed.
Ik heb mij herpakt: zowaar sociaal geweest vandaag en gaan eten mensen!
In een of all things Duits restaurant. Alwaar ik een Schweineshaxe met Bayernkohl en Kartoffelknödel heb gegeten, twee halve liters bier en twee schnappsen en een onnoemelijk grote portie Kaiserschmarrn heb binnengewerkt.