• De volledige titel is veel langer (zie voorblad) en typisch zeventiende-eeuws, maar dat is wellicht omdat het een boek uit de zeventiende eeuw is.

    Ik was van plan één dezer Batavia’s Graveyard te lezen, en in voorbereiding daarvan dacht ik dat het geen slecht idee was om eens te zoeken naar bronmateriaal over de meest moorddadige muiterij ooit. En jazeker, het boek staat integraal en proper leesbaar op archive.orgwhat a time to be alive!

    Hele stukken zijn min of meer letterlijk dag na dag “geen nieuws, we zijn nog altijd aan het varen”:

    …maar het is ook een verhaal van muiterij, moordpartijen, seksslavernij en alles!

    En het einde wordt de slechterik gestraft:

    Hiëronymus Corneliszoon is op 1 oktober 1639 naar Robbeneiland gebracht, eerst zijn handen afgehakt en dan opgehangen. Gerechtigheid is geschied!

    Want het was echt wel een slechte mens: persoonlijk heeft hij niemand doodgedaan, maar er zijn onder zijn schrikbewind wel meer dan 120 mensen vermoord geraakt.

    Dat “niet persoonlijk zelf” trok hij trouwens ook helemaal door tot en met verkrachting: hij had Lucretia Jans als seksslavin ingelijfd, maar dat verliep niet volgens plan. Zegt Cornelisz over de zonden waar hij haar tegen haar wil to gedwongen heeft: “Het is waar, gij hebt er geen schuld toe, want ge hebt wel twaalf dagen bij mij in de geweest voor ik mijn goesting van u kon krijgen.” En dat hij ten einde raad tegen zijn handlanger David van Zeevanck klaagde dat hij zijn voornemen (verkrachting dus) goedschiks noch kwaadschiks kon uitvoeren. Waarop Zeevanck haar heeft moeten bedreigen met de dood.

    • Zeevanck: Ik hoor klachten over u!
    • Lucretia: Waarom?
    • Zeevanck: Omdat gij niet vrijwillige doet wat de Commandeur wil dat ge doet, maar ge moet nu kiezen of delen. Ofwel de weg van Wybrecht Claes te gaan [dood, dus] ofwel doen waarvoor wij de wijven in leven hebben gehouden.

    Ik blijf erbij: wat fantastisch dat we dat allemaal kunnen lezen.

  • Hoezee Acid!

    Ik kijk meestal met een half oog mee met De Slimste Mens, met de rest van de familie, die ik dan mateloos irriteer als ik mensen half zo oud als mij uitscheld voor trut of kalf omdat ze niet weten wat er precies in de jaren 1980 gebeurde.

    Maar!

    We keken allemaal zo hard uit naar Acid, en hij heeft het niet opgefuckt. Hoera!

  • Den hof: statusupdate

    Ik ben wel content van de status van den hof, zo naar de winter gaand:

    …maar ik heb toch besloten dat ik externe hulp ga inroepen. Er zijn een aantal dingen waar ik mij niet helemaal zeker over voel, en er zijn een aantal dingen die ik lichamelijk niet kan doen. En dan is het een goed idee, denk ik, om er een professional bij te halen.

    Wat ik weet dat ik zou kunnen doen, maar dat ik liever door iemand laat doen die écht weet waar hij mee bezig is: de japanse esdoorn in vorm knippen. De boom heeft op dit moment gewoon te veel takken en ik zou graag hebben dat er onderaan ook wat meer licht is — de stekelnootjes beginnen er onder te lijden.

    Dan zijn er ook nog de klimachtige planten: de roos, de vuurdoorn, de witte regen en de clematis. Die moeten allemaal op verschillende manieren (a) bijgeknipt worden, (b) degelijk voedsel krijgen en (c) klimondersteuning krijgen. Voor de witte regen moeten er draden gespannen worden, voor de clematis moet er een klimrek in de hoogte bijkomen, voor de roos moet er een klimrek in de hoogte en de breedte bijkomen (en moet ze, vrees ik, eerst bijzonder zwaar bijgesnoeid worden), en ik weet niet goed wat er met de vuurdoorn moet gedaan worden.

    En tenslotte zijn er de bomen in potten. Ik heb twee wilgen en een esdoorn, die ik graag zou willen houden en niet te groot laten worden. Ik heb ook twee van de ontelbare spruiten van vlinderstruiken in een pot gezet, waarvan ik me afvraag of ik ze zou kunnen kweken tot iets niet te groot en toch nog zeer bloemachtig. En dan heb ik een nu binnenstaande er zeer triestig uitziende perzische zijdeboom, die onlangs toekwam per post, bij het uitpakken al zijn blederen bleek verloren te zijn, en die ik de winter zal binnen houden.

    Bomen in potten in een klein tuintje: ik vermoed dat het allemaal wel kan — ik bedoel, bonsai zijn ook maar bomen in potten die genadeloos in vorm gemarteld worden — maar ik zou toch graag wat advies hebben. Het zullen ongetwijfeld variaties zijn op “zorg voor goede drainering” en zo, maar toch.

    En dan zouden de kruidenook moeten aangepakt worden — hopelijk overleeft de tijm deze keer wél meer dan twee winters, en hopelijk is er nog iets te doen aan mijn laksheid om de salie te snoeien (ze was bijna helemaal dood in de lente, en ik heb wat er alsnog teruggroeide tegen het einde van de zomer gewoon laten staan in plaats van het bij te snoeien, en nu ligt het helemaal uit elkaar in plaats van een bosje te vormen. En misschien zou er wel iets kunnen in de plaats gezet worden van de schoenlappersplanten, want dat zijn toch eigenlijk maar lelijke dingen, die bovendien weigeren te bloeien.

    Duuzd dingen te doen. En een beetje hulp nodig om het te structureren, dat is het.

  • Visualisatie

    Het einde van een maand is een nieuwe grafiek. Elke maand verander ik er wel iets aan — ’t is de bedoeling dat ik tegen het einde van het jaar iets bruikbaars heb.

  • Paper Girls v1-v6

    Ik lees Brian K. Vaughn graag. Dit was geen uitzondering. En de tekeningen zijn ook machtig schoon.

    Het is 1988 en vier twaalf jaar oude meisjes — paper girls, zoals paper boys maar dan vrouwelijk, die kranten verdelen vanop de fiets — komen op iets tegen dat er op het eerste zicht als aliens uitziet, maar eigenlijk tijdreizigers zijn.

    Ze geraken betrokken in een oorlog doorheen de tijd, met aan de ene kant ruwweg mensen die zeggen dat er niet aan de tijdslijn mag gemorreld worden, en aan de andere kant ruwweg mensen die zeggen dat het niet verkeerd is om iedereen een zo goed mogelijk leven te geven, zelfs als dat wil zeggen dat er een beetje gemoost wordt met de tijd.

    Het is spannend en ontroerend en het zit ingenieus in mekaar, en het is van harte aangeraden.

  • Het komt dichterbij

    Een fijne collega die ik maandag nog zag op de verplichte teambuildingdag, blijkt besmet te zijn.

    Een naast collega van Sandra, die zich goed genoeg voelde om toch nog naar het werk te komen, blijkt besmet te zijn.

    ’t Is nu wachten op de resultaten van de test van Sandra.

    Spannend.

  • Total Eclipse

    Een oude cover van op het internet wegens te leeg om een foto te nemen van mijn eigen exemplaar.

    Er was een discussie over boeken over aliens en iemand zei dat dit een klassieker was, en ik herinnerde mij vaag dat ik dat gelezen had. Ik ging kijken of ik het staan had in de bibliotheek en jazeker. (Uiteraard heb ik het dan digitaal gelezen, ik ben geen barbaar.)

    Geschreven in 1974 en hoboy, het is echt wel jaren-1970. Er is één ruimteschip dat sneller dan het licht kan gaan, en mensen hebben één planeet ontdekt waar honderdduizend jaar een beschaving eventjes heeft gebloeid. Drieduizend jaar, om precies te zijn, en dan hopla weg.

    Er worden wetenschappers naar de planeet gestuurd om onderzoek te doen, en in het begin van het boek is het net de tweejaarlijkse aflossing van de wacht. Maar misschien is het wel de laatste aflossing, want ook aan boord is een soort karikatuur van een kolonel uit een kolonelsregime, die in naam van de Verenigde Naties komt kijken of er geen gevaar dreigt van het werk dat er gedaan wordt.

    Na de landing blijkt al snel dat er inderdaad geen gevaar dreigt, en verdwijnt de kolonel weer. Waardoor het boek geen antagonist meer heeft, en verzandt in eindeloze discussies en expositie.

    Uiteindelijk komen ze er achter wat er gebeurd is, en waardoor de hele beschaving op geen tijd helemaal teniet ging.

    Het kwam voor de lezer niet als een verrassing. En de ontknoping van het boek ook niet. Het was zeer, zéér jaren-1970, met wat psychedelische uitlopers van de jaren-1960 en wat voorschaduwing van het doemdenken van de jaren-1980. Ik geef het boek twee sterren op vijf, en dat alleen uit nostalgie omdat ik me herinner dat ik het vroeger goed vond. Maar eigenlijk is het dat niet waard.

  • We got this far — now bring it home

    Mark Kermode zegt het gelijk het is.

    Nu wachten op deel twee. Nog een paar jaar.

  • De kat

    Ze was kwaad op mij omdat ik een paar dagen niet thuis was — zaterdag niet en zondag niet en maandag pas laat thuis.

    Maar dus echt hé: gewoon met haar rug naar mij komen zitten terwijl ik aan het werken ben, in plaats van gelijk anders te neuten om opgepakt te worden.

    Ik ga ervan uit dat het niet permanent zal zijn. 🙂

  • Wijn

    We hadden teambuilding met het werk. Eén van de dingen die we gedaan hebben tijdens de teambuilding was een wijn- en chocolade food pairing masterclass.

    Dat zijn veel dure woorden om te zeggen dat een uitstekende chocolatier, Anton Van de Maele, en een uitstekende sommelier, Jeroen Ascoop, samen hebben gezeten om pralines te maken die bij zeer specifieke wijn passen en omgekeerd. De chocolade heb ik aan mij moeten voorbijgaan — nieren, weetwel — maar de wijn heb ik wel gedronken.

    Ik ben geen mens die wijn drinkt, door de band.

    Maar wél uitstekende wijn geproefd. En, voor de allereerste keer in mijn leven: ik heb er zelfs besteld.

    Miserie! Ik zou het allerliefst besteld hebben bij de fijne mens die de workshop deed, maar die levert niet aan huis! ’t Is wreed hoe een mens geconditioneerd is door de coolblues en de bol.coms en de takeways.be van deze wereld.

    Ik heb dan maar gezocht naar de wijn die ik wou bij iemand die wél aan huis levert, en daar besteld. Het was bijzonder moeilijk te achterhalen hoe dat precies zou gebeuren, zowel de levering als de betaling, want de algemene voorwaarden en zo stonden op een pagina die niet meer op het internet was, maar hey. Bevestingsmailtje, en dan vanmorgen een telefoon.

    Dat mijn drie flessen wijn nog op voorraad zijn, dus dat het geen probleem zal zijn.

    Euh, en hoe wordt dat dan geleverd?

    Ah ja, maar levering? Wij zitten niet op het einde van de wereld, weet ge wat, komt er zelf om. En belt een uurke op voorhand om te kijken of we er zijn, want we zijn een magazijn en geen winkel.

    Ahem ja.

  • Ik las dit boek wegens, ah ’t zal wel zijn: sex!

    Dat, en ook dat het van overal aangeraden was als een boeiend en ontroerend en meeslepend boek over verslaving — waarvan sex en porno maar één uiting zijn.

    Ik kan daar zeer kort over zijn: neen. Het was niet boeiend, het was niet meeslepend, het was niet ontroerend, en er komt al bij al zeer weinig sex en porno aan te pas.

    Een zeer rijke vrouw flittert van continent naar continent, heeft veel sex met veel mensen, en vindt zichzelf dan in de new age-dinges. Ho hum.

    Naast al de andere dingen die dit boek niét was, was het één ding wel, en da’s onvergeeflijk: saai.

  • Noumena #2: Truth of the Divine

    Ik had deel één hiervan gekocht om een mij nog altijd onduidelijke reden. Pre-ordered ooit eens, en dan stond het plots op mijn Kindle. Dit heb ik ook ge-pre-ordered. Ik heb de redenen daarvoor wél nog staan: niet omdat ik het eerste boek uitstekend vond, of eigenlijk zelfs goed. Wel omdat ik mij afvroeg wat er zou gebeuren. En dat het wel eens had gekund dat het vervolg beter geschreven was dan het eerste boek. En omdat er ergens wel goeie concepten in zaten.

    Is dit veel beter? Ik denk het niet.

    Het is iets beter geschreven. Hoofdpersonage Cora heeft een “fusion bond” met een alien, ’t is te zeggen dat ze op de een of andere manier empathisch verbonden zijn. In de maatschappij van de alien is zo’n bond voor het leven. Cora heeft een resem zaken aan de hand met haar — ongetwijfeld een paar lijnen letterwoorden en andere diagnoses, en dat wordt niet meteen geholpen door de miserie dat de alien waarmee ze verbonden is, ook al onherroepelijk kapot is in zijn hoofd. Ze is de enige vertaalster voor wat de aliens zeggen, maar het voelt absoluut niet aan alsof dat eigenlijk belangrijk is. En dan neemt ze ontslag uit die functie, en ook dat heeft weinig gevolgen. En dan komt er een nieuwe alien geland op aarde, en doen we een doorslagje van wat er in het eerste boek gebeurde. Er is ook een boyfriend die op allerlei onwaarschijnlijke manieren precies de juiste persoon op de juiste plaats is, en oh ja natuurlijk is hij Bruin en moslimachtig, en oh ja natuurlijk is hij onnoemelijk knap en slim en zo rijk als de zee diep is, en eurgh ik word er moe van, vooral omdat zijn verhaal eindig op het einde van dit boek.

    Truth of the Divine leest eigenlijk vooral als één lange zaag- en klaagstonde van Cora. Aangenaam lezen? Neen, niet echt. Het begint met een voorwoord, een soort waarschuwing van de auteur aan de lezer: ik ben dat beginnen lezen maar ik heb het voor de rest overgeslagen — het gaf vooral de indruk van (1) kijk eens wat voor uitstekende schrijver ik ben en (2) pas op trigger warnings en dit boek zal heel zwaar worden.

    Er is véél te zeggen over de onderwerpen waar het boek over gaat, maar het lijkt alsof Lindsay Ellis blijft steken in platitudes en expositie. En dat ze zichzelf veel te serieus neemt. De titel, Truth of the Divine, is daar een perfect voorbeeld van. Ik zou van ver noch van dicht weten waarom dit precies de titel zou moeten zijn. Het slaat op een dertien-in-een-dozijn-dingetje over “the divine” en “God” en bladiebla, dat praktisch niets met het verhaal te maken heeft.

    Ik ben nog altijd benieuwd naar het vervolg van het verhaal hé, daar niet van. Maar het zou vele tientallen keren beter geweest zijn als Ellis er een degelijke schrijver had bijgenomen om haar ideeën neer te pennen. En ik ga het derde boek niet kopen. Zó benieuwd ben ik nu ook niet.

    Uit nieuwsgierigheid ben ik gaan kijken naar de reviews op Goodreads, en kijk: ik ben het helemaal eens met deze review.

  • Verdronken

    Een fijne collega gaat binnenkort over de grens. Ik zocht het gehucht op waar hij naartoe gaat, en dan kwam ik via een link op een dijk, en dan via een link op een verdronken dorp en dan een lijst van verdronken dorpen. En als ik die verdronken dorpen één voor één afga, kom ik alsmaar artikels in Zeeuwse Ankers tegen.

    Maar zo ongelooflijk boeiend!

    Zoals dit verhaal bijvoorbeeld, over hoe Vinninghen niet verdronken is maar overvleugeld door het nabijgelegen dorp Hoedekenskerke. Dat is degelijk geschreven, dat staat vol foto’s, en dat doet mij met elk volgend artikel zo hard spijt hebben dat ik geen archeoloog of historicus geworden ben.

    Een verdronken verleden toekomst, als het ware.

  • The Echo Wife

    Tja. Dit is één van die boeken die ik een tijd geleden had gekocht wegens hard aangeraden, op mijn Kindle had gezet, en tegen dat ik er aan begon al helemaal vergeten was waar het over ging of waarom ik ervoor had gekozen om het op de lijst van te lezen boeken te zetten.

    In dergelijke gevallen doe ik het boek gewoon open en begin ik te lezen, zonder eerst het wat en waarom te gaan oprakelen. Gevolg is dat ik absoluut geen idee had aan welk genre ik me mocht verwachten, laat staan aan welk verhaal.

    Het boek opent op een prijsuitreiking-slash-huldiging genre Nobelprijs, ergens in de nabije toekomst, voor Evelyn Caldwell. Caldwell heeft wereldschokkende dingen gedaan in kloononderzoek, zo blijkt. Ze is ook nét officieel gescheiden, en ze heeft het daar heel erg moeilijk mee.

    Blijkt dat haar man een hele tijd (jarenlang?) een verhouding had achter haar rug, met ene Martine. En dán blijkt dat Martine een kloon is van Evelyn. En dan is de ex dood, en zitten vrouw en kloon met een probleem.

    Bon kijk. Ik zie wat Gailey probeert te doen met dit boek. Niet moeilijk: het ligt er vingerdik op. Wat zeg ik, vuistdik. Dit is een boek over grooming en misbruik en dat al dan niet te boven komen, en over identiteit en overleven. Dat was voor iedereen redelijk snel duidelijk, en mocht het niet duidelijk geweest zijn, wordt het zeer expliciet gemaakt in de acknowledgements:

    Here are the people without whom this book would not be possible:

    The adult man who groomed and abused me in my teens and early twenties, who put his fingers onto the still-warm plastic of my brain and gripped tight as he could, who shaped me into someone who understood harm to be a form of love;

    Those who encouraged him, covered for him, protected him, and benefited from his actions;

    Those who helped me escape him when the time came;

    Those who stuck with me, and those who could not;

    [etc.]

    Ja. Alle respect.

    Maar. Dat het boek over een zwaar en belangrijk thema gaat, ontslaat het er niet van dat het goed geschreven moet zijn. De klonen in deze wereld zijn tools, normaal gezien gemaakt voor een zeer welbepaald en beperkt doel: als body double voor een politicus bijvoorbeeld, of (beeld ik me in) als stuntman voor een acteur. Ze hebben bewustzijn, zijn zo intelligent en empathisch en al de rest als nodig, maar het blijven werktuigen. De vergelijking met Westworld is snel gemaakt, maar de vergelijking maken is ook meteen de vinger op de zwerende wonde leggen: in Westworld waren de robots vele keren beter uitgewerkt dan de klonen in The Echo Wife.

    Ik kan veel verdragen van science fiction, maar niét dat de science waarvan sprake gewoon belachelijk onplausibel is. Op de één of andere wijze is het mogelijk om volwassen klonen te doen groeien op zeer korte tijd, en die dan wakker te laten worden en ze te doen geloven dat ze de oorpronkelijke persoon zijn.

    Om nog niet te spreken van de world building. Klonen maken, zo lijkt het, is iets dat één of twee mensen kunnen doen, zonder dat wie dan ook daar vragen over stelt. Effect op de maatschappij? Geen flauw idee, niemand staat er bij stil. En het is tegelijkertijd zeer gewoon maar ook totaal vernieuwend en de enige die het écht goed kan doen is die Evelyn.

    En, totaal niet te vergeven: het is een saai, saai, saai boek. En plotgaten! Eén voorbeeld: iemand kan er zomaar een paar maanden vantussen knijpen en dan (ja, spoiler warning) vervangen worden door een kloon en niemand die er wat dan ook over zegt. Waanzin. Belachelijk.

    Bah. De synopsis leest als iets waar ik instant op verliefd zou worden, qua concept. Maar het werkt niet. Pech.

  • Suboptimaal

    Mijn uurwerk zegt mij dat ik een degelijke tot goede nacht heb gehad, met een groen sterretje erbij zelfs:

    Maar ik heb verschrikkelijk slecht geslapen vannacht. Al die roze dingen, dat is wakker liggen. In detail ziet dat er zo uit:

    Vanaf iets voor vier uur vannacht heeft een hele zwerm muggen beslist rond mijn hoofd te kamperen en er een soort van slemppartij te houden, met telkens minstens twee of drie rond mijn oren aan het zoemen en tegelijkertijd een stuk of twee drie aan het bloed zuigen.

    Normaal gezien slaap ik daar gewoon door en sta ik gewoon stampvol muggenbeten. (Gelukkig is dat bij mij meestal maar een klein rood puntje en jeukt het niet — bij mijn oudste dochter worden dat enorme rode jeukende bobbels.) Om de één of andere reden waren het er deze nacht enorm veel en enorm luidruchtige en bovendien enorm pijnlijke.

    De grafiek hierboven lijkt trouwens te zeggen dat ik nog wel hier en daar een redelijke tijd aan één stuk geslapen heb, maar da’s niet waar: al die “light sleep” is eigenlijk doorvlochten van wakker worden, roze lijntjes die zelfs op het hoogste niveau van detail niet zichtbaar zijn. Het langste dat ik na 4 uur heb geslapen volgens mijn uurwerk is 23 minuten, tussen 4u44 en 5u07. En zelfs daar ben ik niet zeker van: dat zou wel eens kunnen geweest zijn als ik met mijn hoofd zo roerloos mogelijk onder het dekbed lag.

    En in het algemeen zeggen de cijfers hetzelfde:

    7% meer wakker gelegen dan gemiddeld, 4% minder REM-slaap en 4% minder lichte slaap. Niet goed!

    De gevolgen zijn ernaar. In meetings sinds 9u vanmorgen (leve thuiswerken: in bed liggen tot acht minuten vóór de eerste meeting!), en dan ging ik iets doen na de laatste meeting, en ik wist precies wát ik ging doen, maar dan deed ik iets anders dat rap kon gedaan worden, en toen wist ik van haar noch van pluimen wat ik eigenlijk ging doen.

    Ik heb al mijn vele tientallen open vensters op mijn computer één voor één bekeken om te zoeken naar hints, en dan drie mailboxen en drie kalenders, en ik ging het juist opgeven toen het mij eindelijk te binnen schoot. (Een oude template opzoeken om een rapport in over te zetten, dat was wat ik ging doen.)

    Iemand anders zou het misschien op de leeftijd steken. Ik steek het op slecht slapen. Slecht slapen is de oorzaak van veel slechte dingen.

    Hard aangeraden boek daarover, trouwens: Why We Sleep. Ge gaat nooit meer op dezelfde manier over slaap denken.