• Examens (en terrorisme)

    Ik had er eigenlijk niet bij stil gestaan, maar Louis heeft morgen zijn laatste examen, Fysica. En Jan heeft zijn laatste examen al een paar dagen geleden gehad.

    Jan krijgt een rapport mee naar huis morgen, en Louis niet. Louis krijgt zijn rapport denk ik dus pas na de vakantie.

    Niet verkeerd gezien, eigenlijk: zo heeft iedereen nog een beetje genot van de vakantie, of het nu goed of slecht geweest is.

    Maar dat maakt ook wel dat ik enorm benieuwd ben naar de resultaten. Vingers allemaal gekruisd, en zo.

    Zelie, natuurlijk, heeft geen examens. Voor haar is het juni, en zij heeft de week doorgebracht in Italië. Ze komt morgen terug, en vandaag was ze nog in Venetië. Venetië, ge weet wel, waar vandaag een terroristische aanslag gepland was eigenlijk.

  • Take II

    Ben ik de enige die dit eigenlijk ontroerend schoon vind?

    Zo wijs!

  • Het is nu dat verdriet

    Kinderen: ge probeert dat goed op te voeden, maar op een bepaald moment moet ge soms toegeven dat het allemaal de soep in gedraaid is, en dat het allemaal niet is wat ge ervan verwacht hadt.

    Kom het tegen: een dikke 16% van de kinderen in ons huis blijkt vegetarische neigingen te kweken.

    Anna moest al heel haar leven niet te veel weten van vlees, maar nu is ze serieus meer en meer gewoon vegetarisch bezig.

    Schaamteloos. Zomaar aan tafel. Dat is volk dat op ons neerkijkt omdat dat geen vlees eet. En gevaarlijk ook: ziet dat ze in ene keer toch honger krijgt en haar familieleden of de kat begint te bijten?

    Afijn. Ik moet natuurlijk niet verbaasd zijn: we wonen tenslotte in het Gent van Filip Watteeuw, maar hey, het blijft toch wat pijn doen. En ik blijf, irrationeel misschien, het gevoel hebben dat ik ergens gefaald heb.

    Omdat het haar verjaardag is geweest, mocht zij kiezen wat we vandaag zouden eten, en het is geworden: Danielle’s sweet potato gratin, uit dezelfde Ottolenghi als gisteren.

    Ingrediënten

    • Zoete aardappel. Ik had er een stuk of denk ik acht negen.
    • Salie. Ik heb een struik gekocht bij de groentenwinkel en ik heb die leeggeplukt.
    • Look. Ik heb ongeveer driekwart bol look gebruikt.
    • Grof zout en peper.
    • Room. Ik had een halve liter, maar het had meer mogen zijn.

    Werkwijze

    • Zoete aardappel wassen maar niet schillen.
    • In schijven van 5 mm dik snijden (een mandoline is een gemak, een snijmachine nog meer).
    • Salie grof hakken.
    • Looktenen pletten en grof hakken.
    • Zoete aardappel mengen met look, salie, peper en zout naar smaak.

    33577260121_fda438c969_b

    • In een ovenschotel schikken op deze manier:

    33577263041_46e9721732_b

    • Bedekken met aluminiumfolie en 45 minuten in een warme voorverwarmde oven steken.
    • Uithalen, room over gieten, en zonder folie in de oven steken tot alles zacht is.
    • Hey presto!

    33550147842_4794e24be3_b

    Mja. Mja. Niet verkeerd, maar: het duurt enorm lang voor het klaar is. Het recept zei dat het nog een minuut of twintig of zo zou duren eens de room er in zat, maar dat was gemakkelijk nog eens drie kwartier. En het was nog niet allemaal zo zacht als het had kunnen zijn.

    En er moet meer room in, want de room was bijna allemaal verdampt tegen dat het klaar was. Volgende keer doe ik het met half room en half melk, denk ik. Misschien.

  • The Well-Stuffed Larder

    Dingen maken, dat is allemaal leutig en gemakkelijk als ge uw gerief hebt.

    Of het nu over een nestkastje maken gaat of over eten: het is een strijd als ge nog vanalles moet verzamelen, als er geen goede zaag in huis is, geen goede boormachine, geen degelijke houtlijm, er geen pluggen zijn, geen serre-joints — of als er geen kruiden in huis zijn, geen potten en pannen, geen degelijk vuur.

    Ik was het wat beu om telkens zelf iets te improviseren en dan te blijven steken bij “euh iets van vlees en rijst of patatten en boontjes of erwtjes of broccoli of bloemkool”.

    Vanavond dus de nieuwste telg in de kookboekenkast — de nieuwe editie van Ottolenghi: The Cookbook — random opengeslagen en gebladerd tot ik op iets kwam waar ik (bijna) alles voor in huis had. Twee pagina’s moest ik bladeren: voor Roast Chicken with sumac, za’atar and lemon had ik enkel de pijnboompitten niet in huis wegens dat die recent opgeraakt zijn (ja, de sumac en de za’atar had ik wel). Het is de volgende bladzijde geworden: Roast chicken with saffron, hazelnuts and honey.

    Nodig

    • Kip. Ik heb drie grote billen gekocht en twee dubbele borsten.
    • Ajuinen. Ik heb er een stuk of vijf gemiddelde ajuinen genomen.
    • Olijfolie. Een paar degelijke geuten.
    • Gemberpoeder. Anderhalve theelepel of zo.
    • Kaneelpoeder. Ook anderhalve theelepel of zo.
    • Saffraan. Redelijk wat, een halve gram of zo.
    • Sap van twee citroenen.
    • Koud water. Een klein glas.
    • Hazelnoten. Ongeveer 120 gram.
    • Honing. Ongeveer anderhalve soeplepel.
    • Rozenwater. Een soeplepel of drie.
    • Pijpajuin. Een stengel of twee.
    • Zwarte peper en grof zeezout.

    Ja, serieus, ik had dat allemaal in huis. Alleen de pijpajuin en de kip, die ben ik nog gaan halen.

    Kijk: de kruidenschuif (niet helemaal opengeklapt en er zijn nog andere dan dit, maar hey, stoefen is stoefen):

    33688942015_b436370328_b

    En kijk: de dingen die ik nodig had. Aan de staat van de potten is te zien dat het echt waar allemaal al gebruikte zaken waren!

    33305015530_f825985fc3_b

    Werkwijze

    • Ajuinen grof snijden, mengen met olijfolie, gember, kaneel, saffraan, citroensap, water, zout en peper.
    • Kip bij mengsel doen, minstens een uur laten marineren (of een nacht in de koelkast, maar aint’t nobody got time for that).

    32846193284_41230e0c8d_b

    • Oven voorverwarmen op warm (bij mij is dat 175°C dat dan eigenlijk 190 à 200°C wordt).
    • Hazelnoten een paar minuten in een overschotel in de oven zetten tot goudbruin. Uithalen en grof kappen of stampen.
    • Kip met vel naar boven in een ovenschotel leggen waar ruim plaats genoeg is. Ik had de kip allemaal in deze ene schotel gedaan in eerste instantie, uiteindelijk heb ik er een bil en een borst uitgehaald en in een andere kleine schotel gelegd, kwestie dat er wat meer plaats was:

    33305077090_9744f8742a_b

    • Een dik half uur in de oven laten zitten. Dat ziet er dan zo ongeveer uit, met alles redelijk zacht, en stukjes ajuin heerlijk verbrand:

    33305081830_f1fc0a105f_b

    • Ondertussen de grof gehakte hazelnoten mengen met de honing en het rozenwater.
    • Na een half uur het notenmengsel een beetje verdelen over de kip, en nog een minuut of tien insteken.
    • Hey presto!

    33305083590_c47c4e292c_b

    Yep, zeer de moeite waard. Morgen nog eens Ottolenghi, denk ik.

  • Familie, verdwenen in de nevelen der tijd

    Just my luck. De rechtstreekse voorouders van drie van mijn grootouders zijn voor altijd verloren, dankzij de Eerste en Tweede Wereldoorlogen.

    Aan de kant van mijn vader: zijn moeder komt uit Polen, waar de archieven schielijk zijn komen te gaan. De familie van zijn vader komt uiteindelijk uit Ieper, waar zowat het hele stadsarchief platgebombardeerd is en opgebrand.

    Aan de kant van mijn moeder had ik er goeie hoop op dat ik tot redelijk ver zou kunnen terugkeren. De rechtstreekse voorouders van haar moeder komen uiteindelijk via Knesselare/Aalter uit de buurt van Zomergem, en ik geraak terug tot ergens in de jaren 1500.

    De rechtstreekse voorouders van haar vader, dat was wat ingewikkelder, want in tegenstelling tot de over- overgrote meerderheid van mijn voorouders, blijven ze zeer weinig stilzitten:

    Ok, ‘t zijn geen wereldreizigers, maar toch, relatief gezien:

    • mijn moeder is geboren in Gent
    • mijn grootvader, Arthur Waegenaer, is geboren in 1907 in Wetteren
    • zijn vader, Louis Waegenaer, is geboren in in 1878 in Kaprijke
    • zijn vader, Eduardus Waegenaer, is geboren in 1844 in Zelzate
    • zijn vader, Jean Louis Waegenaere, is geboren in 1805 in Stekene
    • zijn vader, Dominicus De Wagenaere, is geboren in 1772 in Stekene
    • en zijn vader is volgens de doopakte van Dominicus “Emmanuel Antonius de Wagenaere”

    Ik vind die redelijk snel terug in een overlijdensakte in de burgerlijke stand van Stekene:

    Ja, ‘t is niet zeer duidelijk. Jaren geleden, toen ik alleen nog maar een versleten microfilm kon raadplegen in het archief in Beveren, las ik niet veel meer dan Corneille Waegenaer en Angeline Van [onleesbaar]. Nu er duidelijkere beelden van zijn, staat er redelijk leesbaar:

    Acte de décès de Antoine Emmanuel Waegenaer décédé le dix neuf frimaire à sept heures du matin agé de soixante-un ans (marin?) de profession filleur demeurant à Stekene fils de Corneille Waegenaer et de Angeline Van Hospital tous deux décédés.

    Na ettelijk veel jaren (gelijk een stuk of twintig?) staat er nu een achternaam in plaats van het beletselteken bij “Angeline Van …”. Score!

    En nog meer score! Want bij het systematisch natrekken van alle geboorten in Stekene, vind ik zowaar een resem kinderen van Antoine Emmanuel Waegenaer die ik nog niet had (ja, ook leve de schrijfwijze van de achternaam!):

    • Pieter Antonius Wagenaer °12/9/1768
    • Augustinus Norbertus De Wagenaer °6/12/1769
    • Joannes Antonius De Wagenaere °1/12/1775
    • Bernardus Wagenaere °23/7/1778
    • Adrianus Waegeneir °4/2/1782
    • Joanna Coleta Wagenaere °3/7/1784
    • Joanna Coleta Waegenaer °8/1/1788 (Ja, nog een Joanna Coleta. De vorige is ongetwijfeld gestorven. Ik ben de begrafenisregisters nog niet doorgegaan.)

    Ik heb er een aantal verder gevolgd — zo is Pieter Antonius Wagenaer in Sint-Jansteen net over de Nederlandse grens verzeild geraakt, en heeft hij er een hele nest Wagenaer/Wageneer/Wagenaar-kinderen en afstammelingen veroorzaakt — maar het interessantste van alles was nog wel iets dat mij bij het eerste lezen niet opgevallen was, bij de laatste vijf kinderen:

    Jaha! Er staat bij dat Antonius Emmanuel of Emmanuel Antonius Waegenaer / Waegenaere / Waegeneir / Wagenaere / De Wagenaere teneramundanus is, ‘t is te zeggen: dat hij van Dendermonde is!

    Hoera! Een middelgrote stad! Waar er ongetwijfeld degelijke archieven zijn! Hoezee!

    Neen dus.

    Kak.

    Dit is wat ik zie als ik in het Rijksarchief ga kijken naar de parochieregisters van Dendermonde:

    En snelle vraag op het internet bevestigt mijn vrees: de parochieregisters van Dendermonde zijn allemaal verloren gegaan in de Eerste Wereldoorlog. Wat dus wil zeggen dat ik niet veel verder dreig te raken dan deze vermelding in de index:

    Ik weet dat Antoine Emmanuel Wageneer (nog een andere naam!) geboren is in Dendermonde, op 17 juni 1744. Ik weet ook dat zijn vader Cornelis was en zijn moeder Angeline Van Hospitael (ook een naam die in Dendermonde voorkomt).

    Mijn enige hoop nu is dat ik geen Cornelis of Angeline zie in de indexen, dus dat ze misschien buiten Dendermonde geboren zijn? Ander is het ook schluss met de Waegenaers. 🙁

  • De Houwermysteries

    Hrm. Ik dacht, ik kijk eens naar de De Houwers in Mol eind de jaren 1700.

    Qua situering in mijn dingen te doen:

    ‘t Is te zeggen: de vader van de vader van mijn vader, daar de moeder van, en dan haar vader, en dan zitten we aan Hendrik De Houwer, geboren in 1819 in Turnhout. Waar ik nu naar het kijken ben is de onmiddellijke familie van zijn vader, Thomas De Houwer. Ik had staan dat hij geboren was op 28 december 1777, maar ik zie niet direkt waar ik dat vandaan had.

    Ik hou al redelijk lang alle bronnen bij voor alles wat ik vind, maar het zou kunnen zijn dat dat in één van de verhuizen van software verloren is geraakt. Dus: opnieuw op zoek. Eerste vaststelling: géén doopacte voor een Thomas De Houwer in december 1777. Wél een doopakte voor een Antonius Christianus De Houwer, zoon van Cornelius De Houwer uit Brecht en Anne Catharina Geerts uit Oostmalle, op 1 oktober 1777:

    Wat het dus zeer onwaarschijnlijk maakt dat zijn broer Thomas een paar maand later zou geboren zijn. Wat weet ik wel zeker? Dat hij een hovenier was, zoon van Cornelius Dehouwer en Catharina Geerts, overleden is in mei 1868, en dat hij toen 90 jaar oud was:

    1778 dan maar? Euh, crap, nee:

    Anna Teresia De Houwer, geboren in december 1778. Grmbl. Hoe in ‘s hemelsnaam ben ik ooit op 28 december 1777 geraakt?

    Even later is het duidelijk waarom:

    Thomas De Houwer, geboren op 28 december 1779. Twee jaar verkeerd, waarschijnlijk ooit eens verkeerd ingetypt, en omdat er geen bron aan zat, zo behouden en niet meer nagekeken. En op die manier op het internet geraakt en ondertussen verspreid geraakt overal. Getver.

    Voilà, bij deze dus gecorrigeerd. En ondertussen heb ik ook een paar familieleden van verre voorouders gevonden. Waar ik eerst alleen Thomas had staan, heb ik nu:

    En ziet, mijn bronnen proper in voetnoten:

    [1]: BS/O Turnhout 1868 nr. 139 Thomas Dehouwer
    [2]: Parochieregister Mol, Begr. 1793 nr. 13 Cornelius De Hauwer
    [3]: BS/H Turnhout 1816 nr. 13 Thomas De Houwer en Jeanne Wynen
    [4]: Parochieregister Mol, Dopen 1767 nr. 32 Petrus Josephus De Houwer
    [5]: Parochieregister Mol, Dopen 1768 nr. 52 Maria Theresia De Houwer
    [6]: Parochieregister Mol, Dopen 1770 nr. 14 Cornelius Franciscus De Houwer
    [7]: Parochieregister Mol, Dopen 1771 nr. 70 Vincentius Josephus De Houwer
    [8]: Parochieregister Mol, Dopen 1774 nr. 46 Maria Anna De Houwer
    [9]: Parochieregister Mol, Begr. 1779 nr. 58 Maria Anna De Houwer
    [10]: Parochieregister Mol, Dopen 1775 nr. 2 Anna Maria De Houwer
    [11]: Parochieregister Mol, Dopen 1777 nr. 75 Antonius Christianus De Houwer
    [12]: Parochieregister Mol, Begr. 1779 nr. 97 Antonius Christianus De Houwer
    [13]: Parochieregister Mol, Dopen 1778 nr. 80 Anna Teresia De Houwer
    [14]: BS/H Turnhout 1855 nr. 83 Henricus Dehouwer & Adriana Van Hove
    [15]: Parochieregister Mol, Dopen 1779 nr. 80 Thomas De Houwer
    [16]: Parochieregister Mol, Dopen 1782 nr. 19 Henricus De Houwer
    [17]: Parochieregister Mol, Dopen 1785 nr. 44 Anna Maria De Houwer

    Met allemaal afbeeldingen van de akten erbij. There’s an old saying in Tennessee—I know it’s in Texas, probably in Tennessee—that says, fool me once, shame on—shame on you. Fool me—you can’t get fooled again.

    En dan nu eens zoeken of ik die Cornelius De Houwer uit Brecht en Anne Catharina Geerts uit Oostmalle kan vinden?

    Cornelius was gemakkelijk, die is blijkbaar in Brecht geboren (of tenminste gedoopt) op 29 augustus 1742, en zijn ouders zijn Petrus De Hauwer en Christina Joossen:

    Een beetje verder zoeken geeft mij ook nog Maria Elisabetha De Hauwer, zus van Cornelius, geboren op 9 september 1745, en kijkeenvogeltje ik ben afgeleid en ik bedenk dat ik in de stamboom een tak ernaast ook nog dingen open staan had, de families Wynen en Meynendonckx uit Arendonck — de ouders van de vrouw van Thomas De Houwer.

    Het was al een hele tijd dat ik Henricus Wynen had staan, maar in diverse online stambomen staat die steevast als Henricus Wynants vulgo Wijnen (Van der Veken), en da’s een mysterie, want ik vond nooit zijn doopakte en voor zover ik zag, was zijn naam in het vervolg van zijn leven altijd gewoon “Wynen” of “Wijnen”. Maar kijk wat ik nu vind, al bladerend door de parochieregisters van Arendonk:

    Ik zei luidop HA!, wegens alles wordt duidelijk:

    [15/5/1754] Baptizatus est Henricus filius illegitimus Maria Van der Veken, qui patris prolis declarabit Petrum Wijnants vulgo Wijnen. Henrici filium susceperunt Adrianus Van der Veken et Maria Wynants vulgo Wynen.

    …en dan in een kleiner handschrift, ertussen gewurmd:

    die 30 octobris 1754 […] parentes contraxerunt matrimonium

    ‘t Is dus een kind dat onwettig geboren is, maar gewettigd is door het huwelijk van zijn ouders een paar maand later. En om de één of andere reden waren de Wynantsen, zowel vader Petrus als meter Maria, bekend als “Wynen”. Later wordt het omgekeerd, en wordt de familie vermeld als “Wynen (alias Wynants)“. Very strange.

    En als ik dan toch bezig was met links en rechts dingen doen, was ik eens gaan kijken naar de moeder van de moeder van de moeder van de vader van mijn vader (mijn “oudgrootmoeder”, zegt Gramps mij): ik dacht dat het Francisca Maria Verbeken was, maar bij nader onderzoek blijkt het Verbueken te zijn. In de geboorteakte van haar dochter staat dat ze in 1815 35 was, en dat ze van Rijsbergen afkomstig was. Rijsbergen in Nederland, dus. Grrrr. Da’s daar altijd zo’n soep met de parochieregisters, dedju.

    Haar overlijdensakte geeft ook niet veel meer informatie — ‘t is zeer zelden dat dit gebeurt, trouwens:

    Hoe triestig. Twee veldwachters komen de dood aangeven:

    de welke ons verklaard hebben dat Maria Francisca Verbueken, naaister, oud twee en veertig jaar, geboren te Rijsbergen en wonende te Turnhout, dochter van de namen harer ouders aan de comparanten onbekend, huisvrouw van Henricus van Hove, timmermand, wonende te Turnhout, dood gevonden is de vijfde van deze maand om tien uur ‘s morgen, op het grondgebied van deze stad, docht bij het galgenhuis

    Op zoek naar de huwelijksakte, dan maar? Ah well: speld in een hooiberg. Geen relevante huwelijken-Van Hove in Turnhout, noch in het ancien régime, noch in de Burgerlijke Stand.

    ‘t Zal voor een volgende keer zijn. Grmbl.

    Résultat des courses voor een paar uur deze namiddag:

    Plus een stapel kinderen en alles natuurlijk. En bronnen en zo.

    En één dezer ga ik dan echt eens verder moeten gaan dan alleen maar namen en data.

  • Morantisch!

    Geen flauw idee hoe ik er op gekomen ben, maar toen keek ik naar de eerste jaargang van de reeks Younger.

    Premisse: Liza is een vrouw van veertig. Ze zat in de uitgeverswereld, trouwde en kreeg een kind, zette haar professionele leven op pauze gedurende vijftien jaar. Blijkt als dochter afstudeert, dat de echtgenoot al het geld vergokt heeft en met een andere aan het flikflooien was.

    Haar dochter zit in India, een scheiding is ingezet, en zij zoekt werk. Wat niet lukt, wegens te oud. Ze moet haar huis verkopen, en trekt in bij haar lesbische kunstenaar-vriendin. Die het plan opvat — omdat Liza er behoorlijk goed geconserveerd uitziet — om te doen alsof ze 26 is. En yep: ze vindt meteen werk als assistente in de PR-afdeling van een uitgever.

    Volgen vriendinnen van in de twintig, een boyfriend die echt wel te jong is voor haar, en mogelijke misverstanden en allerlei.

    Het klinkt schlock, en dat is het misschien ook wel, maar ‘t is zooooooo romantisch.

    Hoboy. Ik zit aan aflevering 9, en ik hoop zo hard dat het allemaal goed komt. Zo spannend allemaal. En zo wijze personages allemaal. Ik zit er zó mee in dat het allemaal goed komt.

  • The Rains of Castamere

    Ik ben geen amateur van gedichten en liederen in boeken — Hey dol! merry dol! ring a dong dillo!Ring a dong! hop along! Fal lal the willow!Tom Bom, jolly Tom, Tom Bombadillo! nog aan toe — maar als er één ding is van het hele Song of Ice and Fire dat nog beter is dan ik het mij ooit had kunen voorstellen: The Rains of Castamere mét muziek erbij.

    Zo gaat het in het boek:

    And who are you, the proud lord said, that I must bow so low?
    Only a cat of a different coat, that’s all the truth I know.
    In a coat of gold or a coat of red, a lion still has claws,
    And mine are long and sharp, my lord, as long and sharp as yours.

    And so he spoke, and so he spoke, that lord of Castamere,
    But now the rains weep o’er his hall, with no one there to hear.
    Yes now the rains weep o’er his hall, and not a soul to hear.

    Een beetje achtergrond: Tytos Lannister wou de vriend van iedereen zijn. De Reynes samen met de Tarbecks rebelleerden tegen de Lannisters, en dat was minstens ten dele zegens de lamme goedzakkerij van Tytos.

    Tywin Lannister, de zoon van Tytos, gedegouteerd door de houding van zijn vader, trekt er met drieduizend infanterie plus kruisbogen en vijfhonderd cavalerie op af, verslaat eerst de Tarbecks (en steekt hun kasteel in brand), en verslaat dan de Reynes.

    De Reynes zaten in Castamere, een grotendeels ondergronds kasteel dat eigenlijk een stuk van hun uitgebrbeide zilver- en goudmijnen was. Tywin beval alle ingangen af te sluiten met rotsen en steen, en verlegde dan een rivier zodat alle driehonderd Reynes verdronken. Het kasteel op de oppervlakte stak hij in brand.

    Nobody fucks with the Jesus Tywin. En dus vandaar de tekst: the proud lord  is Lord Roger Reyne of Castamere, met een rode leeuw op een zilveren veld als blazoen (in a coat of red) terwijl de Lannister een gouden leeuw op een rood veld hebben (a coat of red). En de rains verwijzen tegelijkertijd naar de Reynes en het feit dat ze in een “regen” verdronken zijn.

    In Game of Thrones heeft Ramin Djawadi er ongelooflijk fantastische muziek bijgezet.

    In de eindgeneriek van Blackwater, de negende aflevering van seizoen 2, horen we het Bronn eerst zingen, en dan komt er over de eindgeneriek deze versie door The National:

    Op die manier weten we waaraan we ons mogen verwachten tegen dat het Red Wedding is. En nog wat later, bij de trouw van Joffrey, speelt zowaar Sigur Rós het nummer. Hier in de achtergrond, als een soort depressieve minstrelen, en hier in het proper met goede klank:

    En kijk nu wat er tegenwoordig de ronde doet van het internet: Serj bloody Tankian, live. Ik zou geld geven voor een degelijke opname, ik.

  • Van Halen (maar niet dié Van Halen)

    Ik kwam in een boek dat ik aan het lezen ben een naam tegen die mij totaal vreemd was, maar waar ik meteen door geïntrigeerd was: Juan Van Halen y Sarti.

    De “Van Halen” in zijn naam slaat op het stadje Halen in Limburg, tussen Diest, Herk-de-Stad, Lummen en Geetbets. Rond 1300 verhuisde Giovanni de Mirabello, een rijke handelaar uit Asti in Piëmont, naar Vlaanderen. Zijn familie was al een paar decennia zwaar bezig met financiën, en Giovanni was samen met zwaartepunt van de zaken naar Vlaanderen verhuisd. Dat, en dat hij redelijk wat leningen lopen had bij het graafschap Vlaanderen.

    Hij kocht samen met zijn broer Manfredo heelder landerijen in de buurt van Halen, met ondermeer een kasteel-met-slotgracht, en ze begonnen zich Heer van Halen te noemen.

    De zoon van Giovanni, Simon, trouwde in 1324 met Isabella van Lierde, een natuurlijke dochter van de Graaf van Vlaanderen. Hij kreeg de titel van Baron, en werd in 1339 zelfs landvoogd van Vlaanderen.

    Eeuwen later zitten de Van Halens in stapels landen verspreid, onder meer ook in Spanje.

    Juan Van Halen y Sarti (1788-1864) is de zoon van Antonio Lucas Van Halen en Francisca Sarti Castañeda. Antonio Lucas (°1760) is de zoon van Jan Van Halen, geboren in Weert in Limburg in 1702 en naar Cadiz verhuisd, en van Brigid Murphy y Wadding, geboren in Cadiz in 1724 maar dochter van twee rijke Ierse handelaars.

    Maar het leven van Juan Van Halen y Sarti! In 1803 verlaat hij zijn geboortestad Cadiz als kadet in de Spaanse Armada, en zit hij onder meer in Cuba en Mexico.

    Tijdens de Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1808-1814) staat hij eerst aan de kant van de Fransen en helpt hij Koning Joseph Bonaparte van Spanje naar Frankrijk vluchten in 1813. In 1814 loopt hij over naar de Spanjaarden, vervalst hij de handtekening van een Franse maarschalk om bevelhebbers van een reels forten te doen geloven dat de oorlog gedaan is zich over te geven. In 1815 haalt zijn voorgeschiedenis hem in en hij wordt ter dood veroordeeld.

    Hij ontsnapt in 1817 en vlucht naar Sint-Petersburg in Rusland, waar hij er in slaagt kolonel te worden in het Caucasus-dragonderregiment. Hij blijft een jaar vechten in Georgië tot Tsaar Alexander I hem te liberaal vindt en hem naar het Oostenrijkse Front stuurt. In 1821 is hij terug in Spanje, om te vechten in de revolutie tegen Koning Ferdinand VII.

    Die revolutie mislukt, en Van Halen vlucht naar de Caraïben. Hij woont drie jaar lang in Cuba, maar doet ook zaken in New York en Philadelphia. In 1830 keert hij terug naar Europa, om te vechten in de Belgische Revolutie. Daarna neemt hij een brigade Belgen mee om te vechten aan de kant van de Portugese Liberalen tegen Koning Miguel I, en dan tegen de Carlisten in Spanje die Carlos V van Bourbon en nageslacht weer op de troon wilden heisen.

    In 1833, na de dood van Koning Ferdinand VII, verhuist hij weer naar Spanje, maar als zijn vriend Generaal Espartero verbannen wordt naar Engeland in 1843, verhuist hij mee. Hij keert pas in 1854 weer terug naar Madrid, en overlijdt in 1864, vreemd genoeg, in zijn geboortestad Cadiz.

    Maar serieus. Zó een leven.

  • Nog veel opzoekwerk te doen

    Ik dacht, ik visualiseer het eens op een andere manier (klik voor groter formaat):

    In het midden sta ik, links mijn vader, rechts mijn moeder. Linksboven de moeder van mijn vader en haar voorouders, rechtsboven de vader van mijn moeder en zijn voorouders, rechtsonderaan de moeder van mijn moeder en haar voorouders, rechtsonderaan de vader van mijn vader en zijn voorouders. Elf generaties, maar uiteraard heb ik niet alles gevonden.

    Lichtgrijs is wat ik nog naar op zoek ben van voorouders. Donkergrijs zijn mensen die ik –volgens mij– nooit meer ga kunnen vinden, wegens archieven vernietigd of verdwenen. Het spietje rood, da’s de vader+voorouders van iemand waarvan de vader onbekend was. De moeder werkte in een rijk huishouden in Keulen, een mens zou dus kunnen vermoeden dat een zoon van het huishouden ze bezwangerd heeft — maar da’s zuiver speculatie, voor hetzelfde geld was het iemand volledig anders.

    En elk dood eind heeft zijn eigen problemen: Cristina Bourtscheidt uit Keulen (die ongehuwde moeder), is rond 1817 geboren in Sürth, in Keulen, maar die geboorteregisters staan niet online. (En dus zou ik moeten naar daar gaan, of iemand vinden die daar woont, en hopen dat de archieven niet kapot zijn gegaan bij het instorten van het archief een tijdje geleden.)

    Emmanuel De Wagenaere moet ergens rond december 1738 geboren zijn, maar geen idee waar — het meest logische zou zijn in Stekene, maar daar is hij niet te vinden. (En dus moet ik hopen dat iemand anders een Emmanuel De Wagenaere, zoon van Corneille Waegenaer / De Waegenaere / De Waghenaere en Angeline Van [achternaam onleesbaar] heeft gevonden, of moet ik alle Waegenaers en gelijkaardige in binnen- en buitenland opzoeken.)

    Philippe Gilliet, daarvan weet ik dat hij in 1775 getrouwd is, dat hij in 1777 in de Sint-Salvatorparochie in Gent woonde en geboren is in de Sint-Pietersparochie, dat hij in de Tijkstraat gewoond heeft, maar verder verdrinkt hij in een zee van verschillende Gilliets die allemaal in de jaren 1700 in Gent woonden. En zou hij ook zomaar even uit Brussel kunnen gekomen zijn, en niets met die andere Gentse Gilliets te maken gehad hebben.

    Allemaal individuele problemen en dingen, en om de zoveel tijd is er eens een doorbraak.

    En dan vraag ik mij soms af wat er met al dat opzoekwerk zal gebeuren als ik er niet meer ben. 🙂

  • MICROSOFT IS KAPOT!!!

    Nee maar serieus:

    outage

    OneDrive is naar de zak! Het is vanmiddag al begonnen, heb ik de indruk: ik heb drie keer volgens mij dezelfde file doorgemaild, maar dat bleek twee keer de verkeerde te zijn.

    Een bestand met dezelfde naam, maar wel een vorige versie: zeer vies, vooral omdat ik er eentje naar een klant gestuurd heb, en dat dat niet de bedoeling is, niet-affe zaken naar klanten sturen.

    Enfin, geen potten gebroken, maar toch.

    Vanavond kom ik thuis en wil ik verder doen aan iets waar ik gisteren op een andere computer aan begonnen was, en lap: niets. OneDrive zegt dat hij aan het inloggen is.

    Neen dus. Want ook op de website van OneDrive lukt het niet om in te loggen:

    oh noes

    Het is een Wreed Gemakt tot het de soep indraait, die hele In De Klaaaauwd.

    Enfin, bij Microsoft zijn ze er alvast van op de hoogte, ‘t is te hopen dat het niet te erg is.

    status

  • Kleine kindjes worden groot

    Hoe machtig schoon is dit niet?

    Het laatste jaar van de school van Zelie, met Zelie er dus ook bij. Eén voor één foto’s van wat ze vroeger dachten dat ze zouden worden. De verwachtingen zijn ondertussen ‘t schijnt wel hier en daar wat bijgesteld, maar serieus: hoe schoon is dit niet?

  • Zalmimprovisatie vandaag

    Vorige week hebben we een Beef Wellington proberen doen. Dat is gelukt, min of meer, in die zin dat het er wat te lang in gezeten had en dat ik minder op de thermometer moet vertrouwen, maar dat het wel allemaal in orde was van smaak — geïmproviseerde duxelle en alles.

    Vandaag heb ik iets gelijkaardigs geprobeerd: zalm in bladerdeeg.

    Ingrediënten

    • een handvol elk van dille, bieslook, munt, en basilicum
    • twee potjes ricotta
    • peper en zout
    • twee grote stukken zalm
    • twee grote vellen bladerdeeg

    Werkwijze

    • Kruiden fijnhakken en mengen met ricotta, naar smaak peper en zout.
    • Oven voorverwarmen op 180°.
    • Zalm afdeppen en op bladerdeeg leggen.
    • Ricotta met kruiden op zalm draperen.
    • Bladerdeeg toevouwen.
    • In de oven steken, een minuut of 25.

    Hey presto:

    Een beetje laten rusten, snijden met een broodmes en tadam!

    Het was geheel voor herhaling vatbaar, om geheel geïmproviseerd te zijn.

  • Toekomst op komst!

    Er gaat geen week voorbij of ik denk er aan om iets te schrijven dat begint met Ik kan het haast niet geloven, maar het is al…

    Yep, het zijn alweer bijna examens. De halfvastenfoor staat er al bijna, en dat wil zeggen dat het ook op de universiteit bijna examens zijn. Het was nog maar net nieuwjaar (de kerstverlichting hangt er bij ons nog), en het is al bijna paasvakantie.

    En als het bijna paasvakantie is, wil dat zeggen dat het jaar bijna gedaan is. En dat we een dochter zullen hebben die universiteit zal doen. Aan de Blandijn, hoe hard ze het ondertussen ‘Campus Boekentoren’ ook willen noemen.

    We zijn vandaag naar de infodag van de Letteren en Wijsbegeerte gegaan. “We”, ja. Ik en Zelie, niet wegens dat ze het niet zou kunnen zelf, of dat ze mijn hulp nodig heeft of wat dan ook, maar omdat het wijs is om dingen samen te doen, nu het nog kan.

    Duuuuus: wij om negen uut stipt in auditorium E. Dat er vreemd genoeg precies zo uitziet zoals het in mijn geheugen zat — in tegenstelling tot de trappen aan de ingang van de Blandijn, die in mijn hoofd vier keer zo hoog waren als ze bleken te zijn.

    Intro door de decaan, uitleg door Professor Bourgeois (hoeveel ik ook probeer, ik krijg Zelie maar niet in de richting geschiedenis en/of archeologie geduwd, pff), en dan een eerste testles. Latijn, niet omdat ze dat per se wil doen, maar wel omdat het ontderwerp er interessant uitzag: lineair lezen.

    Nemen we een willekeurige Latijnse zin:

    Belgae patrum nostrorum memoria omni Gallia vexata, Teutonos Cimbrosque intra suos fines ingredi prohibuerunt

    Voor bovenstaande zin naar Caesar (DBG II.4) betekent dit een aanpak in volgende stappen:

    1. We slaan de hele zin over omdat het werkwoord normaal gezien aan het einde staat. Inderdaad vinden we daar de vervoegde vorm prohibuerunt en we gaan er dus van uit dat dit de persoonsvorm is.
    2. Intussen hadden we al wel in de gaten dat de zin begon met een vorm Belgae die op de plaats staat waar het onderwerp verwacht kan worden, namelijk zo ver mogelijk van de persoonsvorm af.
    3. Met een beetje geluk weten we dat het werkwoord prohibere zoiets betekent als ‘verbieden’ (anders lukt het ons misschien dit in het woordenboek tussen de verschillende mogelijkheden terug te vinden) en dan hebben we dus een lijdend voorwerp nodig. Dwalend door de zin komen we de groep Teutonos Cimbrosque tegen die in de accusatief staat en dus voldoet aan de eis voor het lijdend voorwerp.
    4. Nu beginnen de problemen want onze automatische piloot kan hier niet verder. Maar misschien beseffen we nog net dat je normaal gesproken iemand verbiedt om iets te doen. Dus hebben we een tweede werkwoord nodig, liefst in de infinitief. Inderdaad vinden we in de zin ook de vorm ingredi (en we gaan er even van uit dat iedereen deze deponente vorm onmiddellijk kan herkennen).
    5. Nu betekent ingredi zoiets als ‘binnengaan’. Dat betekent dus dat ergens binnengegaan moet worden en dat brengt ons bij het volgende element dat we nodig hebben: intra suos fines.
    6. Hier stopt het. Al de rest is invulwerk. Wat we nog geen plaats hebben gegeven (patrum nostrorum memoria omni Gallia vexata), proberen we nu op een of andere manier in te passen. Gelukkig bestaan daarvoor ook een paar standaardmethodes met als belangrijkste de Losse Ablatief: die past op elk potje zolang het om ablatieven gaat!

    Wie zich als gepassioneerd lezer met Latijnse teksten bezig houdt, voelt hoe heel deze aanpak botst met de schoonheid van de teksten en met een realiteit die men niet kan ontkennen. Geen Romein kan op die manier gelezen hebben, want dan stelt zich de vraag waarom een schrijver het zijn lezers zo onmogelijk gemaakt heeft! Bovendien mag ik niet vergeten dat een Romein eigenlijk met zijn oren las: teksten werden geschreven om voorgelezen en dus gehoord te worden. ‘Stille’ lectuur bestond wel – althans in de zin van een individuele en persoonlijke lectuur – maar was niet de regel. Indien de analytische leesmethode nu vertaald wordt naar de Romeinse manier van lezen, blijkt een Romein een zin te hebben gehoord die allesbehalve Latijn is:

    prohibuerunt Belgae Teutonos Cimbrosque ingredi intra suos fines patrum nostrorum memoria omni Gallia vexata

    Het is duidelijk wat hier gebeurd is: het Latijn is benaderd alsof het Nederlands of om het eender welke moderne taal was. De analytische leesmethode heeft geen respect gehad voor de wijze waarop de Romein zijn taal benadert maar gedaan of deze gelijkgesteld mocht worden aan het moderne taalgebruik. Wie wenst te begrijpen wat er in de Latijnse zin dan wel aan de hand is, moet in de eerste plaats uitgaan van de woordvolgorde zoals deze in de Latijnse zin gehanteerd wordt.

    Ja, zeer interessant en zo dus wel. De uitleg werd niet gegeven door Prof. Wim Verbaal zelf (tekst hierboven uit: Verbaal, Wim, “Leren lezen als Romeinen: niet enkel een kwestie van syntaxis!”, in De Herdt, Katja (red.),  Taal in tekst. Taalbeschouwing in het klassieketalenonderwijs, Academia Press, Gent, 2015, p. 7-38) [is mijn citeerstijl eigenlijk nog in orde, vraag ik mij af?], al stond hij wel in het leslokaal achteraan te monkellachen. Het was een sympathieke meneer die ook in het echt leraar Latijn op een middelbare school was, en dat ik meteen zin had om weer Latijn te doen.

    En dat het mij deed denken aan het fijne artikel over Reginald Foster, The Vatican’s Latinist, en hoe die een heel ander curriculum volgt dan klassiek (ha!) gedaan wordt:

    The vast majority of students who study Latin study five or fewer authors (Caesar, Cicero, Vergil, Ovid, and Catullus), and take four or more years to see even those five. A select percentage of students may read as many as half a dozen more. But students who studied with Foster in 2011 read what can be found in Ossa: all of those five authors, plus Roger Bacon’s Compendium of Philosophy, Lucretius’s On the Nature of Things, the correspondence of Marcus Aurelius with his teacher Fronto, Seneca’s Consolation to Helvia, Raphael’s epitaph, the personal letters of Anselm of Canterbury, the dedicatory plaque of the cathedral of Milwaukee, Boccaccio’s On Famous Women, Tacitus on the Germans, Clement XIV on the suppression of the Jesuits, Kepler’s Commentary on Galileo’s Starry Messenger, Walter of Chatillon’s twelfth-century Satire Against the Curia, Antonius Galateus’s Hermit, Giovanni Pietro Maffei’s sixteenth-century description of China, documents from the Councils of Constance, Trent, Vatican I and II, and dozens more texts by dozens more authors: Livy, Raymond Lull, Ambrose, Bede, John Paul II, Thomas More, Tibullus, Plautus. Foster’s method put back together what language courses generally separate: the experience of learning a language and the cultural value of knowing it.

    Daarna zijn we uitleg gaan vragen over hoe het jaar aan te pakken zou zijn als Zelie van september tot bijna eind februari in Engeland zit. Blijkt dat het allemaal wel kan, een half jaar later beginnen, maar dat het paradoxaal genoeg voor de meest vreemde vakken niet mogelijk is om in te pikken in het midden van het jaar. Engelse taalvaardigheid bijvoorbeeld: ik ga ervan uit dat het wel in orde zit met die taalvaardigheid, maar blijkbaar is het een cursus vol huiswerk en permanente evaluatie en zo, en dus pech: het is aanwezig te zijn.

    Dan zou ze dus ergens op het einde van het parcours nog een half jaar cursussen te doen hebben, en heel de tijd te paard tussen twee jaar zitten. Ahem.

    Tijd voor een tweede proefles. Ook niet dat ze dat ooit zou doen, maar uit leutigheid eens gaan luisteren naar Zweeds. Freek Adriaens ging meteen in het Zweeds. Los ervoor. En, gvd, los ook voor interactieve les. Ik heb sinds lang niet meer zo nerveus gezeten. Elke keer ik dacht dat het gedaan was, bleef hij verder doen. Jag kommer från Gent en ge moogt er zeker van zijn dat jag talar ingen svenska, ik zat daar met zweethanden dat hij mij er een tweede keer zou uitpikken.

    We hebben na de les nog een paar studenten Duits gesproken, en die wisten ons te vertellen dat het meer voor de hand zou liggen om meteen te beginnen aan het begin van een academiejaar, maar dan eerst een paar vakken te doen die haar zouden interesseren — en misschien ook al een paar vakken zoals Visuele cultuur of Geschiedenis en cultuur van de Angelsaksische landen: dingen die in het tweede semester worden gegeven en geen voorkennis nodig hebben, maar wel al handig zouden zijn om achter de rug te hebben.

    Gah. Klinkt niet verkeerd. Dan wordt het een interessant ‘eerste’ semester volgend jaar, en een iets lichtere eerste bachelor het jaar erna. Waar dan misschien weel wat plaats is voor nog wat bijkomende vakken.

    En ja, het komt allemaal veel dichterbij, ja. Veel dichter. Zeer snel.

  • Links van 16 maart 2017 tot 18 maart 2017

    Israel is imposing ‘apartheid regime’ on Palestinians, UN agency says | The Independent
    A UN agency has accused Israel of imposing an “apartheid regime” of racial discrimination on the Palestinian people, and said it was the first time a UN body had clearly made the charge. Israel's Foreign Ministry spokesman likened the report, which was published by the UN Economic and Social Commission for Western Asia (ESCWA) on Wednesday, to Der Sturmer—a Nazi propaganda publication that was strongly anti-Semitic.

    Havas Freezes All Google and YouTube Ad Spend in the U.K. | Agency News – AdAge
    "Havas Group U.K. has taken the decision on behalf of its U.K. clients, which include O2, Royal Mail, BBC, Dominos and Hyundai Kia, to pause all YouTube and Google Display Network (GDN) investment until further notice," the agency group said in a statement on Friday. The pullout comes amid growing scrutiny of the digital ad business, with marketers demanding progress in challenges such as ad fraud, measuring ad viewability to gauranteeing brand safety online.

    Spoiler Free Movie Sleuth: News: Syfy’s The Expanse Gets A Third Season Renewal
    The popular sci-fi television series will get a 13 episode third season, which will premiere sometime in 2018. The series has drawn critical praise and has a strong following amongst many fans of the sci-fi genre. Season two currently airs on Wednesdays on NBCUniversal, with the rating average at 0.2 in the 18-49 demographic.

    Iran’s ‘exemplary’ refugee resettlement efforts praised by UN | The Independent
    Iran, one of the states targeted by Donald Trump’s Muslim ban, is a country from which the US could learn a lot on the resettlement of refugees, the UN has said.  The Soviet War in Afghanistan displaced six million people to neighbouring Iran and Pakistan in 1979. Almost four decades later, the Tehran government still shelters around one million registered Afghans, and up to two million are thought to also be living in the country – making Iran home to the world’s fourth largest refugee population.

    Weg met bio? – De Standaard
    Ik ben altijd wantrouwig als het meteen los emotionele argumenten zijn en hyperbolen en persoonlijke intentieprocessen. Wat niet wil zeggen dat de schrijver noodzakelijk ongelijk heeft, maar wél dat het mij al op voorhand tegensteekt om het zelfs te lezen: "Los daarvan heb je agrobusiness-lovers die gebeten zijn op de biologische landbouw. Gisteren lieten ze weer van zich horen op de website van deze krant met als woordvoerder Stijn Bruers. Gek toch dat hij en sommige anderen zoveel moeite steken in het bestrijden van de kleine sector van biovoeding. Zou dit de stok zijn om toch maar een hond mee te kunnen slaan, zodat de business as usual – de industriële landbouw – buiten schot blijft?"

    Milieuactivist en ecoloog: Stop met bio-producten | Nieuws | AD.nl
    Met nieuws, duiding en meningen krijgen wij een beeld van grote, ingewikkelde thema's. Maar soms hebben we iemand nodig die ons weer laat twijfelen. Daarom een reeks interviews met dwarsdenkers. Vandaag: Koop geen biologische producten, zegt de Belgische ecoloog en milieuactivist Stijn Bruers. ,,Ze zijn niet gezonder en niet beter voor het milieu.''