• Aftellen

    Ik ga volgende week op vakantie, hoezee! We gaan daar niet te veel over zeveren: de motivatie is soms wat ver te zoeken. Het werk zelf blijft interessant en de collega’s waar ik mee samenwerk ook, maar het werk is ook meer dan alleen het werk en het weegt soms wat door.

    Afijn. Een dikke drie weken niets doen, denk ik. Mogelijks gaan we ergens naartoe met ons getweeën terwijl de kinderen op scoutskamp zijn. Ik had gekeken of het mogelijk was naar IJsland te gaan, en dat bleek niet eens zo duur te zijn (400 euro voor een vlucht heen en weer en zeven dagen overnachting, voor twee mensen). Maar dan zouden we daar nog een auto of zo moeten huren, en belangrijker: we zouden er vijf dagen in quarantaine moeten zitten vóór we ergens anders naartoe zouden mogen gaan. Dus niet, dan maar.

    Misschien eens naar La Louvière of Dikkelvenne of Vresse-sur-Semois of zo voor een citytrip. Al hebben we wel geen auto, wegens dat Zelie er mee naar de scouts is.

    Ondertussen tel ik af. Donderdag, vrijdag, maandag een halve dag en dan zijn we er.

  • Te lezen, addendum

    Het wordt nu wel helemaal belachelijk, dat wel. Maar dit is er dus bijgekomen. Aanraders waar ik zelf niet op zou gekomen zijn, zijn de beste aanraders.

  • Te lezen

    Ik ben door een reeks boeken aan het raken. Tijd voor een nieuwe reeks boeken. Ik dacht dat ik wat zou verbreden van wat ik normaal gezien lees, een mens weet nooit.

    Alhoewel, natuurlijk: die “young adult fantasy science fiction romance”-reeks van Marissa Meyer (neen, niet Marissa Mayer) is dan wel weer helemaal genrepatroonbevestigend. Langzamerhand vullen mijn Goodreads-aanbevelingen zich met de bibliotheek van een vrouwelijke dertienjarige nerd.

    Ja, ‘t is wat overmoedig om zoveel dingen tegelijkertijd op de leesplank te smijten. En ja, ‘t zou heel goed kunnen zijn dat ik het na één boek van één van die reeksen al beu ben — dan ga ik niet dwangmatig alles lezen, ge moogt er gerust van zijn.

    (Ik heb er in extremis Geert Mak nog aan toegevoegd, want daar was ik toch al aan bezig.)

  • Throne of Glass #7: Kingdom of Ash

    ‘t Is gedaan!

    ‘t Is gedaan!

    Het was een einde waar alle losse draden van de vorige boeken bij elkaar kwamen, en ge houdt het niet voor mogelijk, maar er kwamen zowaar nog een deus ex machina of twee aan te pas ook. En ‘t is niet alsof ze echt nodig waren of iets — gewoon twee legers die vanuit het niets tevoorschijn kwamen.

    Maar dat zijn details. In het algemeen een degelijk einde van een degelijke reeks.

    Iedereen is proper verzeild geraakt waar ze moesten verzeild geraken, niet iedereen had plot armour (ik kijk naar u, seizoen 8 van Game of Thrones), mensen zijn gegroeid en cirkels zijn rond.

  • Throne of Glass #6: Tower of Dawn

    Wel wel wel wel wel. Wat krijgen we nu? Had ik het niet gezegd? Dit boek speelt zich parallel af met Empire of Storms en vertelt het verhaal van Chaol Westfall, sinds kort Handof the King maar ongelukkiglijk verlamd aan de benen, en zijn recente nieuwe vlam Nesryn Faliq, sinds kort de nieuwe baas van de Koninklijke Wacht.

    Ze trekken naar het Zuidelijke Continent, waar Chaol hoopt genezen te worden door de genezers van de wereldberoemde Torre Cesme, en waar ze kwamsuis ook hopen een alliantie te versieren met de machtige Khagan van Antica.

    Blijkt, als ze toekomen, dat het allemaal zo simpel niet is. Antica is niet zoals waar ze vandaan komen, een soort middeleeuws-achtige samenleving, maar een duizend-en-één-nacht-achtige wereld (compleet met rocs, euh, ‘t is te zeggen, ruks). En de Khagan is weliswaar oppermachtig, maar enerzijds zijn er ook stapels hofintriges (met allemaal zoons en dochters die hopen erfgenaam te worden), én is zijn geliefde jongste dochter net gestorven.

    Een man en een vrouw komen toe: een mens kan er gif op innemen dat die gaan gepaard worden aan een nieuwe partner. Wat uiteraard gebeurt.

    Het vorige boek was zó hard op een cliffhanger geëindigd en Chaol en Nesryn konden mij eigenlijk niet vreselijk meer schelen, maar na een paar pagina’s zat ik helemaal in hun verhaal, en het heeft mij niet meer losgelaten tot het einde.

    Andermaal zeer content van. (Andermaal schlock natuurlijk hé, maar dat kan mij zo hard niet schelen.)

  • Throne of Glass #5: Empire of Storms

    We beginnen met Elide, die door haar oom zwaar mishandeld werd (genre gebroken voet en niet verzorgd maar heel de tijd in kettingen gehouden waardoor ze nu een misvormde kreupele voet heeft), die op weg is zowel naar Aelin (de koningin, die ze van haar noch van pluimen kent, maar waar ze mee wil meewerken) als naar Celaene (in opdracht van een personage dat in het vorige boek schielijk kwam te gaan). En natuurlijk beseft ze geen moment dat Aelin en Celaena één en dezelfde persoon zijn.

    Onderweg komt ze Lorcan tegen, één van de collega’s van Rowan, ook eeuwen oud, en ge kunt u al inbeelden wat er gebeurt als een meisje van 18 een man van eeuwen oud tegen komt: ze worden onherroepelijk op elkaar verliefd.

    (Het moet toegegeven: dat verliefd worden duurt wel meestal een heel boek, of soms nog langer. Geen instaverliefdheid bij Sarah J. Maas, of het moet zijn dat ze het pas achteraf toegeven, zo van “ik was eigenlijk al maanden geleden zeker dat gij de ware waart” “maar allez ik ook hoe zot jong”.)

    Tegelijkertijd komt Aelin met gezelschap in Terrassen toe, en verwacht ze met grote trom verwelkomd te worden als koningin. Neen dus: er is een raad van edelmensen, en ze heeft stomgaweg niet genoeg stemmen om meteen een kroon op te eisen. Niét wat ik verwacht had, en (dus?) wel wijs.

    Verder ook shenanigans rond de heksen, alwaar Manon Blackbeak (wat een fijn personage) en haar Dertien alsmaar dichter bij breken met de rest van de heksen komen — tot die breuk er onvermijdelijk komt. De manier waarop, en de details: *chef’s kiss*.

    Ik dacht dat we in het tweede deel van het boek zouden terugkomen op Chaol, die met zijn nieuw lief afgezakt was naar de genezers van de Torre Cesme (om enerzijds te proberen zijn gebroken rug te genezen, maar anderzijds ook te proberen de machtige keizer te overtuigen om mee te vechten tegen de Schlechte Schlechteriken) — maar neen: niéts van Chaol in dit hele boek. We mogen hem dus in het volgende verwachten, vermoed ik.

    Ja, ‘t las weer snel. En ‘t was weer van hetzelfde vat getapt (begin er zelfs niet aan als zinnen als “She was delicately built, small enough that he might have thought her barely past her first bleed were it not for the full breasts beneath her close-fitting leathers” u storen). En er zat iéts te veel deus ex machina in om geloofwaardig te zijn (Aelin doet álles achter rug van iedereen, krijgen we de indruk).

    Maar ik ben een eenvoudige mens, zoals ik al meermaals gezegd heb. Ik kan daarvan genieten. Nog twee boeken en ‘t is gedaan. Spannend! (Ook al omdat het einde zwaar shock! horror! was.)

  • Wég bladluizen!

    Het is een groot gemak, als het zichzelf zo’n beetje reguleert. Ik heb een beetje compassie met de lieveheersbeesten die tegenwoordig geen eten meer hebben:

  • Throne of Glass #4: Queen of Shadows

    Shock Horror! (niet echt) Celaena Sardothien is niet Celaena Sardothien, ze is zowaar Aelin Galathynius en een koningin!

    Dat zat er lang aan te komen natuurlijk, maar ‘t is wel enorm verfrissend hoe Celaena Aelin met het gegeven omgaat: gewoon doorgaan op hetzelfde elan van de vorige drie boeken. Niets te nederigheid of voorzichtigheid: het is haar recht, en zij is nu machtig, en ze doet gewoon wat ze wil doen.

    Prins Dorian zit ondertussen zwaar in de miserie — genre “bezeten door een Schlechterik van een Andere Wereld” miserie. Chaol Westfall, love interest van twee boeken geleden, zit ook in zware miserie — genre “ik heb mijn prins in de steek gelaten en al de miserie is mijn schuld” miserie.

    Verder zijn we al zo ver in het verhaal dat er niets over te zeggen is zonder nog zwaarder te spoileren, dus houd ik het op: jawel, nog altijd goed. En ik kijk nog altijd uit naar het vervolg.

  • Throne of Glass #3: Heir of Fire

    Jajajajajaja. Ik zei het nog, op het einde van het vorige boek: Celaena gaat naar een ander continent waar de Fae wonen (en waar ze niet meer in de magie-onderdrukkende dinges zit die al tien jaar in effect is op har eigen continent).

    Ze wil een audiëntie bij Maeve, de koningin van de Fae, maar vóór ze daar mag, moet ze een spoedcursus “hoe gebruik ik mij magie gelijk een mens die zijn magie kan gebruiken” volgen.

    Die gegeven wordt door Rowan. Lord Rowan Whitetorn, zo ongeveer de meest machtige Fae die rondloopt. Die, inderdaad, honderden jaren oud is. En, inderdaad, ongelooflijk knap. En, jawel, getormenteerd.

    Ze kunnen mekaar, uiteraard, absoluut niet af. Tot ze elkaar, uiteraard, vinden.

    Ik ben een eenvoudige mens: ik zie personen naar elkaar toegroeien, ik vind dat schoon. Dit is andermaal geen grote literatuur. Maar dat is het allerlaatste waar ik van wakker lig. Ik ben content dat het verhaal niet in mekaar stuikt. Dat het spannend blijft, en onvoorspelbaar. En dat de personages meer en meer diepgang krijgen.

    Op naar het vervolg!

  • Den hof: tomaten status update

    Read ’em and weep:

    De tomaten beginnen te groeien! (Eindelijk.)

    Kijktekeerier jong.

    Nu alleen hopen dat de planten niet instuiken onder het gewicht van de tomaten.

  • Throne of Glass #2: Crown of Midnight

    Calaena Sardothien heeft — ge raadt het nooit! — de wedstrijd gewonnen om royal assassin the worden. Maar in het geheim is ze helemaal niet zo loyaal aan de koning als ze doet uitschijnen: mensen die ze moet gaan vermoorden biedt ze de keuze tussen de dood en voor altijd en eeuwig wegvluchten.

    Oh, en liefdesdriekhoek ook, of toch minstens -achtig. Op het einde van het vorige boek heeft de kroonprins waar ze samen mee was haar gezegd dat nu ze officieel een werknemer wordt, het allemaal veel te complex zou worden om verder een relatie te hebben.

    En wie komt er dan in het vizier? Zeer zeker: Chaol Westfall, de kapitein van de koninklijke wacht, die haar in het vorige boek heeft getraind.

    Om te beginnen: dit is een véél beter boek dan het eerste. De personages evolueren allemaal, ze maken ook allemaal fouten (soms dramatische fouten), en het is nooit voorspelbaar waar het allemaal naartoe gaat.

    Okay, een aantal dingen blijven te voorspellen: dat Celaena net zoals alle andere hoofdpersonages uiteindelijk met haar/zijn soulmate zal eindigen, dat in het land waar magie nu op onnatuurlijke wijze tegengehouden wordt die magie uiteindelijk wel weer zal terugkomen, dat Celaena niet zomaar een wees zal blijken te zijn, etc., etc.

    Maar het kan nog alle kanten uit. En het ziet er naar uit dat de wereld serieus veel opengetrokken wordt: er blijken allerlei dingen aan het gebeuren die eigenlijk hun wortels hebben in iets dat 1000 jaar geleden gebeurde, er komt een mysterieus personage de stad in dat een heks blijkt te zijn, en op het einde van het boek gaat Celaena naar een ander continent (dat bewoond wordt door Fae en waar magie wel nog werkt).

    Ik voorspel dat Celaena op een honderden jaren oude Fae verliefd wordt en omgekeerd. Dat zou namelijk precies hetzelfde zijn als in die andere reeks van haar die ik las.

  • Den hof: paraplu

    Het was lang droog, maar nu regent het veel te veel naar mijn goesting. ‘t Is altijd iets, pff.

    Aan de positieve kant: het levermos staat in bloei! Parapluutjesmos hoezee!

    De palmboompjes zijn de vrouwelijke geslachtsdelen, de schijfjes op een stok de mannelijke. En de bekertjes op de “bladeren” zijn voor de ongeslachtelijke voortplanting. Ik was eerst wat bang dat dat levermos de hele oppervlakte zou bedekken, maar ‘t valt mee: zelfs op de foto hierboven komt er nog wat kruiptijm door, en op de donkerste (en meest vochtige) plaatsen van den hof zijn het de stekelnootjes die alles overnemen.

    Ik hoop serieus dat al die vochtigheid de nieuwe kruiptijm niet dood doet voor hij de kans heeft gehad wat te groeien.

    Het is allemaal serieus zompig tegenwoordig namelijk. 🙁

  • Throne of Glass #1: Throne of Glass

    Ik was zo kwaad op mezelf toen bleek dat bij boek drie van de Black Witch Chronicles de reeks niet gedaan was, dat ik mij meteen had voorgenomen om een reeks van die auteur te lezen die wél al afgelopen was. Vandaar dat ik uitkwam op Throne of Glass: zeven boeken en nog wat ander grut, maar het laatste boek is al van 2018, dus geen groot risico dat het niet gedaan is.

    “Fans of Game of Thrones and The Hunger Games will love it!” roept Colleen Houck, New York Times bestselling author of the Tiger’s Curse series op het voorblad, en wie ben ik om het woord van Colleen Houck, New York Times bestselling author of the Tiger’s Curse series in twijfel te trekken?

    Het verhaal begint, tja, zoals ik wel meer verhalen heb weten beginnen. Celaena Sardothien is de meest gevaarlijke moordenaar ter wereld. Ze is ook nog maar 18 en ze zit in het begin van het verhaal al een jaar opgesloten in de zoutmijnen van Endovier (waar andere mensen het uiteraard nooit een jaar uithouden, dat spreekt vanzelf).

    De knappe prins Dorian komt af en wil ze haar vrijheid geven, op voorwaarde dat ze meedoet aan een competitie om de nieuwe koninklijke moordenaar te worden. (Royal assassin klinkt beter dan koninklijke moordenaar, ahem ja.)

    De competitie zijn een grotendeels naamloze groep ongeregeld van rond heel het land: dieven, militairen, veroordeelde moordenaars, yadayada. Ze worden vreemd genoeg ook nog eens allemaal getraind om mee te doen aan de wedstrijd, die gedurende ene periode van ettelijke maanden plaatsvindt, met om de zoveel tijd een verrassingsopdracht waar de slechtste afvalt, tot er twee overblijven die dan in duel zullen gaan met mekaar.

    Celaena wordt getraind door Chaol Westfall, de knappe (tja, uiteraard) kapitein van de koninklijke wacht. En dan blijkt de prins (uiteraard) zowaar geïnteresseerd in haar.

    Het was uiteraard meteen duidelijk wie de twee waren die gingen duelleren (spoiler: Celaena is één van de twee), wat de spanning wel wat wegneemt — blijkt dat Celaena (verrassing) Meer Is Dan Op Het Eerste Zicht Bleek. En dat ze haar best moet doen om niet té goed te zijn.

    En dna plots: één van de deelnemers wordt gruwelijk vermoord. En dan nog één. En nog één.

    The Game is Afoot!

    We gaan daar heel eerlijk in zijn: het is slécht geschreven. Het plot hangt met haken en ogen aan mekaar. Het centrale element in het verhaal, die wedstrijd, begint met uitgebreide omschrijvingen van de opdrachten, maar verschuift op den duur zó naar de achtergrond dat het soms maar iets is in de zin van “ondertussen waren er weer drie opdrachten geweest”.

    De relatie tussen Celaena en Dorian en Chaol is geforceerd, er hang nauwelijks romantiek of spanning of sex in de lucht. Celaena is uiteraard intelligent, grappig, knap, speelt prachtig muziek, etc. etc. Er wordt zeer hard gezegd dat Celaena de allerbeste is in haar vak, maar dat zien we niet: iets of iemand vermoordt blijkbaar mensen, maar iedereen kan zomaar haar kamer binnenkomen zonder dat ze wakker wordt. En als ze een hele zak (mogelijk vergiftigde, denk ik dan) spekken krijgt, eet ze die gewoon allemaal op.

    Afijn. Het leest wel zeer snel.

    Op naar het volgende!

  • The Ten Thousand Doors of January

    January Scaller groeit op in het huis van de schatrijke Cornelius Locke. Haar moeder is er niet, en haar vader is voortdurend weg: hij reist de wereld af om artefacten te zoeken voor Locke. Denk de mindset van het fantastische Pitt Rivers museum in Oxford: ha, inboorling, gij hebt hier iets dat er interessant uitziet? Graai! ‘t Is nu van mij!

    Met de jaren verwatert de relatie met haar vader, en wordt ze meer en meer wat Locke wil dat ze is: een decoratief, stil persoon op de achtergrond. Ze heeft één vriend: Samuel, de zoon van de rondtrekkende kruidenier, die haar een hond geeft. En dan vindt ze een boek en leest ze over Deuren die hier en daar in de wereld te vinden zijn, die naar Ergens Anders leiden.

    En dan blijkt dat Cornelius Locke en zijn vriendengroep niet zomaar een club van verzamelaars van rariteiten zijn, maar zowaar Schlechteriken. Ondanks haar vriend Samuel, haar hond Bad (Sinbad) en haar laatste gouvernante die rechtstreeks van haar vader kwam, wordt ze in een gekkenhuis gestoken.

    En ondertussen komt het verhaar in het boek in het boek alsmaar dichter bij het verhaal van January zelf.

    Veel verschillende opinies over dit boek: van ongeloofdlijk fantastisch goed, beste boek dat ik ooit gelezen heb tot euh nee, écht niet. Ik vond het niet slecht. Te traag bij momenten, niet één maar twéé allesveranderende gevallen van Insta-Oneindige-Liefde-Op-Het Eerste-Gezicht™, een bepaald gebrek aan karakterontwikkeling op het hoofdpersonage na — maar wel mooi geschreven.

    Drie en een halve ster op vijf, als ik zou moeten quoteren. Niet zo goed als het zelf denkt te zijn.

  • Den hof: bloemetches

    Den hof ziet er niet zeer in bloei uit, zo van ver:

    …maar er zijn wel degelijk links en rechts wat bloemen te vinden.

    De rozen zijn in een soort permanente staat van bloeien en verwelken en nieuwe bloemen, en dat zal normaal gezien nog de rest van de zomer zo zijn:

    Idem met de muurleeuwenbek, die normaal gezien tot aan de herfst bloemen geeft:

    Blijven ook in bloei: de bloedooievaarsbek, de heucherella en de twee soorten Phlox (Amazing Grace en Purple Beauty). En net vandaag beginnen bloeien: campanula.

    Normaal gezien zou de kruiptijm nu aan het bloeien moeten zijn, maar het zijn alleen maar de sprietjes die in begin dit jaar niet gestorven zijn die bloeien — de versgeplante hebben daar nog geen zin in:

    De stekelnootjes zijn bijna helemaal uitgebloeid en zullen er nu de rest van het seizoen als stekelachtige dingen bij staan:

    Recent beginnen bloeien of zal binnenkort bloeien: bieslook, echinacea en lavendel.

    De tomaten blijven ook maar bloeien::

    En dan niet-zelf-geplante dingen. minuscule minuscule bloemetjes van een millimeter of zo op de vetmuur. Biggenkruid. En zowaar een klaproos!

    In het biggenkruid zat trouwens een larve van een zweefvlieg:

    Het is geen cadeau, die droogte tegenwoordig.