• Een USB-stick van twee terabyte!

    Ik heb, zuiver voor de leute, eens zo’n USB-stick van 2 TB gekocht. Het heeft mij 6 euro gekost, met gratis verzending, ergens ik weet niet waar in de wereld.

    Natuurlijk staat er geen 2 terabyte op zo’n USB-stick — het zou me al verbazen als er 2 gigabyte op staat. Maar sinsdien zie ik overal op de interwebs varianten op dit:

    retargeting

    Maar echt serieus. Hoe flagrant slechter kan retargeting zijn?

    Bij Zalando is het al erg, maar dit slaat echt alles.

  • Auw

    Ik ben altijd content als ik nog eens ergens pijn heb.

    Niet omdat ik graag pijn heb, maar omdat ik dan weer weet hoe enorm veel geluk ik heb als ik minder pijn heb.

    Geen pijn zit er niet zo hard meer in, maar minder pijn wel. Ik heb van die chronische rugpijn, maar in vergelijking met vandaag — acute stijve nek, stijve rug, stijve onderrug — valt dat allemaal nog wel mee.

    Nu gewoon hopen dat het zo rap mogelijk over gaat.

  • Sinkeklaas

    Op de fiets door de stad. Achteraan bij mij zit A (4 j), ergens voor, achter of naast mij op een minifietsje rijdt Z (net 5 j).

    Allebei op volume 12:

    zwarte piet! wiedewiedewiet! ik hoor u wel maar ik zie u niet!
    zwarte piet! wiedewiedewiet! ik hoor u wel maar ik zie u niet!
    ZWARTE piet! wiedewiedeWIET! ik hoor u wel maar ik zie u NIET!
    ZWARTE piet! wiedewiedeWIET! ik hoor u wel maar ik zie u NIET!

    ZWAR! TE PIET! WIE! DE! WIE! DE! WIET! ik hoor u WEL! maar ik ZIE! u NIET!
    ZWAR! TE! PIET! WIE! DE! WIE! DE! WIET! ik HOOR! u WEL! maar ik ZIE! u NIET!
    ZWAR! TE! PIET!!! WIEDEWIEDE WIET!!!!!! IK HOOR U WEL!!!! MAAR!!! IK ZIE! U!!!! NIET!!!!!

    Dat is dus, ter informatie, zeer, zéér luid, in de quasi-lege middelleeuwse straten van de binnenstad.

    Thuisgekomen, eerste vraag — allereerste vraag, elke dag, elke keer: “Maar ik heb honger. Wanneer eten wij?” Dat is dus om 17u30, met in de loop van de dag drie dikke boterhammen (philadelphia, confituur, krabsla), een suikerwafel, een grany-koek, een halve appel en een kiwi binnen.

    Het eten de maandag is in twee of drie schuifjes: eerst Z & A, daarna mijn eten (iets anders wegens Ziekten), daarna dat van Zelie, Louis en Anna, en dan dat van Jan en Sandra (voetbal en laat werk).

    Ik maak dus de eerste batch eten klaar (kippenburgers, worteltjes met thym en honing), Z & A beginnen te eten terwijl ik mijn voedsel klaarstoof (basmatirijst en kip en kruiden en ajuin). Het begon met lachen en tateren onder elkaar (om de paar minuten, ik: “jongens, stop met spelen aan tafel, eet jullie eten op”).  Tot plots, zeer verontwaardigd:

    Z: Stop met mij uit te lachen!
    A: (lacht Z vierkant uit)
    Z: Stop met mij uit te lachen!
    A: (overdreven, valse lach) Ha! Ha! Ha! Ha! Ha! Ha! Ha!
    Z: Stop ermee! IK TEL TOT DRIE! Eén! Twee!
    A: (blijft lachen)
    Z: Drie! Vier! Vijf! Zes! Zeven! Acht! [nee, ze heeft het systeem nog niet zo goed door]
    A: (treiterende lach)
    Ik: A, dat is niet lief, je bent aan het uitlachen. Stop daarmee en eet verder!
    A: (stopt met lachen, neemt een hap eten op zijn vork en zweeft er wat mee in de lucht)
    Ik: A, zet u wat dichter bij de tafel, en eet bóven uw bord, jongen.
    A: (lacht)
    Z: Als je blijft lachen met mij dan ga ik lachen met u als jij boos bent!
    A: (blijft lachen)
    Z: Maar STOP met mij uit te lachen!

    Zucht.

    Vijf minuten later: A heeft geen honger meer. Hij heeft een halve kippenburger gegeten en twee soeplepels groenten. En neen, met geen stokken te overtuigen om ook nog maar één hap te nemen. Ah well. Hij begint dan maar aan een liedje.

    A: Wie stout is! Krijgt lekker de roe!
    A: Lekkers de roe! De roes lekkers! Stoute lekkers! Lekker de roe!
    A: Wie dat stout is die krijgt lekker de roe!
    A: Lekker de roe!
    A: Lekker de roe!
    A: Sinkeklaas kapoentse!
    Z: ‘t Is wel Sinterklaas niet Sinkeklaas! En kapoentje niet kapoentse!
    A: Sinkeklaas!
    Z: SinTERRRRRRRklaas!
    A: SinKERRRRRRklaas!
    Z: S i n TTT ERRRRR k l a a s !
    A: S i n KERRRRR k l a a s ! In mijn soentse! Lekker de roe!

    Het ooggerol van Z was bijna tastbaar.

    Z: Jij bent fantasie aan het doen! En ik vind dat irritant!
    A: Sinkeklaas kapoentse! Wie stout is die krijgt dan lek-ker-de-roe!
    Z: Weet jij wat dat is, fantasie?
    A; Neen.
    Z: Dat is liegen. Of mopjes maken. Of verhaaltjes vertellen. Maar nu is het liegen. En ik vind dat irritant.

    Waarna ze de helft van het eten van A dat hij had laten staan, ook heeft binnengewerkt. En dan nog een kippenburger en nog wat groenten. (“A, wil jij ook nog een beetje eten? — NEEN!”) En dan had ze nog honger en vroeg ze een Danio, die ze gekregen heeft. Waarop A een crisis deed omdat hij ook een dessert wou.

    Z: Dessert is alleen voor zeer zeer zéér flinke kindjes die hun vlees en hun groenten opgegeten hebben. Niet voor stoute kindjes die uitlachen.

    Ahem ja. 🙂

  • Verbouwingen: de living: suite et fin

    En het heeft maar vijftien of zo jaar geduurd!

    Onze living, met de telefoon gefotografeerd van aan de trap, deze namiddag:

    31277511995_887e990f72_b

    Da’s nadat ik de drie overbodig geworden zetels buitengekeild heb, en opgeruimd heb.

    Ik heb alleen fysieke foto’s van hoe het er uitzag toen we het huis kochten, maar beeld u in: een grote ruimte met grijs tapijt, een grote schouw aan één kant, een soort eikenhouten hekken rond een trap naar beneden aan één kant, en een deur naar een traphal waar een gammele houten trap naar de (niet-ingerichte) zolder ging.

    Dit is de vroegste digitale foto die ik ervan heb, in mei 2000 genomen:

    1392389370_ea7a6c1565_b

    Oude salonzetels die ik zelfs al vergeten was, de schouw daar rechts, het trapgat naar beneden en de afgebroken muur waar de trap naar boven tegen stond. Op de vloer het grijze/beige vasttapijt met netwerk- en electriciteitskabels erop.

    En het park waar Zelie in zat. 🙂

    Eerst is de trap naar boven gedraaid en een stukje muur afgebroken. En zo heeft het een aantal jaar gestaan:

    476650624_0d302f93c0_b

    Dan is er boven de tapis-plain een geluidsisolerende laag gekomen, en daarboven een plankenvloer en is de trap naar beneden is gedraaid, en er zijn ingemaakte kasten aan één muur gekomen. We hadden de schouw gehouden en gewoon proper gezet in plaats van ruwe steen:

    6987350258_61482a74cb_b

    Een aantal jaar later hebben we de schouw afgebroken en de muren en het plafond aangepakt, en kasten tegen de ene muur gezet — vóór:

    7152877215_8858894a9c_b

    En na:

    8020557050_f167f0a63a_b

    De foto hierboven ziet er idealer uit dan het was, want het plafond was nog niet afgewerkt, en de muur naar buiten was in een soort blinkend vuil-oranje-geel afgewerkt:

    24193164100_0e5fb03e41_b

    Nog een paar jaar later hebben we ook die muur vlakgemaakt en geverfd, de vensters en het plafond geverfd, vorig weekend hebben we nieuwe zetels gekocht, en vandaag heb ik dus de oude ztels buitengekapt en wat aan de kant gelegd, en ziet het er zo uit:

    30909895060_f075d20eca_b

    30909907590_1ab0ca56b9_b

    Op details na (de plinten, de gordijnen, de vensterbanken, de lampen) is het helemaal klaar. Hoera!

  • Oude mensen

  • Fantastic beasts and how to special effects them

    Het was al immens lang geleden dat ik naar een film was geweest waar ik zo weinig over wist als Fantastic Beasts and Where to Find Them.

    We zijn gisteren met drie geweest — Louis, Zelie en ik. Zelie vond dat het te traag was waar het snel moest gaan, en te snel waar het traag moest gaan. Louis vond het goed. En ik weet het niet zo. Ik zag vooral special effects. En een fomuletje dat ik al een paar keer te veel gezien heb in andere Harry Potterfilms.

    Er zat meer in, denk ik dan. Spijtig, want er zat denk ik écht meer in.

  • Vertalingen, dedju

    Zelie moet boeken lezen voor school. Logisch, uiteraard.

    Ze had De Pest gekozen, van Albert Camus. Ja, blijkbaar mag ze ook zomaar vertaalde boeken lezen. The mind boggles.

    Afijn, beter een goed vertaald boek dan een slecht onvertaald boek, zeker?

    Ik denk dat vertalen vaak moeilijker is dan gewoon schrijven, en dat het absoluut mogelijk is dat een vertaling beter is dan het origineel. Dat het soms wel eens gebeurt dat een vertaling even goed is als het origineel, maar dat er altijd het risico is dat een vertaling niet zo goed is als het origineel. En dat er sommige boeken gewoon onvertaalbaar zijn.

    Zonder kijken heb ik geen idee in welke van de drie gevallen Zelie’s Camus valt, maar ik heb er geen goed oog in.

    In het begin pleegt Camus een citaat van Defoe. In het Frans geeft het dit:

    Il est aussi raisonnable de représenter une espèce d’emprisonnement par une autre que de représenter n’importe quelle chose qui existe réellement par quelque chose qui n’existe pas.

    Het origineel in het Engels is:

    robinson

    ‘Tis as reasonable to represent one kind of Imprisonment by another, as it is to represent any Thing that really exists, by that which exists not.

    De Nederlandstalige vertaalder maakte er dit van:

    De ene soort gevangenisstraf uitbeelden via de andere is even redelijk als iets bestaands uitbeelden door iets wat niet bestaat.

    Ik snap wel dat de vertaler ongeveer evenveel woorden wou gebruiken als het origineel, maar ‘Imprisonment’ en ’emprisonnement’ zou ik echt niet vertalen als ‘gevangenisstraf’. Zelfs als ik niet zou weten dat het uit Robinson Crusoe kwam, zou ik eerder denken dat het om het even welke vorm van vrijheidsberoving zou kunnen zijn. ‘Gevangenschap’, misschien, maar toch niet het categorieke ‘gevangenisstraf’, met al zijn connotaties van ‘om een welbepaalde reden gegeven, door een rechtbank of zoiets’?

    En ‘uitbeelden via’? Ik ben geen vertaler en ik zou niet weten hoe het beter te doen, maar het voelt verkeerd aan.

    Ik had, zonder context, eerst de indruk dat het citaat wou zeggen

    één soort gevangenisstraf vergelijken met een andere (bvb. eenzame opsluiting vergelijken met een enkelband) is even zinloos als iets dat bestaat vergelijken met iets dat niet bestaat

    …maar als ik de context lees bij Defoe, dan wordt het wat ingewikkelder.

    In de inleiding op het derde deel van Robinson Crusoe schrijft Crusoe zogezegd zelf, en gaat hij meteen helemaal meta: “ik heb gehoord dat kwatongen beweren dat de eerste twee boeken uitgevonden vertelsels zijn”, schrijft hij. Waarna hij ons verzekert dat het allemaal echt gebeurd is, ‘t is te zeggen, het is weliswaar een allegorie, maar het is ook echt gebeurd.

    Net zoals Don Quichote volgens Crusoe (Defoe) gebaseerd was op de hertog van Medina-Sidona, is het leven van Crusoe gebaseerd op een echt leven. En misschien spelen sommige dingen in het verhaal zich ver van Engeland af op een andere plaats dan een eenzaam eiland, maar net Crusoe gevangen zat op het onbewoond eiland, zat de échte persoon achter het verhaal gevangen.

    En, zegt Crusoe, het is even redelijk, ‘t is te zeggen, “helemaal toegelaten” om één soort gevangenschap voor te stellen door een andere (op een onbewoond eiland zitten), net zoals het geoorloofd is om iets echt, voor te stellen door iets fictief.

    Maar is dat wel zo? De inleiding is geschreven door een fictief personage om te zeggen dat hijzelf misschien wel fictief is, maar ook niet.

    Schrijft Camus dus, helemaal in het begin van zijn boek in dikke vette letters: “hola gasten, ik schrijf hier wel over de pest, maar ‘de pest’ is niet noodzakelijk Yersinia pestis“, oftewel: “Pas op, het is een allegorie!”?

    Of schrijft hij net het omgekeerde?

    Ik vermoed dat ik het boek moet lezen om te weten wat het precies is.

  • Links van 21 november 2016 tot 23 november 2016

    Neonazi’s vinden vergelijking Trump met Hitler te vroeg – De Speld
    De opkomst van Donald Trump wordt regelmatig vergeleken met die van Adolf Hitler in de vroege jaren 30. Veel mensen spreken daar schande van, onder wie een aantal neonazi’s. Zij vinden dat Trump zich eerst maar eens moet bewijzen.

    Ooit vernielde deze man genetische proefvelden. Nu verdedigt hij ze met verve
    ‘De organisatie waar ik bij zat, Earth First, is een antiverlichtingsbeweging. Ze gebruikt wetenschap als stok om de samenleving mee te slaan als het haar uitkomt, zoals bij klimaatverandering, maar negeert de wetenschap totaal als het gaat om technologische vooruitgang, zoals bij genetische modificatie. Wetenschappers zijn het erover eens dat genetische modificatie een krachtige techniek is om de landbouw te verduurzamen, maar Earth First wil daar niks van weten.’

    Learn X in Y Minutes: Scenic Programming Language Tours
    Take a whirlwind tour of your next favorite language. Community-driven!

    Troy Hunt: Ad blockers are part of the problem
    When ad blockers are stooping to the same low level as advertisers themselves are in order to force their own agendas, something is very, very wrong. Deliberately modifying sites like mine which are making a conscious effort to get us away from the very things about ads that led to ad blockers in the first place makes them part of the problem. Ad blockers like this need to clean up their act.

    Heel veel Nederlanders hebben het ‘als dit zo doorgaat’-gevoel. Kijk maar in Ypenburg
    De Ypenburgers, en veel andere bewoners van buitenwijken en kleine steden, hebben volgens De Voogd geen spectaculaire zorgen en behoeften. Ze wensen gewone dingen, zoals een gevoel van veiligheid of trots. Maar als ze de tv aanzetten, zien ze weinig mensen uit hun wereld, hooguit karikaturen. Ze zien vooral Amsterdamse stadsmensen die vertellen hoe je hoort te denken en dat Zwarte Piet racisme is.

  • lostBart D. Ehrman
    Oxford University Press, 2005, 320 blz.

    Bon, drie Bart Ehrmanboeken later denk ik dat ik het wel ongeveer heb gehad.

    Van de drie vond ik dit het interessantste. Het onderwerp is min of meer hetzelfde als de andere twee — het vroege Christendom — maar er wordt (een beetje) aandachtiger gekeken naar de alternatieven voor wat uiteindelijk de dominante vorm van het geloof geworden is.

    Kort door de bocht:

    • er waren Christenen die Jezus als een Joodse Messias beschouwden, een vervollediging van het Oude Testament maar niet goddelijk (Ebionieten)
    • er waren Christenen die Jezus als de zoon van God beschouwden, maar dan wel van een andere God dan de God van het Oude Testament, en die het Oude Testament volledig verwierpen (Marcionieten)
    • er waren Christenen die geloofden dat er geheime kennis te rapen viel maar enkel voor een kleine groep geïnitieerden, en die daarbij allerlei systemen uitwerkten waarbij de God van het Oude Testament maar één uiting was van het Goddelijke, met aeonen en al dan niet gevallen demiurgen en 365 “goden” of toch niet enfin it’s complicated (Gnostiscisten)
    • er waren er die dachten dat Jezus door God verheven tot Zijn Zoon, hetzij bij zijn geboorte, bij zijn doopsel, bij zijn verrijzenis of bij zijn tenhemelopneming (allemaal soorten adoptionisme)
    • er waren er die dachten dat Jezus alleen maar leek een lichaam van vlees en bloed te hebben (docetisten)
    • er waren er die dachten dat Jezus altijd al bestaan had
    • er waren er die dachten dat er een Goddelijke Jezus was die in een menselijke Jezus is terechtgekomen en hem voor zijn dood weer heeft verlaten
    • er waren er die dachten dat er alleen een Goddelijke Jezus was
    • er waren er die dachten dat er alleen een menselijke Jezus was
    • (etc., etc., etc.)

    En dan waren er de proto-orthodoxen. Orthodox en heterodox — ‘juiste’ gelovigen en ‘ketters’ — zijn geladen termen: ‘orthodox’ is gewoon de partij die, in het licht van de geschiedenis, ‘gewonnen’ heeft. En het is een vloeibaar gegeven: de winnaar van nu kan een paar iteraties later een verliezer geworden zijn. Pakweg een kerkvader als Origenes: een paar honderd jaar na zijn dood verketterd.

    De proto-orthodoxen hebben hier en daar wat meegepikt en als dat leidde tot zeer moeilijk tegelijk in het hoofd te houden concepten, dan was dat maar zo.

    Ja, het Oud Testament is waardevol en de jaloerse boze God van het Oude Testament is dezelfde als de liefdevolle God van het nieuw testament, maar neen, Jezus is niet Joods en Joden zijn te veroordelen. Ja, Jezus was een échte mens met een écht lichaam, en euh ja, hij was ook de zoon van God die altijd al bestaan heeft. Ja, God bestaat uit twee personen, euh nee, drié, en neen, dat zijn geen verschillende personen, of wacht.

    Ehrman begint met een korte omschrijving van een aantal teksten die het niet gehaald hebben: het evangelie van Petrus (met ook een uitstapje richting apokalyps van Petrus), de handelingen van Thecla, het evangelie van Thomas, en de wellicht moderne vervalsing van het geheime evangelie van Marcus. Dan volgt een korte omschrijving (opnieuw, ja, niet enorm veel diepgang) van Ebionieten, Marcionieten, en Gnostische Christenen, waarop Ehrman de reactie van de proto-orthodoxen geeft, met onder meer de keuze waar er op strategische plaatsen teksten aangepast werden in reactie op andere opinies, en hoe welke boeken al dan niet in de officiële canon terechtkwamen.

    Kort, snel te lezen, interessant, maar zoals gezegd: ik heb het een beetje gehad. Het is me een beetje te populairwetenschappelijk geschreven, en een beetje te weinig substantie. Zeker niet slecht, verre van, maar weinig controversieel en uiteindelijk meer een soort cursus voor een inleiding in het eerste jaar universiteit dan iets anders.

    Van op Boeggn. Misschien verwant: How Jesus Became God: The Exaltation of a Jewish Preacher from GalileeThe Christ Myth Theory and Its ProblemsJames the Brother of Jesus: The Key to Unlocking the Secrets of Early Christianity and the Dead Sea ScrollsJesus and the WordGnostic John the BaptizerMisquoting Jesus: The Story Behind Who Changed the Bible and WhyThe Syro-Aramaic Reading of the Koran: A Contribution to the Decoding of the Language of the KoranThe Early History of God: Yahweh and the Other Deities in Ancient Israel

  • Derde keer, goede keer

    Ik was gisteren bij de groenten-en-fruitboer, en mijn oog viel op een kist kweeperen.

    Knippe de poeze, mee naar huis. En kweeperengelei gemaakt.

    De vorige keer en de keer daarvoor was het telkens min of meer mislukt: smaak wel goed en zo, maar consistentie verkeerd wegens veel te hard. Niet zo gisteren: precies goed.

    30367363373_49eba7555e_b

    Er kan wel nog wat gesleuteld worden aan de smaak. Iets minder suiker, iets meer citroensap, en het zou perfect zijn.

    Waar ik trouwens ook nog aan ga sleutelen: filet américain maken in een plastiekzak. Dat is uitstekend lekker, namelijk.

    Gewoon mengen met kruiden, in de zak in het water tot het tijd is om te eten, en dan een paar seconden op een hete grillpan. Yumz.

  • misquotingjesusBart D. Ehrman
    HarperOne, 2007, 242 blz.

    Bart Ehrman geeft een korte introductie tekstkritiek van de Bijbel. Het begint met een kort overzicht can de verschillende geproduceerde soorten tekst (evangelies, brieven, apokalypsen, …), het vervolgt met een korte bespreking van de redenen waarom sommige mensen sommige dingen vervormden of toevoegden en het paradoxale gegeven dat de vroegste teksten vaak het meest van elkaar afwijken (ook omdat de copyisten geen professionals zijn).

    Er staan interessante stukjes in over het hoe en waarom sommige (stukken van) brieven van Paulus niet van Paulus zijn, stukken Marcus zeker niet Marcus zijn (wie Marcus ook geweest was), dat soort zaken.

    ’t Is kort, ’t is weinig controversieel, ’t is interessant voor wie er nog nooit echt bij had stilgestaan. Het boek in zijn geheel hangt ook rond het verhaal van Bart Ehrman, die vertelt hoe hij van een hardcore gelovige christen via onderzoek en tekstkritiek een gewone gelovige werd en uiteindelijk ook dat niet meer.

    Niet dat mij dat per se stoorde, maar het had er niet gemoeten.

    Van op Boeggn. Misschien verwant: How Jesus Became God: The Exaltation of a Jewish Preacher from GalileeJesus and the WordJames the Brother of Jesus: The Key to Unlocking the Secrets of Early Christianity and the Dead Sea Scrolls Gnostic John the BaptizerThe Christ Myth Theory and Its Problems

  • Zelie moest een test doen voor Nederlands (denk ik). Ik moest alleen het resultaat uitprinten, maar omdat ik ook graag eens een vragenlijst invul, vroeg ik haar de URL. ‘t Is alhier te doen, en ik weet niet goed hoe ik de test moet omschrijven.

    Raar, vooral, denk ik.

    Mijn resultaat was:

    Je antwoorden geven aan dat je niveau 4 bereikt hebt. Je bent dus duidelijk sterk geïnteresseerd in literatuur en je hebt al een heel aantal literaire inzichten verworven. Aangezien je in je vrije tijd al in contact kwam met volwassenenliteratuur, is de overgang naar de derde graad voor jou een stuk minder bruusk.

    Niveau 4 is een zeer hoog niveau aan het begin van de derde graad. Zoals je kan lezen in je werkboek is niveau 4 het te verwachten eindniveau voor alle leerlingen aan het einde van de derde graad. Vanzelfsprekend kan dat niveau voor jou niet langer het streefdoel zijn. Jouw persoonlijke doelstelling voor de komende twee jaren is het nog verder verfijnen van je literaire competentie zodat je niveau 5 of 6 kan bereiken.

    Zie dit als een persoonlijke uitdaging en kies bij de lectuuropdrachten zeker voor voldoende complexe boeken. Als je meer informatie wilt over het niveau waarop je je bevindt, kan je surfen naar de website lezenvoordelijst.nl. Je vindt daar een uitgebreide profielbeschrijving van jouw niveau en ook een heel aantal goede boeksuggesties.

    Zelie had de ene keer vijf, de andere keer vier.

    Maar serieus, wat voor vragen zijn dat? Om te beginnen gaat de vragenlijst ervan uit dat er alleen in het Nederlands gelezen wordt, terwijl Zelie (net zoals ik) véél meer in het Engels leest dan in het Nederlands.

    En daarnaast: het is telkens zó transparant welke antwoorden ‘slecht’ en welke ‘goed’ zullen gerekend worden, terwijl ik het daar niet noodzakelijk zo eens mee ben. Pakweg deze:

    Als ik naar de verfilming van een boek kijk, vind ik…

    1. de filmversie bijna altijd beter dan het boek; er is meer actie, de saaie beschrijvingen zijn weg, het verhaal gaat meer vooruit.
    2. de filmversie soms beter dan het boek en soms niet. Ik kan telkens een verklaring geven waarom dat zo is.
    3. het boek vaak beter dan de filmversie. Tijdens het kijken valt me altijd op waar de interpretatie van de regisseur verschilt van de mijne.
      Bepaalde weglatingen of toevoegingen ergeren me of ik heb bewondering voor sommige vondsten.
    4. het boek vaak beter dan de filmversie. Tijdens het kijken valt me altijd op waar de interpretatie van de regisseur verschilt van de mijne.
      Bepaalde weglatingen of toevoegingen ergeren me of ik heb bewondering voor sommige vondsten. Ik heb ook een erg uitgesproken mening over de verfilming en ik ga die mening vaak verdedigen t.o.v. andere mensen (medeleerlingen, vrienden, leerkracht, …)
    5. Het overkomt me zelden of nooit dat ik én het boek lees én de film kijk. Vaak moeten mensen me zelfs vertellen dat er een boek aan de basis lag van een bepaalde film.

    Zucht. Ik vermoed dat 5 het allerslechtste is, dan 1, dan 2, dan 3  en van alle opties 4 de allerbeste.

    Geen van de vijf opties zijn op mij van toepassing. Ik vind de vraag zoiets als

    Als ik een cocktail drink op basis van een schilderij, vind ik…

    1. De cocktail altijd beter dan het schilderij: het smaakt beter, ik kan er zat van worden, het lest ook de dorst
    2. De cocktail soms beter dan het schilderij en soms niet. Ik kan telkens een verklaring geven waarom dat zo is.
    3. De cocktail vaak beter dan het schilderij. Tijdens het drinken valt me altijd op waar de interpretatie van de barman verschilt van de mijne.Bepaalde weglatingen of toevoegingen ergeren me of ik heb bewondering voor sommige vondsten.
    4. De cocktail vaak beter dan het schilderij. Tijdens het drinken valt me altijd op waar de interpretatie van de barman verschilt van de mijne.Bepaalde weglatingen of toevoegingen ergeren me of ik heb bewondering voor sommige vondsten. Ik heb ook een erg uitgesproken mening over de cocktail en ik ga die mening vaak verdedigen t.o.v. andere mensen (medeleerlingen, vrienden, leerkracht, …)
    5. Het overkomt me zelden of nooit dat ik én het schilderij bekijk én de film cocktail drink. Vaak moeten mensen me zelfs vertellen dat er een schilderij aan de basis lag van een bepaalde cocktail.

    Nee serieus: natuurlijk zijn er boeken die beter zijn dan verfilmingen ervan. Net zoals er films zijn waarvan de novelisering beter is dan de film. En er films zijn die stukken beter zijn dan het boek, of noveliseringen van films die beter zijn de film.

    Maar “beter” en “slechter” zijn niet noodzakelijk termen die betekenisvol zijn: een boek is iets anders dan een film is iets anders dan een graphic novel is iets anders dan een schilderij is iets anders dan een cocktail.

    Of bij de vraag “Als ik een boek kies, dan is de dikte van het gekozen boek…”. Ik ga ervan uit dat “totaal niet belangrijk voor mij, zolang het een leuk boek is” als minder ‘goed’ gerekend wordt dan “belangrijk, in die zin dat ik snel/veel lees, waardoor ik graag dikkere boeken heb, omdat die voor mij een uitdaging bieden”.

    Terwijl dat natuurlijk niet zo is. Het kan mij geen raap schelen of een boek 150 dan wel 1500 bladzijden is. Als het maar goed is. Wat niet noodzakelijk hetzelfde als “leuk” is, natuurlijk.

    Of bij de vraag “Als we op school samen een boek lezen en bespreken…” — waar er meer gepolst wordt naar hoe onpopulair men graag wil zijn in de klas dan naar iets anders. Zeg nu zelf, wat is ‘beter’ en wat ‘slechter’?

    1. dan houd ik me afzijdig tijdens de discussie. Praten over boeken is zo mogelijk nog saaier dan lezen zelf.
    2. dan houd ik me vaak afzijdig tijdens de discussie. Tijdens het lezen had ik al moeite om het verhaal te volgen en in de klas halen ze er dan ook nog eens een hele hoop symbolen uit die ik zelfs niet opgemerkt heb.
    3. dan neem ik deel aan de discussie. Ik vertel vooral over mijn appreciatie van het boek en over de personages. Ik houd ervan om uit te leggen waarom een bepaald personage mijn lievelingspersonage is.
    4. dan neem ik deel aan de discussie. Ik probeer het verhaal mee te analyseren en reageer kritisch op interpretaties van klasgenoten. Hierbij gebruik ik de correcte literaire terminologie en kan ik mijn mening met argumentaten ondersteunen.
    5. dan neem ik deel aan de discussie. Ik probeer het verhaal mee te analyseren en bepaalde beslissingen van de auteur uit te leggen aan de anderen (bv. waarom de auteur hier een flashback gebruikt?).
    6. dan eindigt de discussie vaak in een kleine dialoog tussen de leerkracht en mij over bepaalde verhaaltechnische componenten. Ik ga graag heel diep in op bepaalde verhaaltechnische aspecten.

    De optie “dan houd ik me afzijdig tijden de discussie. Mijn persoonlijke opinie geven is zo mogelijk nog akeliger dan gewoon moeten antwoorden op een vraag in de klas.” stond er niet bij.

    Aargl nee. Hatelijke vragenlijst.

  • Facebook’s ad metric problem is becoming Zuckerberg’s headache | New York Post
    Mark Zuckerberg has a credibility problem. The tech mogul’s Facebook just admitted to finding more “bugs” in the way it measures ads — and once again, those bugs benefited Facebook.

    More than half of arrested anti-Trump protesters didn’t vote in Oregon | KGW.com
    Most of the 112 protesters arrested in Portland last week didn’t vote in Oregon, according to state election records. Approximately 30 percent did cast a ballot in Oregon or in another state.

    Wannabe Data Scientists! Learn the basics with these 7 books! – Medium
    In the last few years I spent a significant time with reading books about Data Science. I found these 7 books the best. These together are a very valuable source of learning the basics. It drives you through everything you need to know.

    Het antiracisme van de oppervlakkigheden – Jan Blommaert (en z’n gedachten)
    wanneer men inziet dat discriminatie op grond van herkomst slechts één specifieke vorm is van een veel ruimer structureel mechanisme van discriminatie en uitsluiting, dan gaat het niet meer over “onze Vlaamse aard”, maar wel over kapitalisme, neoliberalisme, en sociale rechtvaardigheid. En dat is de “comfort zone” van links (of zou dat moeten zijn).

    ‘We Couldn’t Believe Our Eyes’: A Lost World of Shipwrecks Is Found – The New York Times
    Archaeologists have found more than 40 vessels in the Black Sea, some more than a millennium old, shedding light on early empires and trade routes.

  • Gelezen: The Hallowed Hunt

    id_hco2014mth06thhu_bLois McMaster Bujold
    Harper Voyager, 2005, 423 blz.

    Zo. Af van Robert Sawyer en zijn kartonnen personages. Terug bij McMaster Bujold en de wereld van de vijf goden.

    Het boek begint als een detectiveverhaal naar wie de prins heeft vermoord, en zonder spoilers is er niet veel over te vertellen maar het was meer van hetzelfde als de vorige twee, en op een goede manier. Geen vervolg en geen prequel, maar deze keer een volledig nieuw verhaal.

    Chronologisch speelt het zich af ergens vóór Curse of Chalion en Paladin of Souls, en geografisch op een andere plaats — niet meer in een soort Spaansachtig aandoend koninkrijk, maar in een meer Angelsaksisch aandoend koninkrijk, met antecedenten in een nog ouder tijdperk, waar mensen dierengeesten in zich hadden.

    Fijn verhaal, fijne personages, proper afgesloten, zelfs al zou er waarschijnlijk nog heel veel uit te melken zijn.

    En dan nu Vorkosigan.

  • Gelezen: Neanderthal Parallax 2-3

    9780765326331Humans
    Robert J. Sawyer
    Tor Books, 2003, 352 blz.

    Oh zucht. Ik herinnerde me tijdens dit boek waar ik de auteur van kende. Robert J. Sawyer was ook al verantwoordelijk voor het afgrijselijke Calculating God.

    Dit boek werd genomineerd voor een Hugo. On-ge-loof-lijk. Ergens in het begin, na een paar verbijsterend slechte hoofdstukken, heb ik besloten het derde boek ook te lezen. Niet omdat ik wil weten waar het naartoe gaat (dat kan ik wel vermoeden, het derde boek heeft Hybrids, wohohohow), maar omdat dit leest als een soort slow-motion treinongeval.

    Slecht. Maar echt slecht. En echt twijfelachtig van gedachtengoed. Een verkrachter letterlijk castreren? Niet alleen een goed idee, de persoon zelf wordt er ook gelukkiger van. Privacy? Voor mensen die iets te verbergen hebben. Mensen zijn slecht, neanderthalers zijn goed.

    En slechte sexscènes.

    Op naar het derde boek!

    9780765326348Hybrids
    Robert J. Sawyer
    Tor Books, 2004, 400 blz.

    Bon, goed. Goed, bon. ‘t Is afgelopen.

    In Hybrids, Ponter Boddit and his Homo sapiens lover, geneticist Mary Vaughan, are torn between two worlds, struggling to find a way to make their star-crossed relationship work. Aided by banned Neanderthal technology, they plan to conceive the first hybrid child, a symbol of hope for the joining of their two versions of reality.

    But after an experiment shows that Mary’s religious faith – something completely absent in Neanderthals – is a quirk of the neurological wiring of Homo sapiens brains, Ponter and Mary must decide whether their child should be predisposed to atheism or belief. Meanwhile, as Mary’s Earth is dealing with a collapse of its planetary magnetic field, her boss, the enigmatic Jock Krieger, has turned envious eyes on the unspoiled Eden that is the Neanderthal world . . .

    Urgh ja.

    Neen, dit was niet goed. En het einde was niet goed. Het begin en het midden ook niet.

    Er is een verhaaltje, maar ook hier is het meer een excuus om eindeloos te neuten over hoe alle mannen slecht zijn, eugenetica top is, godsdienst een letterlijke biologische fout en aargh.

    Ik was beter gestopt na het eerste boek. Vermijden. Niet goed. Awoert.

    Van op Boeggn. Misschien verwant: Calculating God Southern Bastards v2: GridironAnno DraculaThe Mechanical